Oegstgeestigheid

7 januari 2004

Oh wat was ik blij met lijn 188 toen ik nog met de bus naar mijn werk in Den Haag ging. Alleen jammer dat toen nog niet langs het station gereden werd richting de Binckhorst voor het personeel van de KPN. “De Koningstunnel is nog niet gereed”, vertelde mij toen de ontwerper van deze illustere lijn die nog menigmaal de krant zou halen. Deze tunnel is al geruime tijd in gebruik en 188 bleef hardnekkig de onder andere voor mij ‘verkeerde’ route rijden. KPN is inmiddels verhuisd naar de andere kant van de Binkhorst en via de tunnel prima te bereiken. Een stukje verder geniet een aantal voormalige MEOB-medewerkers van een goede baan bij het hoofdkwartier van de luchtmacht. Allemaal goede redenen om die lijn zo snel mogelijk door de tunnel te laten rijden. Zo kunnen een heleboel Den Haag-gangers nog steeds bij het Provinciehuis uitstappen en komt er een stopplaats lekker dicht bij het centrum. Terug naar Oegstgeest gaat ook een stuk vlotter dan van de andere kant van de Binckhorst.

Connexxion heeft echter in al haar wijsheid anders besloten. Lijn 188 komt alsnog te vervallen en 88 gaat voortaan niet verder dan het Centraal Station. Wie verder wil moet maar overstappen. Passagiers van de oude 88 die richting de Houtrust moeten, kunnen bij het Willem Witsenplein overstappen op de 65. Wel komen er meer ritten, waardoor er vanaf het Transferium in Leiden – samen met lijn 95 – om de zeven à acht minuten een bus richting Den Haag rijdt. In de daluren is dat om het kwartier. Vanuit Oegstgeest ben je in 33 tot 36 minuten bij het Centraal Station in Den Haag. Dan moet je nog wel een stuk lopen of overstappen op een andere buslijn of tram om bij je werk te komen. Nu gaan er ook nog geruchten dat 88 een jaar op proef gratis gaat rijden; helaas niet naar de Binckhorst, maar tot aan het station.
Nu hoor ik iedereen al weer denken: “Wil gaat weer met de bus.” Fout! Wil blijft lekker fietsen; met de fiets doe ik er net zo lang over om op mijn werk te komen, meestal zelfs sneller! In veertig tot vijftig minuten ben ik op de plaats van bestemming en blijf nog in conditie ook.
Nu zijn ook nog (weer) de tijden van lijn 30 veranderd. “Sluit beter aan op de 42”, zegt Connexxion. Dat willen we al jaren, maar waarom hoor ik dan nu mensen mopperen dat ze hun trein niet meer halen?

Wil van Elk

Oegstgeestigheid

14 januari 2004

Soms lijkt het net of je bijna stilstaat als je beperkt wordt door de maximale snelheid. Vooral als je ’s nachts het hele wegdek voor jou alleen hebt. Gelukkig werken bijna alle verkeersregelinstallaties (VRI’s) nog, zodat je genoeg afleiding hebt. In het boekje Verkeersregels en Verkeerstekens las ik, in artikel 19 over de maximumsnelheid, iets over de remweg van auto’s; dat zette mij aan het denken. Je hebt bij een situatie waarbij je moet remmen, met verschillende factoren te maken. Allereerst jouw reactietijd waarbij de auto nog enkele meters aflegt. Dan heb je ook nog eens een remweg van enkele meters die je daarbij moet optellen, en zo kom je tot een stopafstand. Zo zie je in een tabel dat bij 25 kilometer per uur (km/u) je pas na tien meter stilstaat. Bij 50 km/u is dat 26, bij 100 km/u 76 en bij 200 km/u zelfs pas na 247 meter! Bij een verdubbeling van de snelheid blijkt de remweg vier keer zo lang te worden. Moet je je nu nog afvragen waarom je twee seconden afstand moet houden van je voorganger? Lijkt mij niet! Dertig kilometer gebieden zijn zo ook een stuk beter verklaarbaar.

Het is net imitatiepoep dat op de straat ligt. Door de regen zijn de resten van het vuurwerk veranderd in een hoop bruine pap waarbij je nauwelijks het verschil ziet tussen de bruine smurrie die honden soms achterlaten op straat. Honden zijn tot veel in staat, maar dergelijke hoeveelheden zoals er op sommige plaatsen liggen, nee, dat niet. Had wat makkelijker geweest als iedereen zijn eigen troep direct weer had opgeruimd. In sommige gemeentes zag ik de reinigingsdienst de volgende dag hard aan het werk om de straten schoon te maken. Als de gemeenschap liever een ander voor zijn karretje spant, moeten ze er maar voor betalen, want dergelijke diensten van de gemeente worden wel betaald. Juist, door de gemeenschap!

Wil van Elk

Oegstgeestigheid

21 januari 2004

Maandag is mijn ‘krantendag’. Dan werp ik mij op om al mijn teksten voor de Oegstgeester Courant te verwerken. Deze maandag was ik echter niet zo gemotiveerd als anders. Het regende en die dag moest ik ook nog eens naar de tandarts. Ik wist bij het opstaan al dat de tandarts mij pijn ging doen en dat dit mijn hele dag zou verpesten. Dus echt gemotiveerd was ik niet!

De sessie bij de tandarts duurde iets meer dan een uur. Twee gaatjes, eigen schuld. Ik bedacht dat de tandarts een hoger uurloon heeft dan ik en dat al die materialen die de revue passeerden de rekening alleen maar op zouden drijven. Met die wetenschap weiger ik dus om een verdoving te nemen; als ik moet betalen, wil ik het voelen ook. Ook al zou ik nog zo lang doorwerken die dag, ik zou nooit genoeg verdienen om de rekening te kunnen betalen. Gelukkig dat er goede verzekeringen zijn die de meeste onkosten vergoeden, anders zou ik al snel met een kunstgebit moeten rondlopen.

Tandartskosten waren altijd al hoog, dus daar verbaas ik mij al lang niet meer over. Wel over andere prijzen. Wat is een brood duur geworden zeg, en dat in een paar jaar tijd. En wat een klein beetje boodschappen kost, dat is ook al zo verbazend. Ik ben gelukkig niet de enige die klaagt over stijgende kosten. Onlangs mocht ik een e-mailbericht ontvangen waarin werd voorgerekend wat afvalstoffenheffing en rioolrechten in de loop der jaren zijn gestegen. Dit jaar overigens met respectievelijk 6 en 27 procent! De afzender heeft zich er goed in verdiept en constateert dat hij totaal meer dan tachtig euro meer is gaan betalen. Hij vraagt zich echter af of hij meer service daarvoor in de plaats krijgt; hij denkt van niet! Net als met dat brood dus; je betaalt meer, maar krijgt nog net zoveel brood. Alleen met die boodschappen, daar ben ik nog niet helemaal uit. Ik neem minder mee naar huis en moet toch meer betalen.

Wil van Elk

Oegstgeestigheid

28 januari 2004

Soms krijg ik uit een onverwachte hoek reacties op Oegstgeestigheid, zoals laatst op mijn column over de vuurwerktroep die altijd achterblijft. “Bij ons in Zoetermeer reiken ze vuilniszakken uit, om de troep in te doen. Dat werkt erg goed. Misschien is dat een idee voor de gemeente Oegstgeest”, is zijn idee. “Lezen ze de Oegstgeester Courant ook al in Zoetermeer?”, zult u zeggen. Jazeker! Nou is dit niet zo gek, want Ernst Stierman zijn ouders wonen in Oegstgeest en soms nemen die een krant mee als ze op visite komen. Als leeftijdsgenoot herkent hij veel in Oegstgeestigheid. “Misschien omdat we in dezelfde wijk opgroeiden.” Hij is dus een van die mensen die steevast op 1 januari zijn vuurwerkafval netjes opruimt. Een kwestie van opvoeding denk ik.

Ach, een beetje vuurwerkafval, waar zeur je over. Nou, het ligt er nog steeds! Maar wat veel erger is, er wordt nogal het een en ander vernield. Ik zou zeggen, stuur de rekening naar de vernielers! Laat ze maar betalen, ze hebben er immers ‘plezier’ aan beleefd! Nou hoeft er niet eens een jaarwisseling plaats te vinden om bushokjes te vernielen, dat gebeurt wel vaker! Misschien is een beveiligingscamera vanaf een hoge flat iets? Kun je in ieder geval vaststellen waar de rekening heen moet. Misschien is het toch een mentaliteitsverandering. Kijk maar naar het doodschieten van een leraar. “Vroeger in onze tijd hoorde je daar toch nooit iets over?”, merkte een dame onlangs op. Inderdaad, toen had je nog ontzag voor leraren, hoe gemeen ze soms ook waren! Maar tegenwoordig mag en kun je de jeugd blijkbaar niet meer corrigeren. Als je ze wijst op hun fouten of wangedrag, nemen ze wraak op je! Ze gaan je auto vernielen, je ruiten ingooien, of erger, ze brengen je lichamelijk letsel toe! Een troost hebben we. Als ze later zelf een auto hebben en in een rijtjeshuis wonen, kunnen ze van baldadige jeugd alles beter verdragen dan wij. Drinkende en blowende jeugd krijgt dan vrij spel, want hun ouders zijn immers ook zo geweest. Die tolerantie is nu nog niet aanwezig. Nu wordt nog vreselijk gebaald als er weer een rekening moet worden betaald!

Wil van Elk

Oegstgeestigheid

4 februari 2004

In tegenstelling tot Vlaardingen, hebben we in Oegstgeest geen sms-boodschap nodig om te weten dat er een alarm afgaat. Maandag was het weer zover. De eerste maandag van de maand en het alarm ging zoals afgesproken. Ik zat net naar het nieuws van twaalf uur te luisteren en hoorde net nog het begin van het bericht over Vlaardingen en de proef met de sms-boodschap. Daarna werd het bericht overstemd door de sirene die in Haaswijk luid genoeg is, dat kan ik u verzekeren.

Deze winter is heel bijzonder. Op de Oegstgeester IJsbaan zou nu geschaatst moeten worden. Het terrein langs de Oegstgeesterweg lijkt echter meer op een openlucht zwembad. Terwijl het geluid van de maandelijkse sirene langzaam afsterft, hoor ik de nieuwslezer vertellen dat het maximaal vijftien graden kan worden. Vijftien graden, in begin februari? Het moet niet gekker worden. Een paar dagen geleden hagelde en sneeuwde het nog! Maar met deze temperaturen is dat zo weer weg. Alleen vorige week maandag was het op sommige plaatsen zo glad, dat de gemeente geen kans zag om overal te strooien. “Er wordt alleen gestrooid op doorgaande wegen, busroutes en fietspaden”, vertelde de gemeente desgevraagd. “Ook bij bushaltes en toegangen tot openbare gebouwen wordt gestrooid.” Toch kon het gebeuren dat bij een school kinderen, maar ook hun ouders of grootouders, plotseling onderuit gingen, zoals een dame tot haar spijt moest ondervinden. Vorig jaar ook al, maar toen brak ze haar heup! Volgens de gemeente heeft het strooien pas effect als er flink over wordt gereden. “Ook strooien op opvriezende gesmolten sneeuw heeft geen zin omdat het zout mee opvriest.” Dus het blijft opletten geblazen. Zo is het vijftien graden, en zo lig je op je gat omdat het glad is. Het wordt tijd dat iedere school een rode loper krijgt. Dan kunnen ze die uitrollen als het glad is!

Wil van Elk

Oegstgeestigheid

11 februari 2004

“Kom eens langs”, nodigde André Geerlings van het Oude Dykhuys in Lisserbroek ons uit. “Maar kom dan op de eerste vrijdag van de maand, want dan is Gert Greveling er ook.” Afgelopen vrijdag was de primeur en wij mochten daar bij zijn. Sinds een paar jaar is Geerlings de eigenaar van het pand langs de Ringvaart rond de Haarlemmermeer en hij heeft het zodanig opgeknapt, dat het er heerlijk toeven is. En ik kan je verzekeren dat je er heerlijk kunt eten! Oh ja, waarom Gert daar ook was? Hij trad daar samen op met Gregor Theelen. Samen vormen zij het duo G2, dat je uit moet spreken als G-kwadraat. Toen wij om zeven daar aankwamen, waren ze al aan het zingen. Ook de overige gasten kwamen binnendruppelen evenals de leden van een plaatselijke rotaryclub, die uitbundig plaats namen aan een lange tafel. Toen Gert had verteld hoe de avond zou gaan verlopen, en hij samen met Gregor het nummer De Tijd ten gehore bracht, ging het gekakel ongedempt voort. Normaal staat het nummer als een klok, en luistert men met gepaste eerbied naar het nummer. Maar deze keer niet. Verder dan de eerste tafel leek het geluid namelijk niet te komen. Toen de twee G’s abrupt stopten met zingen en pianospelen, hadden de rotarians het niet eens door! Aangezien Gert als cabaretier bepaalde groeperingen aardig te kakken kan zetten, hadden ze dat beter niet kunnen doen!

Het restaurant deed de naam van deze avond eer aan: Verwennen & Verpozen. Na een paar gangen met heerlijk tongstrelend voedsel – ik lijk wel een reclameboodschap met deze column – kwamen Gert en Gregor weer in beeld. De heerlijk zachte, gebraden kalfshaas, was nog maar net op de tong gesmolten, of de mond werd danig op de proef gesteld met de lachsalvo’s die volgden op de scherpe woordenvloed van Gert. De zinspelingen op de rotaristen deerden ze totaal niet, integendeel, ze barstten in lachen uit. Maar ook de regio werd zoals verwacht behoorlijk op de korrel genomen, van Oegstgeest tot Lisse waar volgens Gert alleen maar rijke mensen op af komen door de geldtekens in de naam. “Het pondteken, twee dollartekens, een euroteken en een dikke i van ikke ertussen.” De aanstekelijke lach van enkele gasten gooide alleen maar olie op het vuur, en voor het grand dessert werd geserveerd, hield men het niet meer droog. Een van de spreuken van Gert Greveling, “De sleutel van verandering zit aan de binnenkant”, is zeker van toepassing op Het Oude Dykhuys. En G2? Gert en Gregor vormen samen de twee g’s van gehoord en gelachen. Jammer dat het Groot Proffijt eerdaags is verdwenen, ik had ze er graag zien optreden!

Wil van Elk

Oegstgeestigheid

18 februari 2004

Heeft u al het boekje over de verklaring van straatnamen in Oegstgeest gekocht? Nee, moet u wel doen, het is namelijk heel verhelderend en leerzaam. Zo leert u nog eens iets over uw eigen dorp. Wedden dat er straatnamen instaan waar u nog nooit van heeft gehoord? Leden van de vereniging Oud-Oegstgeest kunnen het boekje ‘uw straatnaam verklaard’ met korting kopen. Eigenlijk zou iedere inwoner van Oegstgeest lid moeten zijn van die vereniging. Weer reclame? Nee hoor, dat boekje verkoopt zichzelf wel. Ik vond het heel leuk om door te bladeren en deed een paar leuke ontdekkingen.

Heel leerzaam zijn de passages in het boekje over straten die eerst een andere naam hadden. Daarover heb ik mij verbaasd en eigenlijk vind ik het jammer dat soms de oorspronkelijke naam is verdwenen. Een dorp als Oegstgeest heeft wat mij betreft recht op een naam als Herenweg. Dat is overigens veel makkelijker te onthouden dan Rhijngeesterstraatweg en ook veel korter op te schrijven! Heel veel dorpen in de Bollenstreek hebben deze naam wel kunnen behouden. Onze Herenweg is echter opgedeeld in drie gedeelten, de Rhijngeesterstraatweg, Dorpsstraat en Haarlemmerstraatweg, je moet het maar verzinnen. Dan had je vroeger de Achterweg, ook wel Binnenweg of Benedenweg genoemd, maar die moest plaatsmaken voor een naam van een hoogleraar en burgemeester als Wijttenbach en Terwee. De vereniging Oud Oegstgeest heeft haar best gedaan om alle oude straatnamen te achterhalen en de geschiedenis te verklaren. Bij het laatste gedeelte van de Terweeweg, tussen de De Kempenaerstraat en de Leidsestraatweg, is de naam De Kaap wel gevonden maar ze kunnen hem niet verklaren. Dat geeft toch te denken. Misschien is het wel een zwarte bladzijde uit de geschiedenis van Oegstgeest! Mijn journalistenhart gaat sneller kloppen. Wie weet wat voor een beerput hier valt open te trekken! Volgens Van Dale is Kaap in het Bargoens de benaming voor Katendrecht als rosse buurt in Rotterdam. Zou Oegstgeest een rosse buurt hebben gehad? En dan nog wel in die nette buurt? Zou daarom daar een hotel en restaurant zijn gevestigd? Of was het andersom? Als je de betekenis van Bargoens opzoekt, ontdek je dat het een geheimtaal is, voornamelijk door boeven en dieven gebruikt. Dus kun je de conclusie trekken dat De Kaap geheim moet blijven. De vereniging Oud Oegstgeest heeft dat blijkbaar goed begrepen, want voor je het weet wordt de traditie in ere gehouden en hebben we weer een rosse buurt in Oegstgeest.

