Oegstgeestigheid

7 januari 2009

Het leukste verhaal van rond de jaarwisseling, was het verhaal van een sporter die in zijn clubhuis een grote behoefte deed. Toen hij van het toilet afkwam, liep hij vrolijk de kantine in, en schrok zich rot van het alarm dat afging. De verstijving duurde slechts kort, en snel rende hij in paniek weer terug het toilet in, om verder te poepen. De beheerder van het gebouw dacht dat iedereen naar huis was, zette het alarm in, en sloot af. Onbekommerd ging hij huiswaarts. Op het toilet zat echter nog een wanhopige man. Gelukkig had een van de bestuursleden van de vereniging het alarm in de gaten, en al snel was de man uit zijn benarde positie bevrijd. Wat een opluchting moet dat zijn geweest!

En dan het verhaal van de Oegstgeestenaar die al een aantal jaren op zijn geld wacht. Hij moet namelijk nog steeds een vergoeding krijgen van de gemeente Leiden voor een omvergereden muurtje. Eigenlijk niet voor het muurtje zelf, want dat heeft de gemeente al in orde laten maken, maar voor vervanging van het tuinset dat hij van zijn kinderen kreeg, want dat was verpletterd door het omvallende muurtje. Voor het gemak bepaalde de gemeente dat het door gebruik minder geld waard was geworden, en beloofde een bedrag dat aanzienlijk minder was dan nodig voor aanschaf van een nieuw tuinset. Later ging daar nog een paar honderd euro af, maar daar ging onze Oegstgeestenaar niet mee akkoord. Eigenlijk een beetje gênant dat een gemeente als Leiden op een dergelijke manier burgers in de tang neemt. Toch maar een vriendelijk doch dringend briefje sturen om nog een keer het gironummer door te geven? Misschien moeten ze daar ook rente bij overmaken? Of maar meteen naar de Ombudsman? Of is het geld al onderweg uit IJsland?

Wil van Elk

Oegstgeestigheid

14 januari 2009

De milieudienst vindt schermen langs de Grunerie niet nodig. Als je nagaat dat de bewoners van de Morsebel hevig in de herrie kwamen te wonen, door het met de grond gelijk maken van het ooit zo mooie Marine Elektronisch en Optisch Bedrijf, moeten ze in de Grunerie er heel veel last van hebben. Maar de milieudienst vindt het lawaai van het verkeer op de A44 niet storend genoeg. Maar er is hoop voor de bewoners van deze wijk. In de nieuwbouwwijk Nieuw Rhijngeest wordt een school gebouwd, vlak naast kassen. Daar komt een tijdelijk scherm tussen van maar liefst honderdduizend euro. Niet van goud, maar van glas of zo. Nee, niet tegen het lawaai van groeiende gewassen. Ook niet om het glas van de kassen te beschermen tegen ballen, zoals je zou verwachten. De milieudienst wil de kinderen beschermen tegen allerlei gifgassen die de tuinders gebruiken. De kinderen die aan de andere kant wonen van de kassen, hebben blijkbaar pech gehad. Zij mogen de giftige dampen wel inademen, net als hun ouders. De tuinders zelf ook. Maar zijn die dan zo dom om te spuiten terwijl het zo schadelijk is voor henzelf? Dus wat op de plantjes wordt uitgespoten, stijgt op, en gaat door het glas van de kas naar buiten, en door de ramen van de school, zo de kwetsbare longetjes van de kinderen in. Ja, blijkbaar, en drie lagen glas is vermoedelijk sterk genoeg om deze dampen tegen te houden. Je zou de tuinders kunnen vragen om ’s nachts te spuiten, of doen ze dat al? Spuiten ze eigenlijk wel? De gemeente moet deze schermen wel aanbrengen, anders komt er geen vergunning voor een nieuwe school. Wat nu als de dampen over het scherm heen dampen, en aan de andere kant weer vrolijk neerdalen? Of als er vliegtuigen overvliegen die kerosinedampen lozen? Wellicht moeten we over de school ook een glazen koepel bouwen? In ieder geval is het scherm tijdelijk, want de kassen zullen wel moeten verdwijnen. Die schermen kunnen dan mooi naar de Grunerie. Of houden ze geen lawaai tegen?