Wil van Elk

Oegstgeestigheid

25 februari 2004

Het wordt steeds gekker met de reclame op televisie. Gelukkig zijn de wild heen en weer slingerende beelden inmiddels uit de mode, maar daarvoor in de plaats zijn de kort op elkaar herhalingen gekomen. Dit nieuwe modeverschijnsel laat in het zelfde reclameblok een fragment van een reclame terugkomen. Zo loopt alles lekker door elkaar en weet je op een gegeven moment niet meer naar welk merk je zit te kijken. Maar dat gold ook voor de film of serie die je vlak daarvoor zat te kijken, die ben je na zeven minuten glad vergeten. Je kunt rustig gaan zappen, maar ook daar volgt al snel reclame. Geef het maar op, je wint het toch niet van ze.

De laatste mode in de reclamewereld is het na de intro van de serie of film direct al een reclameblok in te lassen. Dat is tenminste verassend! Ik schrik er elke keer weer van. Je krijgt echt het idee van: “Hé, ik ben een stukje film kwijt. In slaap gevallen?” Nee hoor, andere timing van de reclame. De commerciële omroepen spelen het spelletje keurig mee en onderbreken zelfs de reclameblokken met beelden van wat zij zelf zeer binnenkort op de buis brengen. En als je dan denkt dat de film verder gaat, heb je het goed mis, de reclame gaat vrolijk verder! Ik moet zeggen dat sommige reclamespotjes zeer vermakelijk zijn. Zonde om weer een kwartiertje te moeten wachten op het volgende blok. Een voorbeeld is de brilreclame met die vrachtwagenchauffeurs die heel vermakelijk een ‘night vision bril’ opzetten tegen het verblinden van overbelichte collega’s en daarbij het wegrestaurant volledig in het zonnetje zetten. Wellicht dat de chauffeurs eens met die supervisioenbril op in de berm kunnen kijken. Kunnen ze eens zien wat een puinhoop er ligt! Papier, plastic, blikjes en nog veel meer rommel dat door de geopende portierruit past. Kijk maar eens naar links, als je weer eens moet wachten bij de verkeers regel installatie bij de AKZO, afslag Oegstgeest-Noord, komende uit Amsterdam. Blijkbaar hebben de meeste automobilisten daar tijd genoeg om de auto op te ruimen en de troep daar achter te laten. Misschien dat de gemeente (Sassenheim?) daar eens moet opruimen, dan nodigt het misschien minder uit om daar de troep te lozen.

Wil van Elk

Oegstgeestigheid

3 maart 2004

Mooi, de logische lente is begonnen! Nooit van gehoord? De logische lente? Ik ook niet, tot ik vorige week de weerman, of was het een weervrouw?, het hoorde noemen. “Op 1 maart begint de logische lente.” Wel werd er bij verteld dat het weer daar niet bij paste. Sneeuw en hagel stond toen op het programma. Ik kan mij echt niet herinneren of ik er ooit wel eens van had gehoord, de logische lente. Pellenboer was eigenlijk veel simpeler te volgen. “Het word morgen prachtig strandweer. Een heerlijk briesje met een prachtig zonnetje; maar ik zou wel een paraplu meenemen!” En dat allemaal in dat prachtige accent van hem. Kijk, daar had je wat aan. Je wist dat het mooi weer zou worden, maar bleef onwetend en onzeker over een eventueel buitje. Nu is dat verleden tijd. “U kunt morgen beter thuis blijven!”, was het advies. En wat doet onzeker Nederland? Juist, massaal de weg op! Meer dan zevenhonderd kilometer file! Waar ze stonden weet ik niet, maar ik heb ze niet gezien. Gelukkig maar, want filerijden is niet mijn sterkste kant.

Nu ik er over nadenk, heb ik een weermens bij het begin van de winter ook iets over een meteorologische winter horen vertellen. Ook die datum klopte niet met de vaste datum die wij op school uit ons hoofd moesten leren. Ook hier weer dat woord logisch. Maar zo logisch vonden wij dat niet, want het was nog niet eens echt winter. Het was toen immers prachtig mooi weer! In tegenstelling tot nu, terwijl de logische lente al is begonnen. Ik ben benieuwd wanneer het logisch is dat het zomer wordt. Ik hoop als het mooi weer is. Maar ja, de zomertijd komt er aan, en dat staat ook los van het weer. Maar dat is logisch!(?)

Wil van Elk

Oegstgeestigheid

10 maart 2004

Wist u dat u aan de rand van de Zuidvleugel woont? Nee, toch is het zo! De Zuidvleugel is het dichtstbevolkte gedeelte van Europa. Ik citeer uit een stuk tekst op het internet (www.zuidvleugel.nl): “De Zuidvleugel is het gebied in het zuidwesten van de Randstad. Het valt binnen de provinciale grenzen van Zuid-Holland. De Zuidvleugel is met 3,5 miljoen inwoners één van de dichtstbevolkte regio’s van Europa. De Zuidvleugel moet uitgroeien tot een vitale netwerkstad van bestuur & recht, kennis en logistiek in een Hollands landschap.” Om dit tot stand te brengen is in 2000 het Bestuurlijk Platform Zuidvleugel opgericht. Het platform houdt zich bezig met de thema’s: Economische vitaliteit, Sociale samenhang, Bereikbaarheid, Woon- en leefklimaat en Natuur en Recreatie.” Ze hebben er ook nog een Zuidvleugelbureau bij verzonnen die volgens de site “een belangrijke stimulerende, coördinerende en ondersteunende taak heeft voor het Zuidvleugelbureau. Het bureau is gehuisvest in het Provinciehuis en bereikbaar op 070 - 441 83 03.”

Door via de Zuidvleugel op het internet door te linken, kom je veel te weten, onder andere over de Leidse samenwerking in de regio. Oegstgeest is daar ook intensief bij betrokken. Met al die mooie plannen van Zuidvleugel voor ogen, kun je onmogelijk volhouden dat herindeling voor sommige gemeenten geen optie is. Zuidvleugel is overigens uniek, Noord-, Oost, en Westvleugel.nl bestaan niet! Als de omliggende woongebieden besluiten een tegenblok te vormen, zal zelf Teylingereind niet toereikend zijn! Dan moet je samengaan met Haarlem of zelfs Amsterdam om nog enig gewicht in de schaal te leggen. Ik huiver al bij het idee dat bijvoorbeeld Den Helder haar expansiedrift vertaalt naar een Noordvleugel en vrijwel heel Noord-Holland overneemt. Nederland moet worden verdeeld in vitale netwerksteden, zo lijkt het. Alleen jammer dat de ‘mierenhoop’ steeds voller wordt en dat het irritatieniveau alleen maar oploopt. Zelfs de fietspaden lopen vol, en dat uit zich weer door op het voetpad fietsende mensen. Hele gezinnen doen daar aan mee, vader of moeder voorop om het ‘goede’ voorbeeld te geven. En als je een opmerking maakt, berg je dan maar. Hier gelden geen rangen en standen, geen afkomst of herkomst. Voor dergelijke reacties hoef je geen cursus te volgen, zelfs geen inburgeringcursus. Schelden is universeel; iedereen kan het even goed!

Wil van Elk

Oegstgeestigheid

17 maart 2004

Je kunt als buurtvereniging beter raadsleden uitnodigen om een activiteit te openen, dan een wethouder, burgemeester of echtgenoot of echtgenote daarvan. Raadsleden zijn namelijk ‘stinkend jaloers’ en jaloezie is een slechte leermeester. De buurvereniging Buitenlust mag wel uitkijken. Nu nog worden hun voornaamste activiteiten gestart met de hulp van de burgemeester, haar echtgenoot of plaatsvervangend wethouder. Als dit zo doorgaat, dan is het eerdaags afgelopen met De Kratong. Weg clubhuis. Wegbezuinigd om plaats te maken voor iets anders. Zo gaat dat in Oegstgeest. Hoe ik aan deze onzin kom? Redenatie, gewoon een kwestie van realiteit. Ga maar na, de buurtgroep Haaswijk en de Morsebel laat de burgemeester het startschot geven bij de Paashaaswijkloop. De melkboer schiet de wandelaars weg en die vernedering komen raadsleden nooit meer te boven! Diezelfde melkboer, ook gerelateerd aan Haaswijk en medegebruiker van het Boerhaaveplein in Oegstgeest-Noord, haalt het ook nog eens in zijn hoofd om de burgemeester het startschot te laten geven van de Poldercross! Dom, dom, dommer dan dom. Een voormalig wethouder deed altijd mee aan dergelijke activiteiten of stond enthousiast langs de zijlijn. Zij was amper weg uit de Morsebel of de donkere wolken voltrokken zich boven Oegstgeest-Noord.

De nooit gevraagde raadsleden smeden snode plannen en lijken het gebouw waar het allemaal om draait in dit gedeelte van Oegstgeest, te gaan verkwanselen. Gratis gekregen en duur verkocht, levert de meeste winst op, zo lijkt het! Wat had de buurtvereniging Haaswijk en de Morsebel dan moeten doen? Ze hadden een strakke planning moeten maken. Met de lijst van alle namen van de Oegstgeester raadsleden in de hand, hadden ze de openingen van de activiteiten heel doordacht moeten plannen. Pleintjesfeest door een raadslid van het CDA, Rommelmarkt door LO, Haaswijkloop door VVD, Kindercircus door LO, Kindercabaret door VVD, Schaatsbeurs door CDA, Avondvierdaagse door VVD, Kinderdisco door CDA, Jeu de Bouls toernooi door LO, Nieuwjaarsconcert door VVD, Cabaret door CDA, Darttoernooi door LO, Fietspuzzeltocht en de Surfworkshop door LO. Daarnaast geef je de raadsleden van PrO voorrang op alle activiteiten die zij zelf leuk vinden, want zij snappen blijkbaar wel hoe het zit in die wijk, althans, zo verkondigen zij dit zelf. Al vraag ik mij af of dat allemaal had geholpen, want als je de sportclubs mag geloven, weten ze die ook niet te vinden! Is het dan alleen de schuld van de raadsleden? Nee, vooral de kiezer is daarvoor verantwoordelijk; die kan geen goede keuzes maken, da’s duidelijk! Ik houd mijn hart vast voor de toekomst, als er ook een burgemeester moet worden gekozen!

Wil van Elk

Oegstgeestigheid

24 maart 2004

Er wordt altijd maar geklaagd dat er in Oegstgeest weinig wordt georganiseerd en dat je je vertier elders moet zoeken. Dat is niet helemaal waar, er wordt zelfs best veel georganiseerd. Het buurthuis De Kratong in Buitenlust heeft vrijwel iedere dag wel een activiteit en in Haaswijk is Het Groot Proffijt regelmatig het toneel van allerlei evenementen, zolang het nog duurt daar! Vorige week zaterdagavond was het bijzonder druk in Het Witte Huis waar een zestiger jaren band optrad. Iedere eerste dinsdag wordt daar een Biervriendavond gehouden en meestal op de derde zondagmiddag van de maand, deze maand op 28 maart, een Swinging Oegstgeest. Dit in tegenstelling tot Dekker in Warmond die gedurende het winterseizoen twee keer in de maand een Swinging Sunday organiseert. Bij beide gelegenheden is het heerlijk swingen op fantastische jazzmuziek, want allebei leveren ze kwaliteit. Maar bij het Witte Huis stijgt het een beetje naar hun bol en gaan ze volgens mij een beetje te ver in hun organisatiedrang.

Het Witte Huis organiseert de Swinging Oegstgeest samen met de eigenaar van het tegenovergelegen Fieldwork studio’s, waar regelmatig beroemde artiesten een cd opnemen. Sommige sterren hebben echter weinig tijd en kunnen het zich niet veroorloven om ergens in een file vast te staan, zoals ieder andere burger dat dagelijks noodgedwongen ervaart. Vorige maand nog was men in Het Witte Huis in spanning of er nog wel een optreden zou volgen, zo lang duurde het voordat de muzikanten kwamen. Dat kan dus niet zo langer doorgaan, besloten de wijze organisatoren. “We gaan verbouwen”, hoorde ik twee weken geleden in Het Witte Huis. Verbouwen? Ja, er komt een helikopterplatform en ze hebben zelfs al een helikopter gekocht, bij een bedrijfje, ergens langs de Belgische grens. Trots lieten ze mij de bouwtekeningen zien en een nog maar net per e-mail ontvangen digitale foto van een onmogelijk lelijke helikopter. Maar ja, ik ben werkend bij de luchtmacht natuurlijk wel verwend! Wie koopt er nu een rood geverfde helikopter?! Het zal wel afsteken, zo bij het Witte Huis, dat wel. Maar waarom niet gewoon in de achtertuin bij de studio’s? Dan hebben maar een paar mensen er last van, nu een hele wijk! Zit je straks lekker te genieten van een zondagavonddiner, word je opgeschrikt door de herrie van een opstartende helikopter. Dat is een hoop lawaai, dat kan ik je verzekeren! Met een beetje invloed kun je blijkbaar alles voor elkaar krijgen in Oegstgeest, want volgende week donderdag landt al de eerste vlucht bij Het Witte Huis! Dat zal een hoop stof doen opwaaien, letterlijk en figuurlijk!

Wil van Elk

Oegstgeestigheid

31 maart 2004

 “Dag meneer, heeft u even tijd voor mij meneer?”, vroeg een jongedame aan de andere kant van de lijn. “Ik bel namens de Duitse loterij”, vertelde ze. Tenminste, dat maakte ik er uit op, want ze praatte met een beetje Oosters accent. “U woont op dat adres meneer?”, en ze las mijn adres en huisnummer op. “Ja, hoe weet jij dat?”, vroeg ik haar in opperste verbazing. “Dat staat hier voor mij meneer”, vertelde ze beleefd en een beetje geschrokken door mijn verbazing. Waarschijnlijk dacht ze een gewillig slachtoffer aan de lijn te hebben, want ze ging enthousiast verder. “De computer heeft uw naam geselecteerd en ik mag u een geweldig aanbod doen. U heeft 97,5 procent kans dat u een prijs wint.” “Zoveel?”, vroeg ik verbaasd. “Dan leg ik een miljoen euro in, en dan wordt ik multimiljonair!” Het meisje aan de andere kant werd steeds enthousiaster. “Beet!”, dacht ze waarschijnlijk en ze gooide al haar charme in de strijd. “Het is een aanbod voor een half jaar en kost vijftig euro per maand meneer. Het minimale prijsbedrag is 125 euro!” Ik deed of ik hooglijk verbaasd was. “Zoveel? Maar dat kan toch niet. Vijftig euro inleggen en dan minimaal 125 euro ontvangen? Dan gaan jullie toch failliet?” “Nou meneer, zal ik het dan op papier in orde maken voor u?”

Op dat moment vond ik het tijd om de lieftallige jongedame uit de droom te helpen. Ik was toch echt niet van plan om daar in te trappen. 97,5 procent winstkans. Dat is heel oneerlijk tegenover al die andere deelnemers die maar een kans hebben van één op weet ik veel. Ik zei dus: “Nee, doe maar niet.” Zij antwoordde heel verbaasd: “Oh, waarom dan niet meneer, wilt u niet veel geld winnen? U heeft iedere maand kans op een miljoen!” Ik vond dat ik toch bij die sukkels hoor die maar 2,5 procent kans hebben om geen prijs te winnen. Zij probeerde het nog heel even om mij over de streep te halen, maar ik bleef volhouden dat ik het niet aandurf. “Nou, dan wens ik u verder een heel prettige dag meneer”, zei ze een stuk minder enthousiast dan bij het begin van het telefoongesprek. De lieverd, zelfs met honderd procent winstkans had ik het nog niet gedaan. Daar trapt toch niemand in? Toch?

Wil van Elk

Oegstgeestigheid

7 april 2004

Op woensdag 7 april, als deze krant nog maar net is gedrukt, is de algemene ledenvergadering van de Buurtvereniging Haaswijk en de Morsebel aan de gang in het Multifunctioneel Gebouw aan het Boerhaaveplein in Oegstgeest. Wellicht ook voor de laatste keer op deze locatie, zoals zoveel activiteiten de afgelopen weken. De vereniging komt nu pas goed op gang om te protesteren tegen het raadsbesluit om het gebouw te verkopen. Ja, u hoort het goed, te verkopen. En als je de nieuwe wethouder mag geloven, is daar niets meer tegen te doen. Wel noemt hij een paar argumenten waarom het gebouw moet worden verkocht. Een feit blijft dat een sociale voorziening in een dorp als Oegstgeest de gemeenschap niets mag kosten! Blijkbaar moet het geld opleveren!

Mijn voorstel zou zijn, verkoop het gebouw, maar koppel daaraan de verplichting om hetzelfde terug te plaatsen, maar dan met een fraaiere aanblik. Want op een of andere manier vindt ‘men’ het gebouw niet om aan te zien. Maar als nou het ‘plein’ zodanig wordt verbouwd dat het wél om aan te zien wordt. Dat het gebouw zo aantrekkelijk wordt dat het grote publiek in nóg grotere aantallen naar de evenementen toegaat. Dat de zaal zo groot wordt dat ze er ook in kunnen! Dat de dokterspraktijk er in kan worden gevestigd en ook de andere praktijk die daar is gevestigd. Dat er nog steeds cursussen kunnen worden gegeven, cabaretvoorstellingen en andere leuke evenementen, zoals de pannenkoekbakdag van de scouts. Dat de beheerders een beetje mandaat krijgen om ‘iets’ te organiseren en slechts aan het eind van het jaar verantwoording hoeven af te leggen zonder de hete adem van de gemeente constant in te nek te voelen. En dat ze misschien ‘quitte’ spelen en de onkosten beperkt blijven. Zou het dan wél kunnen? Want laten we eerlijk zijn, in een school al die activiteiten organiseren ís toch niks. De stoeltjes die er staan zijn veel te klein om op te zitten en de volgende dag moet alles weer aan kant zijn voor de lessen. En overleggen met de leerkrachten gaat niet lukken, want die hebben niet eens tijd over om voor hun eigen leerlingen iets ‘extra’s’ te organiseren! De bewoners in die wijk waren me daar toch ‘blij’ toen ze hoorden dat de school ging uitbreiden! Als je ze nu ook nog gaat vertellen dat al de activiteiten van Het Groot Proffijt ook daar naartoe komen, breekt de hel pas echt los en staan straks alle huizen te koop! Ik ben benieuwd hoe groot de opkomst is van de vergadering!

Wil van Elk

Oegstgeestigheid

15 april 2004

Hoera het wordt weer eerder licht! Even voor zeven gaat de straatverlichting weer uit omdat dan de zon opkomt. Vreemd genoeg is het op sommige plaatsen helemaal niet donker geweest! Het Rijk heeft inmiddels ingezien dat vanaf een bepaalde tijd makkelijk de helft van de lantaarns uitgezet kan worden. Dit scheelt behoorlijk in de hoeveelheid licht en ook nog eens aanzienlijk in de kosten. Hier zouden meer mensen op moeten letten. Als je ’s nachts op pad gaat, valt het je direct op dat het op sommige plaatsen niet donker wordt. Hoewel vogels hun ogen dicht doen en hun koppie in hun verenpak wegstoppen, lijkt het mij niet goed voor de natuur dat het zo licht blijft. De hoeveelheid statisch licht in sommige gevallen een beetje beter doseren is geen overbodige luxe. Maar ja, als je die gevaarlijke bulten op de weg niet verlicht, schrik je je eigen wezenloos als je er met een flinke gang overheen rijdt, maakt niet uit met welk vervoermiddel. Want ’s nachts is het erg rustig op straat en dan gaat als vanzelf het gaspedaal meer naar beneden. En ondanks dat de meeste auto’s hun eigen verlichting bij zich hebben, is de verrassing groot als er plotseling in het donker een bult of een rotonde opdoemt voor de bumper! Op het moment dat een auto over de bult komt, schijnt zijn licht overigens hinderlijk omhoog, soms zelfs oogverblindend en dat kan nooit de bedoeling zijn geweest bij het aanleggen van die hindernissen! Dit geldt overigens niet voor fietsers, die hebben maar zelden hun eigen licht opgestoken. In dit geval eigen schuld op die bult! Misschien een goed idee om zaterdag eens uw licht op te steken bij de tweewielermanifestatie bij het Winkelcentrum Lange Voort. U kunt daar uw oude fiets verkopen en een ander terugkopen waarvan het licht het wel doet.

Voor een beter gevoel van veiligheid wordt overal de verlichting verbeterd, zoals in donkere brandgangen. Toch zijn er betere oplossingen voor. Je hebt van die naderingsschakelaars die op warmte of beweging reageren. Zodra er iemand langs loopt, floept het licht aan. Erg handig, hoef je niet op de tast verder. Maar ook handig voor het afschrikken van minder goed volk, dat het liefst niet opvalt. Dat het enorm scheelt in energieverbruik hoef ik niet uit te leggen. Heb ik het al gehad over de uitstekend verlichte sportvelden, waar je op honderd meter afstand nog een boek kunt lezen met je ogen dicht en de vleermuizen rondvliegen met een zonnebril op? “Als er geen beweging meer is, zou dat direct uit kunnen”, was het advies dat ik onlangs hoorde van een kritische inwoner van Oegstgeest. Beter licht zinnig uit, dan lichtzinnig aan in dit geval!

Wil van Elk

Oegstgeestigheid

22 april 2004

We waren er al voor gewaarschuwd. De gemeentelijke belastingen zouden wel eens flink kunnen uitpakken. Toch was het weer een schokkende ervaring om na het openen van de vriendelijk ogende envelop van de gemeente de gepeperde rekening te mogen aanschouwen. Oké, we hebben tot eind juli de tijd om te mogen betalen aan een of andere Mandaat bv, in de gemeente Druten. Nooit van gehoord. Wel van mandaat, in dit geval ook nog eens een heel toepasselijke naam omdat het een bedrijf is dat mandaat heeft gekregen van de gemeente Oegstgeest om de rioolrechten te mogen innen. Ik hoop wel dat ze het geld zo snel mogelijk doorsturen, want Oegstgeest kan het geld immers heel goed gebruiken! De onpasselijkheid waarmee ik het bedrag bekeek, laten we hier maar verder buiten. Druten, daar heb ik nog nooit van gehoord. Wellicht een zustergemeente van Oegstgeest?

Nu heb ik voorlopig een heel ander gevoel bij het plaatsen van de vuilcontainer op de ophaalplek. Iedere week plaats ik immers een bak op die plek die verder trouw wordt geleegd. Om en om een andere bak, dat ook nog eens een keer. Nu hoorde ik onlangs van iemand dat het vuil al lang niet meer gescheiden wordt verwerkt. Dat zou echt een slechte zaak zijn! Wij scheiden immers trouw ons afval en daar komt niemand tussen. Papier apart, glas apart, tuin-, groente- en fruitafval apart, en hout, ijzer en elektronica ook nog eens apart bezorgd bij de gemeente in de afvalstraat. Het zou toch niet waar zijn dat ze alles weer op één hoop flikkeren? Nee toch zeker? Ik blijf echter een rotsvast geloof houden in de afvalverwerkingindustrie en ik hoop dat er ooit eens geld voor wordt geboden. Dat er een weelderige handel ontstaat in afval. “Mag ik alstublieft uw tuinafval hebben? Ik geef er tien euro per maand voor! En een dag later belt er iemand aan die er twaalf euro voor biedt! Onzin? Nou, ik heb wel heel voedzaam tuinafval hoor! Kopen?

Wil van Elk

Oegstgeestigheid

28 april 2004

Nu Sassenheim niet mee wil doen met de inrichting van het Klinkenbergerplasgebied, heb ik wel een paar voorstellen. Op het stukje grondgebied van Sassenheim kunnen honden naar hartelust loslopen en waar ze maar willen hun behoefte doen. Ook voor paarden kun je zoiets moois verzinnen. Dan houden we de stukken waarvoor wordt betaald keurig vrij van welriekende uitwerpselen. Ik zou bijna zeggen dat je je vuil ook maar daar moet weggooien, maar dat zou niet eerlijk zijn. De afvalbakjes zouden dan veel te snel vol raken en de boel verpaupert dan, en dat willen we nu ook weer niet. Iedereen moet veilig een rondje kunnen lopen. Ook paspoortcontrole voor Sassenheimers moeten we niet invoeren, dat zou veel te duur worden. Eigenlijk zou die gemeente haar stukje grondgebied bij de Klinkenbergerplas maar moeten afstaan aan de twee welwillende gemeentes. “Wij hebben meer te bieden dan de andere gemeentes die bij de herindeling zijn betrokken”, merkte laatst een raadslid uit Sassenheim op. “Wij zijn dan ook de grote verliezer bij herindeling.” Dat kunnen ze rustig beweren, maar bij de eerste de beste gelegenheid waarbij moet worden gedeeld, haken ze direct af en betalen gewoon niet mee!

Nu Sassenheim waarschijnlijk samengaat met Warmond en Voorhout, wordt de toekomst van de Klinkenbergerplas helemaal onzeker. Ik kan mij niet voorstellen dat Warmond er hetzelfde over gaat denken als hun straks grootste partner, maar als dat gebeurt, staan we er als Oegstgeest helemaal alleen voor. Als ze dwars liggen, zitten wij in Oegstgeest met plannen die niet doorgaan en als ze het stukje plasgebied herindelen, staan we er ook alleen voor. Wéér een gebed zonder eind erbij. Ik reken echter op de wijsheid van het Provincie bestuur en verwacht dat alles netjes wordt uitgevoerd wat er tot dusver is gepland. Krijgen we toch nog een prachtig stukje recreatiegebied.

Wil van Elk

Oegstgeestigheid

5 mei 2004

Niemand wil ‘iets’ vlak voor zijn deur zien, vooral als het zicht daardoor wordt belemmerd. Bijna iedereen wil een vrij uitzicht hebben, het liefst tot aan de horizon. Zo’n vooruitziende blik is echter slechts enkelen gegeven. Toen ik in 1957 in de Bloemenbuurt kwam wonen, begon het volbouwen pas echt goed op gang te komen. Voor zover ik mij kan herinneren hoor ik het heien, soms dichtbij, soms veraf, maar het was vrijwel altijd aanwezig. Zelfs toen ik in Buitenlust woonde hoorde ik nog bouwgeluiden, want ook de Flora stond niet stil. In de Bloemenbuurt is de pret nog niet voorbij. Er wordt volop gebouwd bij het Winkelcentrum en zelfs bij Irislaan en Rozenlaan worden weer snode plannen gesmeed om te gaan bouwen, tot grote angst van de omwonenden die vrezen straks helemaal niet meer van een uitzicht te kunnen genieten.  Op een zwarte muur met daarboven een paar lagen met woningen zitten zij niet te wachten en ze hopen dan ook dat de gemeente luistert naar hun bezwaren.

Maar het kan nog veel erger. Wonende boven het Winkelcentrum Lange Voort dachten de bewoners altijd een vrij uitzicht te kunnen hebben. Helaas voor hen worden ook zij geconfronteerd voor uitzichtbeperkende bouwactiviteiten. Hoe erg zij het uitzicht wegnamen bij de achtergelegen woonwijk, kunnen ze zich alleen maar inbeelden. Ook de twaalfhoge flat werd even wakker geschud. Daar wonende was er een ‘schitterend’ uitzicht op de weekmarkt, de Floraschool met dagelijks spelende en krijsende kinderen op het schoolplein en met een beetje rekken en strekken konden ze op het winkelcentrum kijken. Dit gaat veranderen, want het winkelcentrum komt dichterbij en aan de overkant wordt de boel volgebouwd. Hoger dan de twaalfde verdieping zal het echter niet komen, dus de bovenste lagen blijven een vergezicht houden.

Nee, hun ergste nachtmerrie was afgelopen week toen de jaarlijkse kermis werd opgebouwd. Door de bouwactiviteiten moest men improviseren bij het opzetten van alle attracties. Hoewel per brief was beloofd dat ze geen lawaaimachines voor hun neus zouden krijgen, kwam als een dief in de nacht hun grote ‘kwelgeest’ opdagen. Een spectaculaire attractie werd vlak voor hun gevel opgericht, zo zagen zij de volgende ochtend. Snel de op de brief vermelde contactpersonen van de gemeente gebeld. Maar hier volgde slecht de melding op dat beiden op vakantie waren. Gelukkig kwam de afdeling communicatie te hulp, maar die kon het gevaarte ook niet meer laten verplaatsen. Het apparaat bleek heel populair en ieder uurtje werd benut om geld te verdienen. Met veel toeters en bellen werd het publiek omhoog geslingerd om vlak langs de balkons van de flat te scheren en op het hoogste punt te eindigen pal naast het raam van de zesde etage. Dat was echt genieten, vooral op 30 april toen het gevaarte vrijwel voortdurend omhoog werd geslingerd. Daar hebben veel mensen een hoop plezier beleefd. Tenminste, aan de ene kant van de gevel, want aan de andere kant daarvan stonden sommige bewoners doodsangsten uit. Slecht een enkeling waagde zich op het balkon om van het uitzicht te genieten. Voor anderen was het heel beangstigend en de schijnwerpers die fel bij ze naar binnenschenen, maakten het nog een graadje erger. Er gingen stemmen op om emmers water naar beneden te gaan gooien als de installatie in werking zou komen. Gelukkig zijn dergelijke acties uitgebleven. Net als ze gekomen zijn, zo verdwenen de ‘kwelgeesten’ weer en was de rust weergekeerd.

Wil van Elk

Oegstgeestigheid

12 mei 2004

Wil je naar de overkant, naar Poelgeest, dan moet je voortaan over de hekel worden gehaald. Oh, sorry, de heukel, Hendrik Heukels om precies te zijn. Er is namelijk weer een nieuwe naam opgedoken in Oegstgeest. Ik woon er nu meer dan vijftig jaar en tot mijn verrassing kwam die nieuwe naam opdagen als een duveltje uit een doosje. Hendrik Heukels, nooit van gehoord. Blijkbaar ben ik een cultuurbarbaar want die naam zei mij echt niets! De bewoners van de nieuwe wijk Poelgeest moeten er echter verder hun hele leven mee doen. Ze hebben er namelijk de nieuwe brug naar vernoemd: De Hendrik Heukelsbrug heet dat kleurrijke gevaarte dat de nieuwbouwwijk met de rest van Oegstgeest verbindt. De officiële opening ging wel ten koste van de noodbrug die direct werd afgesloten. Weg ermee! Geen korte verbinding meer met Leiden! Waarom zou je dat ook in stand willen houden? Leiden, daar wil immers niemand naar toe! Als straks het nieuwe winkelcentrum aan de Lange Voort af is, dan is dat dé plek om te gaan winkelen. Geen ‘Nieuwe Kwaakbrug’, geen ‘Trekvaartbrug’, geen ‘Poelgeestbrug’ of ‘Lange Voortbrug’. Nee, wij hebben een natuurkundige brug. Je moet er maar op komen, of liever gezegd, overkomen, over die brug dan wel te verstaan.