Wil van Elk

Oegstgeestigheid

21 januari 2009

Waarom hebben de meeste schaatsers een accent, dat is wat ik mij steeds heb afgevraagd. Inmiddels ben ik er achter gekomen. Zij hebben een prachtige ijsbaan in de buurt waar zij wonen. In onze regio hebben wij dat niet. Wij moeten altijd in een auto springen en een grote afstand afleggen. De tijdrovende mogelijkheid van openbaar vervoer laat ik gemakshalve maar even buiten beschouwing. Jammer genoeg bouwen ze in de Elsgeester polder alleen maar kassen. Een flinke binnenbaan zou daar niet misstaan. Het moeizame overleg tussen Teylingen en Katwijk zou dat waarschijnlijk onmogelijk maken. Ook het voormalige MEOB-terrein zou geschikt kunnen zijn. In ieder geval beter dan een gevangenis. Leiden en Alphen aan den Rijn zijn ook nog steeds aan het steggelen over de komst van een mogelijke ijshal, en waar die dan moet komen. De beoogde lokatie bij de Mors is blijkbaar al weer van de baan. Voor de echte baanschaatsers zijn de bestaande ijshallen of te klein, of staan op het punt om te verdwijnen, of zijn te ver weg. Toch wonen er in onze regio nog heel wat getalenteerde en begeesterde schaatsers. Zij haalden dan ook hun hart op de afgelopen weken. Door hun ervaring zullen zij minder last hebben gehad van valpartijen. Heel wat mensen hebben ervaren dat het ijs voor iedereen even hard is. Zo hard zelfs, dat sommigen die eerst lacherig deden over de adviezen om een helm te dragen, daar later een zure grimas bij trokken. De pijn in hun hoofd was net even te erg.

Wil van Elk

Oegstgeestigheid

28 januari 2009

Toen ik vorige week aan een gedeputeerde van de provincie vroeg waarom we het hier zo hardnekkig willen volbouwen met huizen, kreeg ik het laconieke antwoord: omdat we nou eenmaal graag hier willen wonen, en onze kinderen ook. Lekker makkelijk, het wordt wel steeds voller. Maar échte starterswoningen voor onze kinderen komen er niet. De kust is aantrekkelijk om er te recreëren, en als het dan ook nog eens steeds voller wordt, staat alles binnenkort helemaal vast. Dan maken we toch van die mooie omleidingswegen en snelrails. Met openbaar vervoer kun je ook bij de kust komen. Zelf ga ik altijd vroeg van huis, dan heb ik geen last van de files. Ja, zo kun je alles wel recht kletsen. Zij is gedeputeerde, maar wij gedupeerde. Hoewel een grote Bollenstad van de baan is, wordt Nieuw Rhijngeest intussen volgebouwd, en Valkenburg staat ook op de nominatie om ontgroend te worden. Poelgeest is ook bijna klaar, en allerlei hoekjes worden nu bekeken om vol te bouwen.

Soms komen er heel leuke woongedeelten tevoorschijn, zoals de nieuwe Kwaakhaven in Poelgeest. Prachtig wonen aan het water, dat is niet veel mensen gegeven in Oegstgeest. Bij de Vissersbrug wordt ook een hoekje ingetekend om te bebouwen. De brug zelf zou dan moeten verdwijnen. Als nog iets over is van het historische Oegstgeest, dan is het wel die weg langs de Haarlemmertrekvaart met de Vissersbrug. Deze oeroude brug in ere herstellen, en woningen langs het haventje bouwen, lijkt een veel betere oplossing. Ik kreeg onlangs een paar zwart-wit foto’s van deze brug toegestuurd. De muren waren meer dan veertig jaar geleden ook al gescheurd, en op een bord stond heel toepasselijk: Jachthaven Welgelegen. Misschien moet het bestuur van de Vereniging Oud Oegstgeest daar eens gaan vissen.