Het is wel een plaatje geworden, die nieuwe brug. Net een lappendeken met al die verschillende kleuren op het wegdek. En wat een aparte vernauwingen daar midden op de brug. Aan iedere kant van de brug staan er paaltjes links en rechts die er ongetwijfeld voor moeten zorgen dat er slechts een auto tegelijk door kan rijden. Met een beetje lef moet het wel lukken met twee auto’s naast elkaar. Dat wordt nog lachen in de spits! Een onaangename verrassing als je aan komt scheuren met je heilige koe en je ziet pas op het laatste moment een tegenligger over de brug komen. Naar rechts of naar links uitwijken betekent direct gevaar voor fietsers en voetgangers. Meteen maar een dertig kilometer weg van maken? Moet eigenlijk al, want er zitten daar zoveel bulten in, gepland en ongepland, dat die snelheid al te hoog is om zonder schade aan je auto veilig over de brug te komen. Het is eigenlijk meer het voortraject dat nogal bobbelig is, of het natraject want je krijgt een aantal naschokken als je de wijk weer verlaat, je kunt het krijgen zoals je het hebben wilt. Nee, de enige doorstroming zal ongetwijfeld onder die overigens zeer fraaie brug plaatsvinden.

Wil van Elk

Oegstgeestigheid

19 mei 2004

Het valt steeds meer op, of eigenlijk, het valt steeds meer neer. Je ziet op steeds meer plaatsen op straat glasscherven liggen. Mensen krijgen blijkbaar vaker last van trillende handjes of onzekere greep en laten lege flesjes stomweg uit hun handen vallen. Het vervelende van glasscherven is dat als je er met je fietsbanden overheen rijdt, je veel kans maakt dat je een lekke band krijgt. Heel goed mogelijk dat het komt doordat jeugdigen zich te buiten gaan aan alcoholische dranken en buiten zinnen raken van de prikkelende werking van alcohol. Onvast op hun benen staan ze te tollen en kunnen het bierflesje op een bepaald moment niet meer in de hand houden; kapot! Statiegeld malen ze allang niet meer om, dus zuinig zijn komt niet meer in de picture. Soms zijn die scherven niet genoeg en sneuvelt er een bushokje. Wie betaalt de rekening?

Maar ook daar stopt de bevrediging en gaan ze op zoek naar meer. Dus vergrijpen ze zich aan plantenbakken van buurtbewoners en smijten de planten alle kanten op. De bewoners blijven met de schade achter. Wie betaalt de rekening? Nu zijn ze echter te ver gegaan en komen ze te dichtbij. Mensen die alleen op afstand overlast hadden, voelen zich nu zodanig bedreigd dat de maat vol is en wordt er aangifte gedaan. Er zal toch iemand voor de schade moeten opdraaien.

Lekker uit je dak gaan na een heerlijk avondje stappen wordt dan wel even anders bekeken als er vernielingen worden gepleegd. De volgende stap is zinloos geweld als een van de gedupeerden verhaal komt halen. Door drank en drugs wordt er niet meer helder gedacht en voor je weet komt Oegstgeest in de belangstelling te staan van de landelijke pers. Op televisie kun je dan zien wat de gevolgen zijn. Maar het kan nog erger als er in de wijk massaal honkbalknuppels tevoorschijn worden gehaald en een groepje baldadige jongelingen finaal het ziekenhuis in worden geslagen, of erger! Ik denk dat daar NIEMAND op zit te wachten. Als je de afgelopen paar dagen het jeu de boule in Haaswijk hebt gevolgd, dan heb je gezien dat jong en oud best gezellig met elkaar kunnen omgaan. Was dat altijd maar zo!

Wil van Elk

Oegstgeestigheid

26 mei 2004

Voor velen was Hemelvaartsdag dé gelegenheid om een lang weekend op te nemen en als een gek aan de slag te gaan in de tuin. Voorjaarskriebels. Buren staken elkaar aan en voordat je het wist deed je er ook aan mee! Zelf dacht ik een paar dagen rust te nemen en af en toe een leuk fietstochtje te gaan maken. De weersverwachtingen waren prima en Hemelvaartsdag begon heerlijk zonnig. Jammer, mijn buren hadden andere plannen. Was ik maar niet vrij geweest!

Overal klonk het geluid van machines. Boor-, schuur-  en zaagmachines hadden de overhand en hier en daar klonk het geluid van een hogedrukspuit. ‘Het is een manie’, merkte een voorbijgangster op die duidelijk niet van haar rust kon genieten. Ingeklemd tussen ijverige buren die wilde plannen hadden met hun achtertuin, moest ik er al snel aan geloven. En een dag later was onze oude schutting verdwenen en werd nieuw materiaal aangedragen. Binnen een dag was de omgeving drastisch veranderd en tijdens het weekend werd de laatste hand gelegd aan een complete metamorfose. Je herkent de buurt niet meer terug. Het leek wel zo’n televisieprogramma waarin buren elkaars tuin aanpassen, maar dan anders. Wel bleek eens te meer dat een goede buur beter is dan een verre vriend want samen was het allemaal zo gebeurd. Wat overbleef was spierpijn en een moe maar voldaan gevoel. En op het werk kwam de onvermijdelijke vraag: ‘En, lekker bijgekomen in het weekend?’ Ach, praat me er niet van! Ik zag mijn vrouw al glunderen, die heeft nog veel meer klusjes in het vooruitzicht. Voorjaarskriebels!

Wil van Elk

Oegstgeestigheid

3 juni 2004

Toen ik zondagochtend onderweg naar IJmuiden over de boulevard van Zandvoort fietste, begon het al aardig druk te worden. Tegen de tijd dat ik de sluizen naderde en de rook van de Hoogovens bijna kon ruiken, begon het te regenen. Eerst nog wat voorzichtige spetters, maar even later stopte het zelfs met zachtjes regenen en kletterde het behoorlijk op mijn fietshelm. Waarom moest ik ook zo’n grote afstand gaan fietsen? Na een korte pauze bij schoonfamilie, was het alweer wat helderder en vatte ik de terugweg aan. Toen ik weer over de boulevard van Zandvoort reed, begon het alweer te spetteren. Je zou toch maar met de Pinksteren helemaal uit Duitsland gekomen zijn voor een paar heerlijke dagen aan het Nederlandse strand!

Gelukkig was het zaterdag voor Pinksteren wel mooi weer en ook de maandag erna, de tweede Pinksterdag, scheen de zon geregeld. Het was zelfs zo mooi weer, dat mijn vrouw en ik besloten om op de fiets naar Noordwijk te gaan. Onderweg konden we mooi de voortgang bekijken van de nieuwe buitenwijk, aan de rand van Noordwijk-Binnen. Gek hè, ik denk alleen maar al de extra auto’s die straks over die weg moeten.

Tot eind augustus is er op het Vuurtorenplein in Noordwijk een toeristenmarkt. Niet zo uitgebreid als bijvoorbeeld op sommige plaatsen op de Veluwe, maar het geheel doet erg gezellig aan. Veel patat en ijs en veel kettinkjes, T-shirtjes en andere makkelijk verkoopbare attributen. Op een kraam stond het vol met allerlei geurtjes, zowel voor mannen als voor vrouwen. Op de kaartjes stond geschreven: ‘Geur lijkt op Joop.’ Of: ‘Geur lijkt op Hugo Boss.’ Ik kon het niet laten om een briefje te maken en er op te schrijven: ‘Briefje lijkt op tien euro’, en daarmee proberen te betalen. Maar de man en de vrouw achter de kraam keken mij zo schaapachtig aan, dat ik het vermoeden had dat ze niet eens Nederlands kunnen spreken. Als ik het ook nog eens moet uitleggen!

Wil van Elk

Oegstgeestigheid

9 juni 2004

Ik heb me opgegeven voor de actie ‘op de fiets werkt beter.’ Als je er www voor zet en punt nl erachter, heb je de website te pakken. Je kunt als werkgever daar je bedrijf aanmelden, maar ook als werknemer. Je geeft je op en vertelt hoeveel kilometer je in een bepaalde periode denkt te gaan fietsen. Meer dan achttienhonderd deelnemers staan genoteerd. Er zijn 113 bedrijven ingeschreven en maandagochtend stond er 158.589 kilometer op de teller. Een aardig stukje fietsen. Een beetje slap van mij om mee te doen, ik fiets toch wel regelmatig naar mijn werk. Hoewel ik de laatste tijd best wel vaak met de auto ga. Dus toch weer een stok achter de deur om op de fiets te gaan.

Vorige week kreeg ik een e-mail van een vaste aangever van Oegstgeestigheid. Hij zond een bericht door over het boycotten van twee grote oliemaatschappijen met als doel de benzineprijzen omlaag te krijgen. Dit soort berichten is eigenlijk een kettingbrief omdat je het moet doorsturen aan zoveel mogelijk mensen. Een soort virus dus om het e-mailverkeer vol te laten lopen. Verder is het een koekoekbericht. Boer Koekoek probeerde in de politiek namelijk hetzelfde te bereiken. Met zijn onnavolgbare accent probeerde hij de kiezers te bewegen anders te stemmen. ‘Jullie moet’n nie op die grote partij’n stemm’n, maar op de Boer’npartij.’ Waarschijnlijk met het doel om zelf de grootste te worden! Als ik een kleine oliemaatschappij had, zou ik waarschijnlijk ook zo’n bericht de wereld insturen! Ik heb de afzender teruggemaild met het advies om voortaan op de fiets te gaan. Je bereikt daarmee hetzelfde en het is beter voor het milieu en beter voor jezelf!

Wil van Elk

Oegstgeestigheid

16 juni 2004

Heerlijk vind ik de prijzenoorlog van de supermarkten. Ze bewijzen met het verlagen van de prijzen dat we al heel lang veel te veel betalen. Maar dat wisten we eigenlijk al een tijdje. Als je de jaarcijfers bekijkt en ziet dat er miljoenen euro’s winst wordt gemaakt, kan dat alleen maar uit onze zakken komen. Daarmee kunnen ze zelfs hele supermarktketens in het buitenland opkopen! Jammer alleen dat ze meestal het lid op de neus krijgen en ineens miljoenen verlies maken. Krampachtig proberen ze er dan weer bovenop te komen en wie is er weer de dupe? Juist. Wij. Ergens in de Himalaya is er nog geen supermarktketen te bekennen. Hé AH is dat iets voor jullie? Zorg dan wel voor een goed afvoersysteem van al het verpakkingsmateriaal, want een vuilophaaldienst is daar nog niet voorhanden.

In Nederland lijkt het er soms ook op dat we geen vuilophalers meer hebben. Overal ligt rotzooi dat veelal bestaat uit verpakkingsmateriaal. Het wordt er met de paplepel ingegoten. Papa of mama draait het raampje open van de auto en plof, het lege colablikje rolt zo de berm in. Als de jeugd later zelf op staat vertoeft en een blikje of flesje leeg heeft gemaakt, verdwijnt dat ook zo in de berm. Door al dat rondhangen verliezen sommigen snel hun conditie en laten ze de rommel rechtstandig naar beneden vallen. Een spoor van glas en lege blikjes, snoepwikkels en kauwgom kun je eenvoudig volgen van supermarkt naar hangplek. In Oegstgeest is de plaats van vuilnisbakken niet afgestemd op de behoefte. Maar een groep jongeren in Haaswijk heeft dat beter bekeken en gevraagd om een afvalbak op de plek waar zij hem willen hebben. Door een ludieke actie hebben zij hem zelf kunnen plaatsen. Chapeau!

Wil van Elk

Oegstgeestigheid

23 juni 2004

‘Belijning ontbreekt’, staat er op de borden vermeld die langs de Kerckwervelaan staan, net na de rotonde. ‘Maar daar is niets nieuws aan’, zult u zeggen. Klopt, geen enkele belijning, dus niemand maakt zich druk over die borden. Zelfs de honden lopen daar niet aan de lijn! In de lach schieten over die ‘grappige’ tekst is van korte duur; vlak na het bord is namelijk onaangekondigd een bobbel in de weg aangebracht, dus een behoorlijke schrik is het gevolg. Slingerende automobilisten die op de rotonde afstuiven lijkt mij niet de bedoeling van die dwarse bobbel. Het is net zo’n slimme aankondiging als ‘Verkeerssituatie gewijzigd’, maar wát er is gewijzigd staat er niet bij; daar heb je echt wat aan! Nu maar hopen dat er snel wél belijning wordt aangebracht als waarschuwing voor een obstakel dwars over de weg.

Wie wel zinvolle belijning aanbrengt deze week is Henk Heemskerk. Samen met zijn zonen en andere helpende handjes zetten zij vrijdag de lijnen uit voor de jaarlijkse Poldercross. Daar wordt ook gelachen, maar dan van echt plezier! Letterlijk proestend komen vrijdag hele horden uit de bagger gekropen en ploeteren recreanten achter mensen aan als Mart Moraal en Nico van der Houwen die zich gaan meten met aanstormend talent en geoefende triatleten. Kans op een eerste plaats? Waarschijnlijk niet, maar ze lopen wel vooraan! Er hoeft maar een kampioen uit te glijden en ze staan weer op het podium.

Het Boerhaaveplein is na afloop van de Poldercross altijd reuze gezellig. Hoewel het weer anders doet vermoeden, wordt die avond de Midzomeravond gehouden met muziek van The Clarks uit Den Haag en Kennèh uit de Achterhoek. Echt weer zo’n avond die je niet wilt missen. Nu maar hopen dat de lucht van de bagger tegen die tijd is vervlogen!

Wil van Elk

Oegstgeestigheid

30 juni 2004

We wonen in een dorp waar politici en bestuurders steeds vaker de straat op gaan en de wijken bezoeken. Het is een trend die zich vooral manifesteert vlak voor verkiezingen. De VVD heeft haar wijkambassadeurs die regelmatig bijeen komen en allerlei zaken en wantoestanden uit de Oegstgeester wijken bespreken en naar voren brengen in het fractiebestuur. Het is de bedoeling dat deze geluiden doordringen tot de raadsleden die er dan weer een handvat aan hebben om te besturen. Perfect! De andere ‘verenigingen’ die deel uit maken van de raad, hebben ook zoiets. Toch lijken de dames en heren bestuurders maar bitter weinig af te weten van wat er speelt in hun dorp. Niet zo verwonderlijk, je ziet ze bijna nooit als er iets plaatsvindt!

Ze zijn er wel hoor, betrokken bestuurders. Soms houden zij prachtige pleidooien over allerlei bestuurlijke zaken en maatschappelijke problemen. Zij kunnen echter ook geen ijzer met handen breken en moeten soms heel democratisch toezien hoe goede ideeën de grond in worden geboord en prachtige initiatieven in de kiem worden gesmoord of stomweg worden afgebroken. Zoals Het Groot Proffijt. ‘Ik kan het ze niet uitleggen’, vertelde vorige week Diderik Selier, terwijl hij naar beneden wees op een groep jongeren die nabij het Groot Proffijt stonden te kletsen met elkaar. ‘Zij zoeken een ruimte om gezellig met elkaar door te brengen en de gemeente breekt het Multi Functioneel Centrum letterlijk en figuurlijk af. Wij kunnen er binnenkort niet meer in!’

Nu heb ik ook geen idee meer wat ik hem moet zeggen. Dat de gemeenteraad het beter weet? Dat al het jongerenwerk over heel Oegstgeest verspreid moet worden? Steeds heen en weer sjouwen met al die spullen? Of twaalf geluidsinstallaties in plaats van één? Zaken doen met onwillige schoolbesturen die al jaren klagen dat ze tijd tekort komen, laat staan voor buitenschoolse activiteiten. In het geval van de Stichting Evenementen is gelijk hebben in je eentje, erger dan ongelijk hebben!

Wil van Elk

Oegstgeestigheid

7 juli 2004

Soms wordt het mij echt teveel en wil ik mij heerlijk ontspannen in het weekend. Zaterdags zou ik eigenlijk vrij moeten zijn, maar er wordt op die dag soms zoveel tegelijk georganiseerd, dat ik maar al te vaak leuke evenementen moet missen. Regionale samenwerking op dit gebied zou meer dan wenselijk zijn, maar in ieder geval beter op elkaar afgestemd moeten zijn. In Leiden was het vorige week een groot feest, maar ik heb daar niets van gemerkt en moest de feiten vernemen op televisie bij TV-West.