Wil van Elk

Oegstgeestigheid

4 februari 2009

Onlangs gehouden onderzoeken hebben aangetoond dat Oegstgeest een sportdorp is. Er is bij de gemeente een redelijk actief sportbeleid. De vorige week uitgereikte sportprijzen bewijzen dat er op veel gebieden op hoog niveau sport wordt bedreven. Toch halen er nog mensen hun neus op voor dit onderwerp. Ook zijn er nog veel sporten die in ons dorp niet of nauwelijks de kans krijgen. Een eigen drumband om daar tamtam over te maken, hebben we al jaren niet meer. En een butereder om daar gekscherend over uit te weiden hebben we ook al niet, omdat de carnavalsvereniging de Klokkenverzuipers al lang geleden is opgeheven. Geloof je het niet, kijk dan maar eens op Internet; de naam Klokkenverzuipers levert nog heel wat hits op.

O ja, de neus ophalen. Door onder andere het beleid over ontspanningsruimte, zijn er al heel wat sporters verdwenen uit Oegstgeest, zoals de schakers. Ook die sport wordt op hoog niveau bedreven, kijk maar naar onze eigen kampioen Jan Smeets. Ook nu weer scoorde hij goed met een hoge klassering op het Corus Schaaktoernooi. Binnenkort gaat ook nog eens de paardensport grotendeels uit Oegstgeest verdwijnen. Het is precies zoals mijn overleden vriend Gert zo mooi vertelde: In Oegstgeest zijn ze niet over het paard getild, maar over een hele manege. Hij wist niet half hoe profetisch zijn woorden waren.

Wil van Elk

Oegstgeestigheid

11 februari 2009

Hoera, die idioterie rond de reclameblokken op commerciële zenders is gelukkig weer afgelopen. Protesteren helpt blijkbaar. Wat een onzin om amper iedere tien minuten een mini reclameblokje uit te zenden. Je weet op een gegeven moment niet meer waar je naar kijkt: een programma dat voortdurend wordt onderbroken door reclame, of reclame dat regelmatig wordt onderbroken door een programma. Vijftien jaar geleden ergerde ik mij al aan reclame op televisie, en ik sprak toen de hoop uit dat die Amerikaanse onzin nooit de oceaan over zou komen. Toch proberen ze het weer. Nou weet ik wel dat reclame heel veel zendtijd betaalt, en met mij weten heel veel mensen dat, maar toch willen wij graag zelf de regie in handen houden. Nu lijkt het er op dat de commercie de dienst uitmaakt. Dus niet lekker op je gemak naar een goede film kijken, met eventueel halverwege de film een korte pauze om te toiletteren of een drankje en een hapje rond te delen, maar voortdurend word je geconfronteerd met hinderlijk aanwezige reclame. Merkbekendheid moet het blijkbaar voorstellen, waarbij acht minuten niet afdoende is om alle reclameboodschappen door te geven.

Ze gaan er blijkbaar van uit dat mensen die televisie kijken niet al te intelligent zijn. Je ziet het aan de herhalingen die in een blok worden gepresenteerd. En dan twintig minuten later weer, en ook weer de aankondigingen van de zenderprogrammering, gek word je er van. Maar dat is nog niet alles. Die simpele televisiekijkers zouden eventueel kunnen vergeten waar ze naar kijken, helemaal niet ondenkbaar met die verstoringen van reclameblokken, dus in de linkerbovenhoek staat een zeer opvallend logo van de omroep. En mocht het ook nog interessant zijn voor de kijker om te weten naar welke kanaal er wordt gekeken, in de rechterbovenhoek is dat goed te lezen. En alles bij elkaar is dat ook nog niet genoeg. Met enige regelmaat komt er ook nog eens een aankondiging van een ander programma hinderlijk in beeld. Ik weet het, ik heb hier al vaker over gemopperd. Ik val dus ook in herhaling, net als de televisie.