Het is iedere zaterdag weer een kwestie van kiezen. ’s Morgens snel boodschappen doen, de bibliotheek bezoeken en daarna naar de Boekenmarkt bij het Winkelcentrum lange Voort. Het bezoek was te kort om ook maar één boek aan te schaffen, maar net lang genoeg om een haring weg te werken; heerlijk. Daarna snel naar Warmond waar een Korte Baan Draverij de hele middag de Herenstraat blokkeerde. Het bleef vrijwel de hele dag droog en zo was de zaterdag eigenlijk best nog te doen. Lekker veel buiten en ook nog eens gezellig veel te zien.

Zondag uitrusten? Ben je mal, dan is het juist heerlijk om te fietsen! Het moet die dag op verschillende plaatsen hebben geregend, maar wij reden blijkbaar op de juiste plekken waar het op dat moment droog was. Wat me nog het meeste is bij gebleven van het afgelopen weekend is de sloot in Warmond bij het stukje weiland waar het Ooievaarsnet staat. In de sloot waren kikker bijzonder luidruchtig aan het kwaken. Een behoorlijk staaltje van overmoed, als je bedenkt dat het ooievaarsgezinnetje een paar hongerige jongen heeft die op het punt staan uit te vliegen. Hemelsbreed slecht tientallen meters verderop staat het nest en toch leven er nog kikkers in de sloot. Heel wonderlijk!

Wil van Elk

Oegstgeestigheid

14 juli 2004

Ze kunnen jou ‘zien’ aankomen. Ze ‘zien’ dat je te hard rijdt en ze ‘zien’ jou ook als je door rood rijdt. Maar ze ‘zien’ niet dat er van de andere drie kanten op een kruispunt niets aankomt en laten jou wachten tot de hele cyclus van de regelautomaat is afgewerkt. Zondagochtend kwart voor acht. Geen kip te zien op straat en toch moet je wachten. Ze hebben blijkbaar ook niet ‘gezien’ dat het zondag is en er van een spitsuur nauwelijks sprake is. Energieverspilling. Een ander woord is er niet voor te vinden. Soms ‘zien’ de detectoren in het wegdek mij zelfs helemaal niet en sta ik voor Jan met de korte achternaam met mijn ‘snelle’ fiets voor een rood licht te wachten tot die groen wordt. Het licht gaat echter pas op groen als er een auto achter mij aansluit. Die het eerst komt, die het eerst maalt is al helemaal niet aan de orde. Nee, de voorkeursregeling bij de Verkeer Regel Installatie (VRI) op de Kennedylaan is van een heel andere orde!

Over orde gesproken. Orde en netheid, normen en waarden. We krijgen het allemaal bijgebracht, alleen doen sommigen er niets mee, maar anderen juist weer heel veel. Vernielzucht was indirect de reden dat we een prachtig nieuwe afvalbak hebben gekregen naast de bushalte bij de rotonde. Glanzend geel pronkt die daar en is heel uitnodigend om er iets in te gooien. Ik zag zondag iemand stoppen met zijn auto bij de bushalte en ik dacht nog dat de chauffeur aan het oefenen was voor zijn buschauffeurexamen. Maar nee, hij stopte om zijn asbak te legen, keurig in de afvalbak. Ja, zo kan het ook! Nu maar hopen dat alle peuken uit waren, anders hebben we zo weer een zwartgeblakerde bak!

Wil van Elk

Oegstgeestigheid

21 juli 2004

De straat was weg, volgens een oplettende Warmonder. Hij heeft gelijk. Ik noemde twee columns terug de Herenweg in Warmond Herenstraat. Een freudiaanse verspreking, want in Voorhout schijnt deze straat gewoon te bestaan en de Warmonder vroeg zich af of de herindeling al een feit was. Ik kan hem en alle andere Warmonders geruststellen, Warmond is nog steeds Warmond en de Herenweg is nog steeds Herenweg. Al weet je het maar nooit met gemeentebestuurders. Zo ben je volop bezig met het organiseren van allerlei leuke evenementen, en zo is er gen gelegenheid meer. Kijk maar naar Oegstgeest-Noord waar nog steeds het bord Te Koop aan het Groot Proffijt hangt. Wil niemand het kopen? Nee, gek hè?

Er waren vroeger heel wat sloten in Oegstgeest. Je ziet er hier en daar nog een paar, al zijn het op sommige plaatsen niet meer dan greppels. Onlangs vroeg een Oegstgeestenaar zich af of de De Kempenaerstraat ook een vaargang is geweest. ‘Overal zie je van die meerpalen waar je met de auto tegenaan kunt rijden.’ Ik vind ze echter wel handig om je fiets tegenaan te zetten, ook al is er vaak weinig ruimte over. In de nieuwbouwwijken is gelukkig ruim aandacht gegeven aan waterpartijen. Alleen in Haaswijk zijn die bijna gedempt. Nu beloofde de gemeente dat ze alle sloten zouden uitbaggeren. Helaas heb ik daar sinds vorig een voorzichtig begin werd gemaakt in het oudste gedeelte, nog niets van gezien en geroken. De enige baggerlucht die was te bespeuren kwam van de Oegstgeester Poldercross. Misschien straks weer, als in augustus in Warmond de Poldercross wordt gehouden, als de wind onze kant op staat. Wellicht kunnen we in Haaswijk een slotentocht organiseren. Iedere deelnemer steekt op meerdere plaatsen een sloot over en neemt een beetje bagger mee. Als er veel deelnemers zijn, wordt de sloot vanzelf dieper. En een lol dat we dan hebben!

Wil van Elk

Oegstgeestigheid

28 juli 2004

Je kunt niet meer gaan kamperen omdat het een stuk goedkoper is dan op een andere manier met vakantie gaan. Het lijkt er zelfs op dat het veel duurder is dan een geheel verzorgde vakantie naar weet ik veel welk vakantieoord. Je kunt gerust spreken van pittige dagprijzen en je moet ook nog eens zelf voor de maaltijden zorgen. En je mag blij zijn als je zuiver drinkwater krijgt aangeboden, zoals onlangs in het nieuws kwam. Ja, een geheel verzorgde vakantiereis lijkt mij wel wat. Niet meer dat gedoe met die vouwwagen en een eind rijden hoeft ook al niet. Altijd een volle koelkast en een volle maag en dat kost geen euro- of dollarcent meer. Alleen dat geneuzel op die vliegvelden en gezeul met koffers, daar moeten ze nog iets op vinden.

Dit jaar maken wij ons daar echter niet druk over. Wij blijven lekker thuis. Behang afsteken, schuren, afplakken, verven, witten, behangen, muren verven en schoonmaken. Heerlijk dat schilderen met open ramen. Er waait een frisse bries door het huis en je hoort de hele dag de vogels zingen. Mooi toch? Sommige mensen gaan daarvoor helemaal naar Afrika, en ik krijg het er gratis bij! Alleen zou je het geluid moeten kunnen regelen. In de buurt zit namelijk de hele dag een vogel te piepen. Waarschijnlijk een jong dat om eten zeurt. Het piepen houdt het midden tussen een wiel van een wandelwagen dat nodig moet worden gesmeerd en een microfoon die rondzingt. Het zit net tegen de pijngrens aan. En dan hupt er ook nog eens een merel rond die heel monotoon een deuntje zingt.

Gelukkig wonen we in een groene buurt en dat zorgt voor de nodige afwisseling. In de loop van de dag komt er een nieuw geluid bij. Een meeuw begint erbarmelijk te krijsen; gelukkig niet zo lang. Maar het geluid is nog maar net van mijn trommelvliezen af, of in de sloot neemt een meerkoet het van hem over. Dit werkt aanstekelijk op een paar eenden en een waar orkest zwemt voor ons huis langs. Waar blijven de krekels en het gebrul van een leeuw? ‘Woef’, laat de hond van de buren zich horen en onze poes mauwt dat ze naar binnen wil. Ook goed. Mijn eigen jungle, en nog gratis ook!

Wil van Elk

Oegstgeestigheid

4 augustus 2004

Met verbazing bekeek ik het wegdek van de Lange Voort, voorbij de rotonde en over de nieuwe brug naar de wijk Poelgeest. De snelheidsremmende maatregelen zijn daar echt een lachertje! Ik vreesde met grote vrezen over de veiligheid daar. Helaas zijn er al slachtoffers gevallen. Vreemd, want het is toch echt een dertig kilometer gebied. Het moet een aardige klap geweest zijn die een auto veroorzaakte toen een kat werd aangereden. Toch heeft de veroorzaker van de klap het niet gehoord, of deed net of er niets aan de hand was en reed gewoon door. Het dier heeft nog een half uur geleefd en zelfs toen het zich wanhopig over het gele wegdek sleepte, werd het door enkele automobilisten rakelings gepasseerd. Er was al eerder een kind aangereden en toen was de buurt ook al opgeschrikt. Nu heeft een kat het leven gelaten, maar het kan nog erger. Hopelijk gebeurt er nooit meer wat en blijft het verder rustig. Maar dan moet het wel beter worden aangegeven dat je er niet harder mag dan dertig kilometer! Je houdt je hart vast als straks de ‘bouwvakvakantie’ is afgelopen en de vrachtwagens weer af en aan rijden.

Als je de rotonde nadert, valt de openheid en overzichtelijkheid direct op. Niets aan de hand zul je zeggen. Maar niets is minder waar. Zoals zo vaak verlaten automobilisten de rotonde zonder richting aan te geven: ‘Ik rijd toch rechtdoor?’, merkte onlangs iemand op. Daar bij merken ze ook nog eens de fietsers niet op waaraan ze voorrang moeten verlenen. Ook hier dus een jungle waarin je moet zien te overleven.

Van mij mogen ze ook de rare kronkel in de voormalige noodweg verwijderen en de weg langs de woonboten weer doortrekken. Ongetwijfeld ligt het werk te wachten om na de vakantie uitgevoerd te worden, maar wat mij betreft beginnen ze er meteen aan, direct na het schilderen van een paar grote 30’s op het wegdek van de Lange Voort. Er zijn volgens mij nog meer punten waar het onduidelijk is dat je in een dertig kilometer gebied rondrijdt!

Wil van Elk

Oegstgeestigheid

11 augustus 2004

Oh moeder wat is het heet. Hoe, dat ervaar je pas als je in de auto voor het zoveelste rode licht moet wachten. Dan pas valt het je op hoe lang je soms stil staat en moet wachten op groen licht. Maar al te vaak zie je niets voor je auto langs gaan, zodat je extra het gevoel krijgt dat je heel veel tijd nodeloos voor de stopstreep staat. Maar het hoort er allemaal bij, ook als het erg warm is. In Leiderdorp hebben ze dat goed begrepen en een groene golf gemaakt die je hoort te krijgen als je keurig vijftig kilometer per uur rijdt. Bij het eerste licht merk je daar zelden wat van. Aangezien ik een paar keer bij een bouwmarkt moest zijn, heb ik mij daar meermalen druk gemaakt over de wachttijden. Als ik echter op de doorgaande weg lang stil sta, vraag ik mij af hoe het komt dat als ik het industrieterrein verlaat, er maar een paar auto’s door worden gelaten! Maar al te vaak komt overigens aan de groene golf vroegtijdig een einde en denk ik dat het bord aan het begin er alleen maar staat om je een beetje hoop te geven. Blij ben ik pas als ik die hete auto mag verlaten.

Veel mensen hebben datzelfde gevoel als ze even het ziekenhuis mogen verlaten om buiten te kunnen roken. Het is echter een rotgezicht en een slechte entree van het rookvrije ziekenhuis. Patiënten met het infuus aan de hand, voortgeduwd in hun rolstoel of op sloffen en gekleed in ochtendjas, staan daar een ‘strootje’ te roken alsof hun leven er vanaf hangt. Maar als het helpt tegen de jeuk van muggenbulten, dan kan ik mij best voorstellen dat mensen roken. Gek word je van die jeuk. Het is best een raar verschijnsel, een jeukende bult achter te laten terwijl je zelf al lang het verzamelde bloed hebt benut voor de voortplanting of verspreiding over het behang na een harde klap van de getergde en in zijn slaap gestoorde eigenaar van de Telegraaf, Volkskrant of Leids Dagblad. Vroeger sneed mijn moeder met haar duimnagel met kracht een kruisje op de bult, precies in het hart van de plek waar de mug had gestoken. En het hielp nog ook! Nu schijnt er een apparaatje in de handel te zijn voor een paar euro, die precies hetzelfde doet als de duimnagel van mijn moeder. ‘Daarmee druk je het gif door tot in een volgende laag vel waarin wel antistoffen kunnen worden aangemaakt tegen het spuug van de mug’, vertelde iemand. Oh, was het daarvoor!

Wil van Elk

Oegstgeestigheid

18 augustus 2004

Het zal toch niet waar zijn? Op zaterdag 18 september enkele sportclubs die zich presenteren op het Winkelcentrum Lange Voort? Kan niet. Daar hebben ze geen vrijwilligers voor en ook de lust ontbreekt om zoiets te doen. Tenminste, zo vertelden ze zelf tijdens een bijeenkomst van de Sportraad. Want een sportpresentatie tijdens de uitreiking van de Sportraadprijzen zat er niet in. En nu dit? Er zal wel een addertje onder het gras zitten, ik ben benieuwd!

Zou het een grandioos idee zijn om de nieuwe bibliotheek toch maar groter te maken? Nu we in Haaswijk het Multi Functionele Gebouw (MFG) gaan verliezen, zou dat mooi uitkomen. Een laag er bovenop en je bent klaar. Een grote zaal voor toneelvoorstellingen, een paar zalen voor oefenruimtes, kleedkamers, ontmoeting- en vergaderruimtes, een centrale hal met een bar, prachtig toch? Nog een aparte keuken met eetruimte, zoals bij de nieuwe brandweerkazerne in Warmond, en je kunt ook de scouts en kookclubs voor de jeugd een schitterend onderkomen bieden. De scouts zijn overigens binnenkort al aan het bakken op het Winkelcentrum Lange Voort! Verder nog een aparte opslagruimte voor de apparatuur van het jeugdwerk en een kantoortje voor de jeugdwerker, en dat probleem is ook weer opgelost. (Ook geen antikraakbeweging in het MFG, maar de huidige gebruikers laten zitten totdat het nieuwe gebouw bij het winkelcentrum klaar is; dat lijkt mij overigens een stuk goedkoper en zinvoller.) Als je daarbij bedenkt dat het niet al te efficiënte Gemeentecentrum dan ook vervangen had kunnen worden, de bank ook verhuizen, dan was het bouwterrein heel interessant groot geweest. Wat een geld had daarmee verdiend kunnen worden! Ga maar eens op het dak staan van de twaalfhoge flat, dan zie je het meteen. Heb ik al eerder geroepen!

Een paar jaar geleden heb ik ook al iets geopperd over meer openbare ruimte bij de nieuwbouw van de bibliotheek, maar toen met gelegenheid voor exposities en kunstworkshops of zoiets. Oh, waarom luisteren ze toch niet? Maar ja, naar al die mensen die stonden te trappelen om voor de jeugd allerlei activiteiten te gaan organiseren en anderen die in het MFG grote plannen hadden, hebben ze ook nooit geluisterd. Dus, waarom dan wel naar een idee voor een multifunctioneel zalencentrum met een bibliotheek? In Warmond hebben ze nu wel een bibliotheek naast Het Trefpunt, zij wél!

Wil van Elk

Oegstgeestigheid

25 augustus 2004

Al direct bij de geboorte word je geconfronteerd met iets waar je al negen maanden mee bezig was: groeien! Jouw omgeving maakt zich daar erg druk om en controleert regelmatig of die groei keurig volgens verwachting verloopt. Jouw ouders krijgen een groeischriftje mee naar huis waarin gewicht en lengte kunnen worden bijgehouden. Tijdens je groei speelt de rest van de maatschappij keurig het spelletje mee. Je beseft het amper, maar je krijgt al snel, meestal van de grootouders, een groeirekening bij een of andere bank. Als je wat ouder bent, kom je misschien zelfs in aanmerking voor een groeihypotheek. Zelfs de juwelier haakt er op in door groeidiamantjes of –briljantjes te verkopen.