Wil van Elk

Oegstgeestigheid

18 februari 2009

Ik heb eens nagedacht hoe ik miljonair kan worden. Ik bedacht een briljant plan. Eigenlijk heb ik jaren geleden al eens mijn ideeën geponeerd bij een reclamebureau. Zij wilden toen niets doen met mijn hoogdravende plannen. Ik bedacht toen dat je reclame op televisie zodanig spannend moest maken, dat iedereen aan de buis gekluisterd zou blijven als het programma wordt onderbroken door een reclameblok. Inmiddels hebben anderen dat ook in de gaten gekregen, en met veel plezier kijken de Nederlandse kijkers naar de grappige filmpjes van onder andere Albert Heijn. Vervolgens krijg je in de overige minuten zoveel andere informatie over je heen, dat je vrijwel alles snel weer vergeet, of uit ergernis iets anders gaat doen. Ik bedacht zomaar dat je in een onderbreking slecht een merk moet presenteren, in een korte film van drie tot vijf minuten. Dat kost voor de zendtijd wellicht net zoveel als meerdere keren van een minuut. Het moet dan een boeiend filmpje zijn, waarin op avontuurlijke manier, of anderszins, het merk of bedrijf wordt gepresenteerd. Ieder jaar wordt er een prijs uitgereikt voor de beste reclamefilm. En zie daar, de nieuwe Oscar is geboren. Nu nog een reclamebureau dat de ideeën kan uitwerken, en een regisseur die het aandurft om zijn energie te steken in korte projecten. In mijn droom was dat een fluitje van een cent, en al snel wilde iedere zichzelf respecterende acteur een rol spelen in een van mijn films. Het geld stroomde binnen. Mijn hand ging steeds meer jeuken, en ik droomde al van een geldpakhuis als van Dagobert Duck. Toen ik bemerkte dat het de poes was die langs mijn hand schuurde, was het te laat. Ik zal er niet rijk van worden, maar je zult zien dat mijn woorden ooit nog eens spannende reclamefilms opleveren.

Wil van Elk

Oegstgeestigheid

25 februari 2009

Het moet ongeveer veertienhonderd jaar geleden zijn, toen de eerste verslaggever ook buiten de grenzen van ons dorp probeerde nieuws te vergaren. Osger heette hij, Osger van de geestgronden. Al staande op de terp van de Groene Kerk, zag hij in de verte rookpluimen omhoog krinkelen. Je kon toen heel ver kijken met zicht op de duinen,. Hij zag dit al een paar dagen zo gebeuren, en was zeer nieuwsgierig naar de herkomst. Hij trok zijn beste wandelsandalen aan, pakte een flink pak brood in, en vertrok richting de rivier. Na een flinke wandeltocht langs moerassen en over zandheuvelruggen, kwam hij aan bij de Rijn. Met een zucht van verlichting zette hij zich neder om zijn voeten met sandalen en al te verfrissen in de rivier. En ziehier, de eerste nederzetting in ons gebied. Hij werd omringd door Romeinen die allemaal een plak brood van het kochten. Hij besloot om zijn vrouw er bij te halen, en samen begonnen ze een bakkerij. Zijn neef was hem nieuwsgierig achterna gekomen, en startte een smidse. De metselaar van het dorp bakte stenen van de rivierklei, en binnen een jaar stond er een klein dorp. Zalmen zaten er door overbevissing niet meer in de rivier, dus de plaatselijke visser begon een slagerij. En net zoals het huidige leger de Veluwe in de steek liet, verlieten op een gegeven de Romeinen ons gebied, en veranderde de nederzetting in een spookstadje. De inwoners waren vertrokken naar hoger gelegen gronden om van de geregeld voorkomende overstromingen af te komen. De bakker, slager, metselaar en smid hebben daar nog jaren gewerkt, en hun nazaten zijn nog steeds werkzaam in Oegstgeest, zoals het later is genoemd, vernoemd naar de gazette van Osger: De Osger Geestigheid.