Na al die jaren van bijhouden van statistieken, zou je verwachten dat met de uitkomsten iets wordt gedaan. Helaas, iedereen die van de gemiddelde lijn afwijkt, heeft zijn of haar hele leven lang problemen. Het begint al met het potje waarop je als kind jouw behoefte op moet doen. Als je gezegend bent met een flinke billenpartij, moet je op het zelfde potje als een ander en als je later groot bent is dat op een wc niet anders. Met jouw korte beentjes heb je in het begin zelfs angst om er op te klimmen. Angstaanjagend is het soms. Maar ben je eenmaal de zestien gepasseerd, dan zit je met jouw lengte van bijna een meter negentig ook niet zo comfortabel meer op die lage wc-pot. Op dat moment zou je eigenlijk al op een senioren-wc moeten, maar die krijg je pas als je weer begint te krimpen! Een in hoogte verstelbare wc-pot zou een mooie oplossing zijn. Als je dan ook nog eens de mechanische luchtafzuiging van de woning aansluit op de stortpijp, ben je die nare luchtjes ook meteen kwijt. Een goed gevulde lectuurbak er naast, en je komt er voorlopig niet vanaf.

Wil van Elk

Oegstgeestigheid

1 september 2004

Op de universiteiten zou eigenlijk een college moeten worden gehouden door een helderziende. Een aankomende dokter die bij zo’n les goed oplet, zou tijdens zijn carrière heel wat patiënten naar behoren kunnen behandelen. Een goede behandeling begint immers bij een juiste diagnose. En goed luisteren naar de klant is daarbij een vereiste, waarbij de patiënt wèl goed moet aangeven wat de klachten precies zijn. Ik begrijp best dat er een foutzoekprocedure is, waarbij stap voor stap wordt gezocht naar de oorzaak van de klachten. Maar als iemand vertelt dat er bloed meekomt met poepen, vraag je niet om de mond open te doen om te zien of er iets aan de keel mankeert! En andersom laat je niemand bukken als wordt geklaagd over keelpijn! Naast een boel ervaring, moet een dokter intuïtie hebben. Helderziendheid zou nog mooier zijn, maar dat is slechts enkelen gegeven.

Instrumenten zoals in Star Trek bestaan nog niet. Zo’n handzaam verklikkertje die ze langs je lichaam halen en die oplicht bij een verstoring in het lichaam, ook nog eens aangeeft wat er mis is, en een signaal afgeeft om het te genezen. Prachtig! Wij moeten ons echter nog een poosje overgeven aan de huisarts of de artsen in het ziekenhuis, en ons niet verbazen als ze je schildklier onderzoeken als je klaagt over buikpijn. Evengoed als ze je opereren, hoop je dat ze alles weer goed in elkaar zetten en niet dat als je een wind laat, je hoed opwipt!. Tegenwoordig heb je zelfs een briefje van de dokter nodig voor een vergoeding van de verzekering; dit maakt het echter een stuk duurder, want een dokter heeft ook een vergoeding nodig. Dit zal wel loslopen, zult u zeggen. Maar als de eerste de beste halve zool zelfs maar nieuwe steunzolen nodig heeft, moet die eerst naar de dokter voor een briefje voor de verzekering! Steunzolenfraude, meer is het niet!
Dek je alvast in voor het geval je te maken krijgt met een ernstige aandoening en geef gul als ze bij je aan de deur staan met een collectebus. Je weet maar nooit!

Wil van Elk

Oegstgeestigheid

8 september 2004

Gek zijn ze. Op fietsen dan wel te verstaan. Een groep van ongeveer twintig sportievelingen staat op het punt naar Frankrijk te vertrekken, om te gaan fietsen in de Vogezen. Hoe gek het ook is, ik denk dat ik met ze mee ga! Als verslaggever moet je soms aan gewaagde ondernemingen meedoen om een verslag te kunnen maken. Maar ik ga me daar niet gedragen als een soort Mark Smeets die vanuit een stoel de fietstocht gadeslaat op een televisiescherm. Nee, ik ga zelf ook fietsen. Gek ben ik. Op fietsen dan wel te verstaan.

Dergelijke groepen met sporters komen niet op het podium van de Sportraadprijzen. Ze komen ook niet in aanmerking voor een bijdrage van het Roeland Oltmans Fonds. Ze betalen ook geen contributie, want het zijn gewoon vriendenclubs die vaak spontaan zijn ontstaan. Meestal is daarvoor de zondagochtend bestemd en verzamelen ze zich bij iemand thuis of ergens bij een centraal punt, een kerk of een ander markant gebouw. Het zijn meestal mooi-weer-fietsers die in hun kleurige wieleroutfit de fietspaden opfleuren. Enkele echte liefhebbers stappen ook met slecht weer op hun ‘stokpaardje’. Ik vrees dat de groep die naar de Vogezen gaat, ook tot die categorie behoort. Oh, laat het toch mooi weer zijn, volgend weekend in Noord-Frankrijk!

Behalve die mooie kleuren op de fietspaden, valt het mij op dat vele paden door de mens worden verknald. Hobbels en bobbels ontstaan vaak als vanzelf, daar hoef je niets aan te doen. Maar al te vaak heeft de mens er een handje van om dit nog erger te maken, vooral kabel- en pijpleggers hebben hier een handje van. Maar in de duinen tussen Scheveningen en Katwijk maken ze het wel helemaal te bont. Daar hebben ze op diverse plaatsen rare bobbels in het wegdek aangemaakt om de snelheid te remmen. Meestal zijn ze geplaatst voor of na een helling. Levensgevaarlijk! Als je van de helling af komt, ga je bijna onderuit en als je omhoog moet is de snelheid weg en moet je behoorlijk trappen om weer de juiste gang er in te krijgen. Ook stukken met een soort van kinderhoofdjes laten je behoorlijk schrikken en je moet je stuur goed vast hebben, anders slaat die uit je handen. Dat die obstakels er liggen om af te remmen voor bijvoorbeeld een zijweg, ontgaat je daar volkomen omdat al jouw aandacht op de weg gericht is. Ik heb daar overigens nog nooit verkeer vandaan zien komen. Over doelmatigheid gesproken. Alleen de fietsenmaker lacht in zijn vuistje. Hij verdient er goed aan, want je moet wel een heel sterke fiets hebben die deze duurtest kan doorstaan!

Wil van Elk

15 september 2004

De laatste weken viel het op dat tijdens grote evenementen de politiek de grote afwezige is. Het is dat burgemeester en wethouders nog wel eens worden gevraagd om een startschot te lossen, anders zag je bijna nooit iemand. Bij de onlangs gehouden Oegstgeester Avondvierdaagse waren de raadsleden in geen velden of wegen te bekennen, een enkele uitzondering daargelaten. Ook raadsleden hebben immers kinderen die sporten! Zelfs tijdens de uitreiking van de Sportraadprijzen waren de raadsleden unaniem afwezig. Maar wel een visie presenteren over sport in Oegstgeest, hoe is het mogelijk. Een veel gehoorde klacht van de sportclubs was wel het feit dat uitgenodigde raadsleden bij een verkeerde club op de stoep stonden! Misschien zijn ook raadsleden niet meer dan een clubje van goedwillende vrijwilligers die het wel goed menen met ons dorp, maar stomweg geen minuut meer over hebben om overal hun neus te laten zien. Het zou wel meer begrip kweken en tonen, het is immers tweerichtingsverkeer!

Maar ach, ook de sport laat het afweten in de raadzaal. Zelden zie je er een trainingspak op de publieke tribune. Maar dat komt waarschijnlijk omdat in de sport alleen maar goedwillende vrijwilligers dienen, die het vrijwel zonder uitzondering goed menen met Oegstgeest, maar geen tijd over hebben voor het bijwonen van een commissievergadering. In ieder geval dragen ze hun vereniging een warm hart toe. Des te zuur is het dat ze van alle kanten worden ondermijnd door bureaucratische regeltjes, hoge rekeningen voor contoles op veiligheid en milieu aspecten en bovenal te weinig ruimte krijgen om hun sport naar behoren te kunnen uitvoeren.

Wat ben ik blij dat ik een individuele sporter ben. Ik hoef niet zo nodig een wielerbaan. Ik rijd wel op de openbare weg, al zitten er nog zo veel kuilen en bobbels in. Nu zijn weer ze volop bezig bij de nieuwe wijk Rijnfront. Moet ik maar weer een andere route kiezen, want rijden door zand en over ijzeren rijplaten is mij te link en niet goed voor mijn fiets. Maar ja, op het universiteitsterrein zijn ze ook al heel lang bezig. Ach, er is ook altijd wat!

Wil van Elk

Oegstgeestigheid

22 september 2004

Ik kan u verzekeren dat het fietsen in de Vogezen mij goed is bevallen. Het beetje spierpijn en gekwetste trots omdat ik sommige stukken niet heb gefietst, laat ik er verder buiten. Er gaat heel wat door je heen als je met een duizelingwekkende vaart van meer dan zeventig kilometer per uur van de berg kilometers lang naar beneden suist. In het begin krampachtig met je handen aan de remmen want anders komt de snelheid boven je macht. Als je de remmen weer loslaat, voel je direct een harde ruk aan je fiets. Dat geeft echt een kick. Naar boven toe fietsen is een heel ander verhaal. Moeizaam ploeter je voort om de top te halen. De club van enthousiaste fietsers waarmee ik de reis naar Frankrijk waagde, noemt zich niet voor niets Hijgend Trekken Wij Voort. Deze kreet heb ik meermalen op het wegdek geschilderd gezien in de vorm van de afkorting HTWV, waarbij de T was verleng met een pijl. Maar dit verhaal houdt u van mij nog tegoed.

Wat mij namelijk opviel in de Vogezen was het wegdek dat vergeleken met Nederlandse wegbedekking in een opvallend goede staat verkeerde. Wel zo prettig als je met meer dan zeventig kilometer per uur naar beneden suist. Ook waren er nauwelijks verkeerslichten te bespeuren. Heerlijk! Ik kon er naar hartelust hoge snelheden rijden, zonder dat ik werd geflitst. Niet dat ik hier wordt geflitst, dat dan weer niet. Maar in de auto ben ik wel wat voorzichtiger. Zonde van het geld als ze je flitsen! Een bewoner aan de Rijnsburgerweg richting Rijnsburg vroeg zich onlangs af waar het elektronische bord is gebleven met de tekst ‘U rijdt’. Ik heb dat bord ook wel zien hangen, maar vond het overbodig. Ik wist zelf ook wel dat ik reed! Blijkbaar heeft iemand het bord weggehaald omdat het totaal overbodig was. Volgens de opmerkzame Oegstgeestenaar zou het wel eens uit pure frustratie weggehaald kunnen zijn. Of zou het voor reparatie zijn verwijderd? Als het bord zijn werk goed doet, dan word je wel met de neus op de feiten gedrukt, want bij iets meer dan vijftig reageert hij al. Overigens is het niet zo gek om daar te controleren, niemand rijdt op zo’n ruime en overzichtelijke weg vijftig kilometer per uur! Lekker makkelijk om aan je quotum te komen! Toch schijnen ze overtreders die écht te hard rijden, gewoon te laten gaan. Te gevaarlijk om staande te houden. Daar kunnen ongelukken van komen, en daar zit niemand op te wachten. Dit soort overtreders moeten ze maar een boete achteraf sturen, met de kerst of zo.

Wil van Elk

Oegstgeestigheid

29 september 2004

Hebt u ook zo’n moeite met het openmaken van sommige verpakkingen? Bij blanco computer cd’s bijvoorbeeld hebben ze een bandje meeverpakt in het plastik waarmee het open trekken een fluitje van een cent zou moeten zijn. Helaas gaat dat niet zo eenvoudig als bij de verpakking van theezakjes. Maar die hebben het concept dan ook al jaren toegepast en weten precies hoe het moet. Negen van de tien keer vind je bij die verpakking wél het begin om aan te trekken. Bij het plastic om de cd-doosjes blijf je peuteren totdat je wanhopig een schaar of mes pakt en er een fanatieke haal over haalt en wild het plastik wegrukt. Wat een ellende!

Nog lastiger te open zijn de verpakkingen van gereedschappen. Als je een nieuwe gereedschapset hebt aangeschaft, is het verstandig om met het mes of met de schaar te beginnen. Misschien moet je daarvoor bij de buren aankloppen, want je krijgt het zonder schaar of mes echt niet open! Dat komt omdat het vacuüm is gezogen, daarom is er nergens een begin te vinden en zit er niets anders op dan het plastik kapot te snijden of te knippen.

Wellicht is het verstandig om voortdurend een zakmesje bij je te hebben, zoals vroeger heel gewoon was. Dat was altijd heel erg handig om bijvoorbeeld je pijp mee schoon te krabben, je nagels schoon te maken of een onwillige veter door te snijden als je bekaf thuis kwam en er in je onhandigheid een knoop in had getrokken. Heb jij zo’n mesje niet in je zak zitten? Hoe krijg je dan een zak drop open? Of een zak pinda’s? Nou? Hoe dan? Heel hard trekken? En dan ineens alle drop die alle kanten op zien springen zeker, omdat je met een harde ruk de twee helften van het zakje uiteen trok. Om wanhopig van te worden!

Wil van Elk

Oegstgeestigheid

6 oktober 2004

Helemaal aan het eind van het ‘nummertje trekken’, of liever gezegd ‘nummertje drukken’, kwam het antwoord op mijn nog niet gestelde vraag. Ik belde de Consumentenbond om te willen vragen waarom ik een mailing kreeg waarin ik een aanbod kreeg voor hun Consumentengids, terwijl ik die als lid altijd keurig ontvang! Op de antwoordkaart stonden al mijn gegevens, waaronder het lidmaatschapnummer, al keurig ingevuld. ‘Bent u liever kritisch dan naïef?’, begon de mailing. ‘U weet wat u wilt en maakt de juiste keuzes!’ En vervolgens: ‘Als lid van de Consumentenbond haalt u een écht onafhankelijk adviseur in huis.’ Ik dacht, nou komt het. Maar nee hoor. Ik kon een gratis blad bestellen! Maar die krijg ik al, dus daar trap ik niet in!

Ik besloot tegen beter weten in om opheldering te vragen via de telefoon. Meerdere series ‘belt u voor…, druk een één, twee, drie of bij een andere vraag, een nul. Toen ik eindelijk een laatste optie had gekozen, klonk de verontschuldiging dat het toezenden van een mailing naar leden een foutje was. Nou bedankt! Vertel dat de volgende keer voordat de hele riedel start! Dat is voor veel bellers een stuk goedkoper bellen, en scheelt nog een hoop tijd ook!

Nu ik het toch over kritisch heb. Mijn moeder heeft een nare tijd achter de rug en dat was best zorgelijk. Afgelopen zondag bracht ik haar met de auto naar huis. Ze zag een jonge dame fietsen waarvan haar truitje behoorlijk omhoog trok. Mijn moeder keek naar de blote rug en zei kattig: ‘Die mag wel uitkijken. Later krijgt ze last van d’r rug!’ En toen we even later vanaf de Papaverlaan de Korenbloemlaan inreden: ‘Houd je vast! Daar heb je die stomme pukkel weer.’ Ik dacht stilzwijgend: ‘Mooi, die is weer helemaal aan het opknappen!’

Wil van Elk

Oegstgeestigheid

13 oktober 2004

Wat ze nou weer hebben verzonnen in de nieuwe wijk Poelgeest, grenst aan het onwerkelijke. Als je de wijk inrijdt, moet je naar rechts en helemaal buitenom de wijk inrijden. Als je helemaal aan de linkerkant moet zijn, voor bijvoorbeeld de huisarts, tandarts of kinderopvang, wordt het een heel lange rit. Maar je blijft er wel wakker bij, omdat daar het onderste uit de kan is gehaald met snelheidsremmende maatregelen. Als je met nierstenen op weg bent naar de dokter, ben je die kwijt, nog voor je ter plaatse bent!