Nu, jaren later, hebben argeloze voorbijgangers de resten van Osgers plaats ontdekt, de funderingen blootgelegd, en weer bedekt met grond. De leden van de Vereniging Oud Oegstgeest mogen er even rondkijken. Maar meer dan hun fantasie mogen ze er niet op loslaten, want meer is er niet te zien. De rookpluimen zijn al heel lang geleden in de lucht opgelost.

Wil van Elk

Oegstgeestigheid

4 maart 2009

Ik kan mij niet herinneren dat het aanleggen van een verzameling spannend was. O ja, ooms werden beloerd en belaagd als zij een sigaar opstaken, want het illustratieve bandje wilde je maar al te graag hebben. Ook kon je niet wachten tot de lucifers opwaren, en maar al te vaak was het lucifermerk allang van het doosje af. En als moeder naar Jamin was geweest, dan was het niet de snoep die telde, maar het fel begeerde speldje. Maar winkelend publiek bij de uitgang van de kruidenierswinkel opwachten, zo ver gingen wij niet. Voetbalplaatjes waren er vroeger ook, maar zo populair als de plaatjes van Albert Heijn waren ze bij lange na niet.

Mevrouw, heeft u voetbalplaatjes? Ja? O, mag ik ze hebben? Helaas, de vrouw wil ze zelf houden, wellicht voor een van haar kleinkinderen. Ik heb alleen nog nummer tien nodig, vertelde ze aan de bedelende jongen. O, maar die heb ik hier voor u. Mag ik dan uw plaatjes? Ik ben met mijn derde album bezig, maar daarna is het afgelopen, vertelde een van onze buurvrouwen. De ouders van die kleinkinderen, maar ook ooms en tantes, sparen driftig mee. U zei toch dat u voetbalplaatjes heeft? Zei de jongen die de mevrouw was nagelopen tot aan haar auto en de boodschappen aan het inladen was. Dat klopt, maar ik houd ze zelf, zei ze terwijl ze instapte en wegreed, de jongen beduusd achterlatend.

Wil van Elk

Oegstgeestigheid

11 maart 2009

Ongeveer op de plaats waar vroeger in de Dorpsstraat de tram stopte, althans in de laatste jaren dat hij daar reed, staat net voor de brandweerkazerne een bushalte. Tot vorige week kronkelde het fietspad daar achter langs. Hoe gevaarlijk dat was, moet iedereen voor zichzelf maar een voorstelling van maken. Op de fiets kon je maar beter de voet op de rem houden, of je handen op beide remmen op het stuur. Daarbij goed opletten dat je het kronkelige fietspad goed bleef volgen, om niet op een stoeprand te klappen. Ook goed op de uitstappende buspassagiers letten, want als die te snel uitstapten en in een ruk door naar het voetpad liepen, dan was het boem en ho. Die kronkelige obstakel is verwijderd, hoera.

Nu rijdt de bus tot aan de verhoogde stoeprand, of trottoirband zoals u wilt, en laat de passagiers uitstappen direct op het trottoir. Het mag wat kosten om het de buspassagiers naar de zin te maken. Goede raad kost niets, dus rijd op de fiets niet te dicht langs deze verhoogde trottoirband. Als je met de trapper de band raakt, ga je geheid gestrekt, met alle nare gevolgen van dien. Net als bij de halte voor Huize Duinzicht, moet je of wachten tot de bus weer gaat rijden, of je rijdt er omheen. Dat je daarbij donders goed moet opletten op tegenliggers, hoef ik wellicht niet uit te leggen. Het is vooral de factor haast die hier bepalend is. Meestal kom je er te laat achter dat haastig spoed niet goed is. Een harde klap, en je gaat de komende weken langzaam vooruit.