Een half jaar voordat het kermis is in Oegstgeest is het al kermis aan de vergadertafels. In al hun wijsheid hebben de bestuurders besloten om de kermis op te splitsen in twee gedeelten. Niet omdat het te groot wordt, nee, was het maar waar. Dit doen ze omdat ze geen ander alternatief kunnen vinden voor het parkeerterrein aan de Lijtweg. Waar is de tijd gebleven dat de kermis op de Endegeesterstraatweg draaide. ‘Dan moeten we een doorgaande weg afsluiten’, was de eerste reactie van een bestuurder. Nou, voor de Leidse drie oktoberfeesten kunnen ze dat daar ook afsluiten, dus waarom niet voor een ‘eigen’ feesie? Je hebt daar wel de kinderfeesten en twee fantastische cafés, dus…

Nee, dan andere plaatsen in de regio. Zoals Lisse, waar het programmaboekje onlangs nog uitpuilde van de activiteiten rond de harddraverijfeesten. Als ik dat allemaal lees, word ik toch wel een beetje jaloers! Een grote kermis in het oudste gedeelte van Lisse als middelpunt van alle activiteiten, kartrace, solexrace, jachthoornfestival, groot Lisses dictee, live muziek in alle horeca zaken, harddraverij met totalisator, zaalvoetbaltoernooi, puzzelrit, jeugddisco, viswedstrijd, gewichthijsen, doelschieten, smartlappenfestival, golftoernooi door het dorp, vaartocht gehandicapten, klassiek concert, taptoe, motorfestival, jeu de boules, kanotocht, rolschaatsgezelligheidtocht, jaarmarkt, ik stop, want het wordt een beetje eentonig. Net als Oegstgeest, maar dan anders.

Wil van Elk

Oegstgeestigheid

20 oktober 2004

Laatst vroeg iemand mij: ‘Wie is volgens jou de grootste Nederlander ooit?’ Ik ken de statistieken niet uit mijn hoofd en gokte: ‘De reus van Rotterdam?’ Man, die was groot! Tenminste, volgens mijn schoonvader dan, die zowel een tijd- als een plaatsgenoot was.

Zaterdagnacht speelde bij ons in de straat twee bedrijven van een prachtig toneelstuk. Het was een modern stuk waarbij de jongens ook met een handtas liepen, net als de meisjes vroeger deden; tegenwoordig zijn het vrijwel alleen nog maar schoudertassen. Het was aan de ene kant een onhandige tas, want hij was moeilijk draagbaar. Aan de andere kant was hij mooi groen en erg praktisch omdat er 24 flesjes bierflesjes in pasten. Maar als je de hele nacht bezig bent geweest met het legen van de flesjes, en je hebt net de tuinmeubelen staan vernielen van een oud vrouwtje (sorry buurvrouw), dan houd je zo’n tas niet lang vast als je hard wegrent! Met een harde plof viel het krat ondersteboven op de stoep en spoot het bier schuimend alle kanten op. Het krat en de scherven lieten ze hard lachend achter. Tot zover de eerste acte.

Het tweede deel was een eenakter met een wat oudere heer in de hoofdrol. Maar laat ik bij het begin beginnen. Ik was net weer in slaap gevallen toen ik wakker werd van een raar geluid. Ik kon maar niet thuisbrengen wat ik hoorde en ging naar beneden. Een poosje later zat ik in mijn eentje op de voorste rij. Een man op het toneel stond voorover gebogen de glasscherven bijeen te vegen. Even later zag ik dat het rare geluid, waardoor ik wakker was geworden, werd veroorzaakt door een over de tegels schrapend piepschuin plaatje dat normaliter wordt gebruikt om vleeswaren op te leggen. Op een gegeven moment schepte hij de scherven op en keek om zich heen met een blik van: ‘waar laat ik die zooi?’ Hij slofte naar de slootkant en smeet het glas in het water! Hij ging daarmee door tot vrijwel alles weg was. Hij had het best kunnen laten liggen, want wij wonen aan een pad, dus fietsen doen ze daar niet. Uh, behalve dan die man. Hij fietst dagelijks voorbij en had waarschijnlijk eigenbelang! Of het moet zijn dat hij dacht aan de veiligheid van wandelaars en huisdieren die daar dagelijks passeren. Want hij laat ook dagelijks een hond uit in die omgeving. Halverwege de dag stond het lege krat er nog. Op een paar flesjes na, moet de rest van de inhoud door de wijk zwerven, en moet er een spoor te volgen zijn naar de bron. Misschien dat de aangeschoten jongelui nog hun excuses hebben aangeboden bij de adressen waarvan zij de meubels hebben vernield of hebben meegenomen? Of zelfs hebben gevraagd naar de schade? Wat denkt u? Je hebt grote Nederlanders, en je hebt kleine Nederlanders en beide vallen op!

Wil van Elk

Oegstgeestigheid

27 oktober 2004

Je kunt in het weekend wel zien dat ze aan het werk zijn bij de afritten van de A44. Overal staat het stil. En dat allemaal onder het motto: ‘Sta eens even stil bij het werk aan de weg!’ Het is allemaal maar tijdelijk, dat dan weer wel. De verwijzing naar het Van de Valk gebeuren in Sassenheim werkt daar ook aan mee. Ik zou zeggen, rijd lekker door Warmond, dan kom je er ook. Maar ja, dan raakt Warmond weer verstopt door het verkeer. Ach, zo klein is dat dorp nou ook weer niet, die vinden we zo weer terug! Wel grappig om te zien hoe mensen reageren op de borden. Er staat vermeld dat je de snelweg richting Amsterdam niet op kunt en dat er een omleiding is. Toch gaan automobilisten op het voorsorteervak staan en kijken versuft om zicht heen. ‘Raar, wat doen die borden en hekken daar? Het verkeerslicht werkt toch nog gewoon! Mag ik nu wel of niet naar rechts?’ Tja, valt ook niet mee! Niet zo verwonderlijk dat sommige wegen verstopt raken als er iets verandert!

Diezelfde twijfelaars zorgen ook voor oponthoud bij rotondes. Richting aangeven hebben ze nog nooit van gehoord en ze rijden doodgewoon de rotonde af wanneer zij denken dat het uitkomt. Dat er mensen staan te wachten ontgaat ze volledig! ‘File? Ik zie helemaal geen file.’ Het zou mij ook niet verbazen als ze totaal niet in de gaten hebben dat hun verlichting niet brandt. Net zo als ze dat op de fiets niet interesseert. Als ze dan ook nog eens op een onverlicht fietspad rijden, zoals langs de afrit van de A44 richting het Transferium, dan zijn ze vogelvrij zonder dat ze dit zelf in de gaten hebben. Hoewel, ze zullen toch wel zien dat ze nauwelijks iets zien? ‘Dat was mazzel hebben’, zei de racefietser die in mijn kielzog reed in Den Haag, ’s morgens vroeg op weg naar het werk. We reden door een politiecontrole heen en omdat mijn verlichting in orde was, werd er slechts geroepen: ‘Goede morgen!’ Die kerel achter mij op zijn racefietsie, hebben ze waarschijnlijk in het donker niet eens gezien.

Wil van Elk

Oegstgeestigheid

3 november 2004

Eindelijk zijn ze er achter: Jongeren zijn doof! Ja, hè, hè. Waarom denk je dat die muziek altijd zo hard staat en waarom ze altijd zo naar elkaar schreeuwen? Juist, omdat ze doof zijn! En als ze ouder worden wordt die handicap alleen maar erger, totdat zelfs een gehoorapparaat niet meer lijkt te helpen. Misschien dat ze ooit eens een laserbehandeling ontdekken voor trommelvliezen. Voortaan niet meer verontrust opkijken als er een auto passeert waaruit harde discomuziek klinkt. Het is slechts een dove medemens die het moet hebben van de vibraties om de muziek te kunnen beleven.

Over herrie gesproken. De sirene om maandagmiddag bewijst tijdens de maandelijkse test dat alles nog perfect werkt. Gelukkig, goed om te weten. Niet alleen is dat het bewijs dat het de volgende avond Biervriendavond is bij Het Witte Huis . Nee, het geeft ook een veilig gevoel. Onze poes lijkt het echter maar niet te willen snappen. Steevast zoekt ze een veilig heenkomen als de sirene’s beginnen te loeien. Het is niet aan haar verstand te brengen dat het maar een test is. Aan de andere kant is het wel het bewijs dat het waarschuwingsignaal werkt.

Die maandag kreeg ik nog meer waarschuwingen. Bij een zinsnede in een van mijn wekelijkse teksten voor de Oegstgeester Courant geeft de spellingcontrole van de tekstverwerker een voor mij nieuwe waarschuwing. Belgisch-Nederlands geeft hij aan. Uh, Belgisch-Nederlands? Awel, hoe bedoelt gij? Ik heb het weggeklikt en zag het maar als een compliment. Het zijn meestal de Belgen die winnen met taalspelletjes, toch?

Wil van Elk

Oegstgeestigheid

10 november 2004

Ik weet eindelijk hoe het zit met pizza’s. Best wel laat, maar dat komt omdat ik er niet mee ben opgegroeid. Ik kwam pas op zeer late leeftijd in aanraking met dit culinaire fenomeen. En hoewel ik er soms best wel van geniet, ben ik daar niet rouwig om! Wat ik u wil vertellen is dat als je netjes met mes en vork eet, je vaak eerst door een hard gebakken pizzarand heen moet worstelen voordat je bij het sappige binnenwerk komt. Er zijn overigens hele volksstammen die het heerlijk vinden om op harde korsten te knabbelen. Ik ben meer de liefhebber van het zachte binnenwerk. Op een goede dag ontdekte ik dat die harde rand slechts voor één ding goed is. Als je de pizza opdeelt in een aantal punten, zoals je een ronde taart verdeelt, dan kun je zo’n punt prima beet houden aan die rand. Let daarbij wel goed op, want als het binnenwerk te slap is, kan je broek zo naar de stomerij!

Maandagochtend ging ik naar de gemeentewerf om weer een partijtje troep te lozen dat prima in aanmerking kwam voor gescheiden afvalverwerking. Daar kwam op dezelfde tijd een andere burger die de restanten kwam afleveren van een gemeentelijke afvalbak. Zo’n gele die je op veel plaatsen in de gemeente aantreft en die maar al te vaak het doelwit zijn van vandalisme. ‘Ha’, dacht ik, eindelijk een vernieler die zo stoer is om voor zijn daden uit te komen. De goede man heeft in zijn leven al heel wat vuurwerk verkocht en ik vond het niet ondenkbaar dat hij, voordat hij het zware vuurwerk in de verkoop deed, eerst zelf de uitwerking daarvan uitprobeert! Want dat is de reden dat de afvalbak in de lengte is gescheurd en nu uit twee helften bestaat. Maar gelukkig was dat niet het geval, hij kwam als nette burger de trieste resten van de bak netjes afleveren op de gemeentewerf. Wel weer een gevalletje dat met gemeenschapsgeld moet worden hersteld. Jammer. Maar over iets meer dan een maand wordt het weer tijd voor vuurwerk en dan volgen er vast nog wel meer vernielingen.

Wil van Elk

Oegstgeestigheid

17 november 2004

Hoewel mijn computerhobby vrijwel helemaal van de baan is, mag ik nog graag naar de jaarlijkse Hobby Computer Club Dagen in Utrecht gaan. De zogenoemde HCC Dagen in het afgelopen weekend werden zoals gewoonlijk druk bezocht. Fabrikanten van computerspellen en aanverwante artikelen proberen met lawaaiige multi mediashows de jeugd overtuigen dat hun materiaal het ultieme spelgenot biedt. In de loop der jaren is het ook in de muziekwereld doorgedrongen dat digitale technieken ongekende mogelijkheden bieden. Dit is vooral te merken in de opslagmogelijkheden van muziekbestanden. Ook in de fotografiewereld is de computer een onmisbare schakel geworden. Dit soort beurzen blijft dus interessant voor een groot publiek, vandaar dat dit wellicht de enige beurs is in Nederland die niet te lijden heeft van teruglopende belangstelling.

Het beste kun je per openbaar vervoer reizen als je naar de Jaarbeurshallen gaat, want daar werden de HCC Dagen gehouden. Hoewel ik zowel op de heen- als op de terugreis een zitplaats had, moesten veel mensen staan in de trein. Blijkbaar ziet de NS na al die jaren geen kans om iets te doen met ervaringscijfers. Dit is overigens een van de schaarse momenten dat ik gebruik maak van het openbaar vervoer. Fietsen geeft mij nou eenmaal meer vrijheid. Ik was vrijdagochtend ruim op tijd van huis gegaan om de trein te kunnen halen, zodat ik bus 30 verkoos boven een snelle rit met 57 of 42. Op de terugreis had ik het genoegen om de 57 te treffen en had ik zowaar nauwelijks wachttijd. Wel verbaas ik mij nog steeds om de 42 net voor mijn neus over de Haaswijkbrug te zien rijden; dat kan toch makkelijk een kwartier spreiding krijgen? De rit met de 30 zal overigens wel een historische rit geweest kunnen zijn. Vrijwel zonder slag of stoot ziet Connexxion kans om deze rit te schrappen. Ook vanuit Poelgeest wordt zomaar een buslijn van de kaart geveegd. De reden is simpel. De cijfers wijzen uit dat deze ritten niet echt rendabel zijn en de ritten omslachtig. Maar is dat het doel van Openbaar Vervoer? Strakke ritten zonder omwegen met alleen maar volle bussen? De gemeente en daarmee de inwoners – zullen toch echt een vuist moeten maken tegen dit soort onplezierige acties. Want voordat je het weet ben je weer een service kwijt die voor veel mensen een uitkomst bieden.

We laten het echter allemaal zomaar gebeuren. Net als bij het publiekshuis in Haaswijk, Het Groot Proffijt ofwel het Multi Functioneel Centrum of zoals u wilt, Multi Functioneel Gebouw, werd ons ook zomaar afgepakt, zonder slag of stoot. Als we niet reclameren bij de gemeente – die de klachten dan weer kan neerleggen bij de Provincie - over het verdwijnen van buslijnen, dan zijn ze straks dus echt weg. Mooi kerstcadeautje voor het volk!

Wil van Elk

Oegstgeestigheid

24 november 2004

Mijn vorige column heeft blijkbaar veel commotie veroorzaakt. Heel veel mensen wisten nog niet dat bus 30 op 12 december verdwijnt en raakten helemaal in paniek na het lezen van Oegstgeestigheid. Paniek is wel het laatste dat ik wil veroorzaken. Het zal je echter maar gebeuren dat jouw enige verbinding met de buitenwereld wordt weggenomen! Er zijn mensen die bewust ergens gaan wonen waar een goede busverbinding is. Zo ook in Oegstgeest waar in de Spaanse wijk, zoals in Haaswijk de wijk wordt genoemd bij het eindpunt van lijn 30. Als je een buslijn schrapt, komen juist daar mensen in de problemen. Maar het laatste woord is daarover nog niet uitgesproken, want Oegstgeest komt in het geweer. En hoe meer mensen hun verontwaardiging uitspreken, hoe groter de kans is dat de Provincie inziet dat lijn 30 echt niet weg kan!

De beste manier om uw stem uit te brengen voor behoud van lijn 30, is een kaartje in de bus bij Reizigersorganisatie Rover, Aert van Neslaan 534, 2341 HT  Oegstgeest. Doe dit voor 1 december, want dan kan uw stem nog worden meegenomen in de bespreking met Connexxion en de Provincie. Ondanks dat ze geen partij is in de buslijnenplanning, doet de gemeente Oegstgeest ook haar best, en na een ingediende motie in de gemeenteraad, wordt er een brief geschreven met daarin, nog nadrukkelijker dan eerder gemeld, het belang van lijn 30.

Connexxion maakt allerlei mooie plannen om het de reiziger een beetje naar de zin te maken, maar bovenal om er wat uit te slaan. Want zonder winst rijden ze liever niet! Ze rijden naar Den Haag dan wel met een gratis bus, maar de Provincie betaalt daarvoor een flinke smak geld. Deze verwennerij is aan het eind van het jaar wél over! File’s bleven namelijk hetzelfde. Ja dag, dat kwam door het vele werk aan de N44, de Verkeers Regel Installaties in Wassenaar, én omleidingen door werk aan de A4! Slimmer zou zijn geweest om het nog een jaar vol te houden, dan pas kun je zeggen of het wel of niet een succes is. Maar ja, de Provincie regeert op hoofdlijnen, waar voorheen de gemeente Leiden het dichter bij de burger bekeek. Zie lijn 30 die blijkbaar ook geen vetpot is voor Connexxion en door de Provincie zomaar wordt weggepoetst! Jammer overigens dat belangenverenigingen voor reizigers daarop vooraf nauwelijks konden reageren, wat wel zo vriendelijk zou zijn geweest en voorheen ook de gewoonte was. Maar als lijn 30 weg is, wat dan? Gaan 42 en 57 een andere route door Oegstgeest rijden? Gaan ze dan eindelijk verspreid rijden, en niet beiden tegelijk aankomen in Haaswijk? Vanaf en naar het Leidse station kun je dan om het kwartier een bus pakken en ’s avonds om het halve uur. Dat zou heel mooi zijn! Nu rijden er drie bussen vrijwel gelijktijdig richting Oegstgeest-Noord. Heb je die net gemist? Jammer, dan kun je ’s avonds bijna een uur wachten! Leuk als je net meer dan een uur onderweg was met de trein! Maar Connexxion heeft (eindelijk na jaren) beloofd dáár wat aan te gaan doen, ik ben benieuwd!

Wil van Elk

Oegstgeestigheid

1 december 2004

Ik frons op ‘mijn minst’ m’n wenkbrauwen bij het lezen over Poelgeest als autoluwe wijk. Hoewel ik in die fraaie wijk eigenlijk wel mooie plekjes zie ontstaan, denk ik dat autoluw een sprookje is. Al vanaf het moment dat de eerste bewoners de sleutel van hun nieuwe woning kregen, waren er meer auto’s in de wijk dan het aantal huizen. Voor die tijd was het er al druk door het vele bouwverkeer en later volgden sluipverkeer, langzaam verkeer, snelverkeer en verkeer dat de weg kwijt was of grote omwegen moest maken. Nu vreest men met grote vrezen dat er met de komst van een tunnel nog meer sluipverkeer komt in de vorm van doorgaand verkeer van de Merenwijk naar de A44 en de Bollenstreek. Ondanks dat niemand met plezier door die wijk zal rijden door het omslachtige wegenplan met al zijn obstakels, hoef je daar niet voor te vrezen. Dat gebeurt écht wel. Uiteraard al door de bewoners zelf die van en naar hun werk zeker de kortste weg zullen kiezen. Da’s een economische beslissing die met tijd en geld heeft te maken. Laten we eerlijk zijn, minder kilometers, minder milieubelasting; en daar bedoel ik niet mee de inkomsten voor het belastingkantoor, maar de natuur!

Er schijnen zelfs mensen te zijn die in Poelgeest zijn komen wonen voor hun welverdiende rust. Nou, dat lijkt mij een ernstige misrekening. Al die commotie rond de hoogte van de flats, het bouwverkeer dat voorlopig nog niet weg is, de treinen die er dagelijks langsrijden en de vliegtuigen die steeds vaker over komen vliegen, zullen die rust behoorlijk verstoren. Nu dreigt er ook nog een tunnel te komen, en komt er nog meer verkeer door de wijk dan er al is!

Al die kleine kinderen in de wijk worden ouder en ouder. Nu nog zijn ze leuk met elkaar aan het spelen, maar straks wordt het schreeuwen alleen maar erger en komt er een tijd dat ze op brommers gaan rijden. Ook zullen er ontmoetingsplekken gaan ontstaan waar grote groepen jongeren elkaar gezellig gaan ontmoeten. Pubers maken heel wat mee in hun veranderende leventje en kunnen dat met elkaar makkelijker verwerken. Ik weet nu al dat de wat ouderen medemensen in die wijk daar geen begrip voor op zullen brengen en zich daar regelmatig druk over zullen maken. Kortom, voor de rust daar gaan wonen? Zou ik niet doen!

Wil van Elk

Oegstgeestigheid

8 december 2004

Ons leven lijkt alleen nog maar te draaien om verpakken. Dat viel mij ineens op toen ik het laatste plakje achterham op mijn bruine boterham deed. Dat plakje lag op een stuk plastik, was toegedekt door een dun velletje plastik, en zat in een plastik zak die door de verkoper netjes was dichtgebrand. Als de eerste plakjes ham uit de verpakking worden gehaald, gaat er bij ons een extra zak omheen die je met een groefsluiting kunt afdichten. Al die verpakkingszooi gooide ik in de pedaalemmerzak die al bijna vol zat met andere verpakkingen. Het grootste gedeelte van ons afval bestaat blijkbaar uit verpakkingsmateriaal. De methodieken om spullen te verpakken worden steeds doordachter, ingewikkelder en verpakkingen worden daardoor moeilijker te openen. Voorkomen van winkeldiefstal zal hier wel aan ten grondslag liggen. Je moet echter wél een geoefende inbreker zijn om het open te kunnen krijgen!

Ook plannenmakers, vooral in de politiek, moeten hun plannen goed verpakken om ze er door te krijgen. Kijk maar hoe ze bijvoorbeeld het Groot Proffijt laten verdwijnen om nieuwbouwplannen van de scholen in Haaswijk te verwenlijken. En de bevolking krijgt het nog steeds niet door! Sommige mensen plukken de wrange vruchten van onduidelijk verpakte fenomenen. Zoals invaliden die willen vissen in de Klinkenbergerplas (dat mag tegenwoordig met vergunning van een Warmondse en Leidse hengelaarvereniging). De speciaal aangelegde steiger is levensgevaarlijk voor iemand in een flinke elektrische rolstoel. Je kunt er nauwelijks op keren zonder het risico te lopen in het water te verdwijnen. Maar gelukkig is de toegang dermate slecht, dat ze in de modder blijven steken, nog voordat ze de steiger bereiken!

Ook elektriciteit moet je goed verpakken. Zonder verpakking werkt het namelijk niet. Dit is goed te zien bij het snelheidsbord op de Rijnsburgerweg, op de grens van Oegstgeest en Rijnsburg. Daar bungelt het draadje al geruime tijd doelloos naar beneden en het bord geeft geen informatie meer. Bestuurders weten daardoor niet meer hoe hard ze rijden en maken noodgedwongen de ene snelheidsovertreding op de andere.

Kabels moeten grotendeels de grond in om elektriciteit bij de gebruiker te krijgen, en daardoor worden maar al te vaak fiets- en voetpaden verwoest. In Japan hebben ze dat in de stad van de toekomst beter opgelost. Prachtig ondergrondse gangen zitten vol met leidingen en afvoerbuizen. Heel slim wordt aan de ene kant gas, elektriciteit en water naar de huizen gebracht, en aan de andere kant wordt het afval weer afgevoerd. Binnenkort zullen de eerste speelfilms met kilometerslange achtervolgingen wel op het witte doek verschijnen, of moet ik lcd-scherm zeggen? Want ook filmbeelden worden tegenwoordig anders verpakt!

Wil van Elk

Oegstgeestigheid

15 december 2004

Het viel mij de laatste tijd op, dat als ik langs het Bos van Wijckerslooth fietste, daar nogal wat bedrijvigheid was. Door de lichten van de machine’s en voertuigen leek het er even op dat er een weg werd getrokken, dwars door het fraaie bos. Dat zou niet zo mooi zijn, want laten we eerlijk zijn, het is een van de weinig prachtige wandelgebieden die we hebben. Gelukkig betrof het slechts groot onderhoud en kun je nu weer door de bomen het bos zien.

Maar geen rook zonder vuur en dat is dodelijk voor een bos. Van verschillende kanten hoorde ik dat er mensen langs de deuren gaan in het centrum van Oegstgeest met handtekeninglijsten over het bos. Zou het dan toch waar zijn? Komt er wél een weg door het bos? Zó erg is het gelukkig niet. Ik bedoel niet dat het niet erg zou zijn als er een weg kwam in het bos, nee, er komt geen weg, dus is het niet zo erg. Kunt u mij nog volgen? Het zit zo. Men is bang dat er een fietspad komt in het bos. Iedereen die het bos een warm hart toedraagt, en dat zijn er blijkbaar velen, vindt dat het niet kan! Vooral wandelaars die er regelmatig hun hond uitlaten, of zomaar een wandeling maken, schrokken erg. ‘Een fietspad in het bos? Hoe durven ze!’

Er doen al heel lang geluiden de ronde om het bos op te knappen. Vooral de Rotary Oegstgeest en Rijngeest maakt zich hier sterk voor, samen met de agrarische school in Oegstgeest. Resultaten blijven echter tot op heden uit. Bij de lancering van de plannen, het is een doel dat de rotaryclub zich heeft voorgenomen, werd gesteld dat het bos toegankelijk moet worden, zelfs voor mensen die minder goed ter been zijn of in een rolstoel zitten. Zo dicht bij het verzorgingstehuis Van Wijckerslooth en Rustenborgch aan de overkant, is dat niet eens zo gek. Het voorstel was dan ook om de paden op een natuurlijke manier te verharden en dan wel zodanig dat iedereen gezellig kan wandelen in het bos zonder te blijven steken in de modder. Een fietspad past absoluut niet bij die plannen! Dat komt de veiligheid zeker niet ten goede. Een fietspad in een wandelgebied? Laten we alsjeblieft normaal blijven doen! Zorg eerst maar eens dat de bestaande fietsroutes vrij blijven van obstakels en niet zoals op de Terweeweg dat auto’s ineens op je inrijden bij die rare, ja hoe heten dat soort rare obstakels eigenlijk? Bij dat soort vreemde afscheidingen lijkt het erop dat je als fietser een eigen stukje weg hebt. Alleen komen auto’s op dat zelfde wegdek als ze moeten uitwijken voor de vluchtheuvel aan de andere kant van de weg, of als ze aan de kant moeten voor tegemoetkomend verkeer. Dat niet alleen, tegemoetkomende auto’s rijden ook ineens op je af! Levensgevaarlijk! Wie verzint er zoiets? Een stukje verder kunnen de auto’s weer gewoon verder jakkeren, is dat de oplossing om te zorgen dat er dertig kilometer per uur wordt gereden? Een onherkenbare auto met twee ‘veldwachters’ er in, die de hele dag niets anders doen dan op het verkeer letten. Geen gordel om? Pats, een forse boete. Harder rijden dan toegestaan? Pats, een forse boete! Op de stoep parkeren? Pats, nou, u begrijpt het wel. En dan niet een keertje, nee, iedere dag. Wedden dat dit helpt!?

Wil van Elk

Oegstgeestigheid

22 december 2004

Er komt weer ruimte vrij in Warmond om te bouwen. Aan de Oude Dam wordt het gebouw Mariënweide gesloopt. Aan de Mgr. Aengenentlaan 1, worden maarliefst 66 bomen gekapt: vijf populieren, vijftien essen, negen eiken, drie acacia’s, zeven coniferen, tien esdoorns, twee meidoorns, twee sierkersen, twee vruchtbomen, zes berken, vier elzen en een kastanje. Je zult maar een eekhoorn zijn die er zijn wintervoorraad heeft aangelegd, dan heb je mooi pech! Ik hoop alleen dat met al die nieuwbouw in Warmond, ook aan de Dorpsstraat gaan ze ruimte scheppen voor nieuwbouw, er voor jongeren veel woningen vrij komen.

Zoals het een echt Schengenland betaamt, kunnen we als Nederlander de landsgrenzen over zonder een paspoort te hoeven laten zien. Je merkt het amper dat je vanuit België Nederland binnenrijdt, want paspoortcontrole wordt niet meer uitgevoerd; je moet hem uiteraard wel kúnnen tonen. Lokaal wordt dat net zo. Als je naar Leiden wilt, hoef je geen paspoort te tonen, maar je moet hem wél bij je hebben. Dus dat bedoelen ze met grenzen vervagen! De politie controleert niet de hele dag, maar ze kunnen er wel aan beginnen. Als je geen rijbewijs hebt, zorg er dan maar voor dat je een paspoort in je zak of tas hebt, want anders krijg je een forse boete. Geen rijbewijs? Je hebt geen auto en je wilt al helemaal niet naar het buitenland? Je hebt niet zo veel geld? Probeer toch maar aan een identiteitsbewijs te komen, anders loopt het nog verkeerd met je af! Ook al ben je geen crimineel, je kunt het op die manier wel makkelijk worden! Zij die rijden zonder licht op fiets en bromfiets, moeten in ieder geval zo slim zijn om zich te kunnen legitimeren, want die stellen zich wel heel kwetsbaar op. Als je meer wilt weten, kun je informatie vinden op het Internet bij http://www.nederlandveilig.nl/.

Het is eigenlijk maar raar. Ondanks dat je alleen van 29 tot en met 31 december vuurwerk kunt kopen, en dan alleen als je zestien jaar of ouder bent, klinken er ieder jaar weer weken eerder volop knallen. Dat is dan of illegaal vuurwerk, of overgehouden van vorig jaar. Best link om het zo lang te bewaren. Je mag het alleen afsteken 31 december vanaf tien uur ‘s ochtends tot en met 1 januari om twee uur ‘s nachts. En dan alleen waar je geen gevaar, schade of overlast kan veroorzaken. Ook dat lukt niet, ondanks de fors oplopende boetes. De meeste ongelukken gebeuren overigens met de resten van achtergebleven vuurwerk. Toch veegt er bijna niemand zijn straatje na het knallen; raar hè? Er wordt al driftig geoefend voor de jaarwisseling. Aan de Endegeesterstraatweg is een bushokje volledig gesloopt en zo te zien zijn ze er helemaal klaar voor.

Wil van Elk

Oegstgeestigheid

29 december 2004

Zo, dit is alweer de laatste Oegstgeestigheid van dit jaar. Een terugblik? Waarop? Op 2004? Nou, de vraag is of dat wel zo spannend is. Dan gaan we ons alleen maar afvragen wat er mis ging, zoals bij het Groot Proffijt. Dat kunnen we dus maar beter niet doen. We kunnen beter vooruit kijken en ons afvragen waar volgend jaar al die activiteiten gehouden moeten worden. Andere instanties varen er immers wel bij. Je ziet bij voorbeeld her en der knutselclubjes ontstaan voor kinderen die wellicht in het Groot Proffijt gehouden zouden zijn. Aan de andere kant is het voor degene die dat op heeft gepakt een mooie bron van inkomsten. Zo blijft de economie toch maar draaiende.

Huizen schieten als paddestoelen uit de grond in Rijnfront. Man, wat gaat dat snel! Ik ben benieuwd waar ik straks die bewoners ga tegenkomen. Ze zullen toch de wijk uit moeten en later er weer in. Die sluiten straks mooi aan in de lange rijen auto’s die voor verkeerslichten en rotondes staan. Het meeste oponthoud komt trouwens van de automobilisten zelf. Als je ziet hoe mensen bij de rotonde staan te wachten, twijfelen en als ze dan eindelijk gaan rijden, bij het verlaten van de rotonde, in hun onnozelheid vergeten om richting aan te geven. Staat er weer iemand voor Jan met de korte achternaam te wachten. En veel plezier beleef je nou ook weer niet aan die rotonde. Er is er maar één die goed is aangekleed door een tuincentrum! De rest is eigenlijk maar een beetje kaal. Kaal en saai.

Ik hoop dat al die saaie rotondes voor de lente zijn opgeleukt met vrolijke bloemen en planten. Ik hoop ook dat er eens een keer een bedrijf al zijn energie steekt in het bedenken van een goed programma voor verkeers regel installaties. Zodat het nodeloos wachten op verkeer, voetgangers en fietsers, die er toch niet zijn (zoals bij de Apollolaan), voorgoed is afgelopen. Veel regelingen zijn ingesteld op piekbelasting, en als de drukte over is, sta je vaak nodeloos te wachten. Hopeloos. Wat zou zo’n apparaatje kosten waarmee bussen zijn uitgevoerd? Die kan ik goed gebruiken, want die lussen in het wegdek reageren niet op mijn fiets!  

Wil van Elk



Terug naar begin van deze pagina.
Terug naar hoofdpagina.