Wil van Elk

Oegstgeestigheid

18 maart 2009

Er staat weer een bord bij het MEOB-terrein. Nee, geen bord met Te Koop erop. Dit keer een bord over ‘Toegankelijkheid Openbaar Vervoer 2008, Fase 1B’, opdrachtgever de Gemeente Oegstgeest. Elders in de regio, waar ze graag een Huis van Bewaring willen, komt geen openbaar vervoer, dat was een van de redenen waarom Justitie daar geen gevangenis wil bouwen. In Oegstgeest staan bij de ingang van het voormalige MEOB nu twee aangepaste bushaltes op de Haarlemmerstraatweg, zoals ook de andere bushaltes in Oegstgeest zijn vernieuwd. Er staat zelfs een bankje bij. Geen bushokje, want zoveel mensen zullen er niet gebruikmaken van deze haltes. Schuilen voor een bui is er niet meer bij voor fietsers. Nu daar nog steeds een bus stopt, betekent dit dat de weg vrij is voor een gevangenis? Nee toch zeker? Die bushaltes zijn ongetwijfeld voor het personeel van Van der Luyt. Of voor de bewoners van de Oude Vaartweg. Natuurlijk, dat is het. Die moeten ook met het openbaar vervoer kunnen, net als de overige bewoners van Oegstgeest.

Die Oude Vaartweg toch. Tot voor kort een stukje Oegstgeest, en een stukje bebouwde kom van Sassenheim. Nu staat het hele rijtje huizen in Oegstgeest, maar buiten de bebouwde kom. Aan de overkant heb je het Lotte Stam-Beesepad dat wel in de bebouwde kom valt, en ook nog eens een dertig kilometer limiet heeft. En terecht, want je hebt daar een speelplaats waar de jeugd heerlijk kan skaten. Maar aan de overkant van de Haarlemmertrekvaart, daar gelden geen limieten, daar mag je harder dan vijftig. En volgens een van de bewoners aldaar, gebeurt het vaak genoeg dat ze met een rotgang komen aanrijden en vlak voor het einde bij het hek vol op de remmen gaan staan en nog harder terug rijden. Ze hebben daar nu wel straatverlichting gekregen. Ik kan nu de trap op ’s nachts, zonder het licht aan te doen, vertelde die bewoner met enige blijdschap voor zoveel verwennerij. Geen bebouwde kom, daar voldoet de Oude Vaartweg niet aan. Wel bebouwd, dat wel. Maar geen snelheidslimiet. Maar tachtig is ook niet veilig, wat nu? Er lopen daar nog hazen rond, en soms ook mensen.

Wil van Elk

Oegstgeestigheid

25 maart 2009

In mijn prille jeugd had ik de mooiste voetbalposters in mijn kamer aan de muur hangen. Wat ik met al die kerels aan de muur moest, weet ik eigenlijk niet. Misschien wilde ik ergens diep verborgen ook voetballer worden; en schaatser. Wel vond ik het leuk om ’s zondags naar het eerste elftal van UDO te gaan kijken, maar nadat ze promoveerde naar de vierde klasse werd dat steeds minder vaak. Nu kom ik alleen nog maar bij de voetbalclubs als ze kampioen zijn geworden!

Onze oudste dochter had in haar kamer allemaal antirookposters hangen. Hoofdzakelijk met de tekst dat roken doodzonde was. Ineens waren de posters verdwenen. De verleiding was ook voor haar te groot geworden. Voordeel was wel dat ik niet hoefde te betalen voor rijlessen, dus een rijbewijs is er nooit gekomen.

Sommige mensen kikken op die grote posters die in bushokjes achter de ruit geplakt zitten. Ze worden er dan ook regelmatig uitgesloopt. Maar wat moeten ze nu met een postertje van bakkerij Hugo de Groot? Want regelmatig verdwijnen de pamfletten met de aanbiedingen van de komende week, en vind de bakker het houdertje leeg. Los van het feit dat je zoiets niet hoort te doen, kun je na afloop van de actieperiode om de poster vragen, de eigenaar van de bakkerij stelt deze met alle plezier beschikbaar. Maar wat ik mij afvraag, wat moet je in hemelsnaam met een poster van gevulde koeken boven je bed?

Wil van Elk

Oegstgeestigheid

1 april 2009

In het centrum van Oegstgeest mag je niet harder dan zestig kilometer per uur. Ik vraag mij echter af of men dat door heeft. Veel verschil in snelheid is bij velen echt niet te zien aan het begin en het eind van een dertigkilometergebied. Op de Terweeweg MOET je zelfs dertig kilometer rijden, en dat is maar al te vaak niet eens haalbaar! Van mij mag het soms best wat langzamer. En als je dan met de auto in een sukkeldrafje op de Lijtweg rijdt, ga je luid toeterend om de auto heen die achteruitrijdend uit een parkeervak komt. En natuurlijk boos omkijken, en dan niet zien dat je zelf op dat moment een gevaar op de weg bent. Natuurlijk heb je voorrang op een achteruitrijdende auto. Natuurlijk moet die chauffeur jou voorrang verlenen. Maar als dat niet gebeurt, kun je toch ook even wachten? Hoeveel haast kun je hebben om iemand niet een keer beleefd voorrang te verlenen? Maar als je ziet hoeveel mensen op het trottoir fietsen, heeft bijna iedereen verschrikkelijke haast.

Zodra je de brug over het kanaal over bent, merk je op de fiets direct het verschil met een paar weken geleden. Alles is weer strak bestraat, en de hinderlijk ongelijke overgangen tussen het brugdek en het wegdek zijn verdwenen. Kun je lekker snel zonder te stuiteren doorrijden. Maar dan moet je wel opletten dat er niemand rechts van de brug tevoorschijn komt, want dan is het boem, en (gelukkig) vaak bijna boem. Vreemd eigenlijk dat ze de moeite nemen om die helling op te fietsen, terwijl aan de overkant een trap is, met een geul om met je fiets in te rijden. Overigens raar dat aan die kant van de weg geen helling is. Misschien moet daar toch eens over worden nagedacht. Wellicht hebben ze dat al gedaan bij het ontwerpen van de brug en tunneltje, maar hebben ze geen rekening gehouden met de haast van sommige mensen. Jeugdige fietsers kweken daar sterke kuiten, maar de senioren moeten echt afstappen. Ze komen allemaal aan de verkeerde kant naar boven en staan soms half op de weg te wachten tot ze naar de overkant kunnen. Echt veilig is het daar niet, vooral omdat de mensen die naar beneden rijden heel veel haast hebben. Bellen en roepen helpt vaak niet, omdat ze je niet horen. (Toeval? Op het moment dat ik deze zin af heb, belt er iemand van Beter Horen. Goedenavond, mag ik u even storen? Pardon, zeg ik, wat zegt u, ik kan u heel slecht verstaan….)

Wil van Elk

Oegstgeestigheid

8 april 2009

De lente geeft al af en toe wat zonnewarmte vrij, en daar voel ik mij prima bij. Al die activiteiten in de natuur, van de dieren en de planten, doen je als vanzelf om je heen kijken en genieten. Als je ’s morgens vroeg nog voor het licht wordt opstaat, dan hoor je een gigantisch fluitconcert van alle vogels in de omgeving. Een geweldig geluid. Koortsachtig maken ze nesten en de eerste eieren zijn of worden al uitgebroed. Maar echt in de korte broek hoef je nog niet op pad te gaan, daar is het nog te koud voor.

Er breekt weer een leuke tijd aan. Het watersportseizoen wordt binnenkort weer geopend. Koninginnedag staat voor de deur, evenals 5 mei met een spraakmakend jaarmarkt in de De Kempenaerstraat. Ik kan mij zo voorstellen dat half Oegstgeest zich al aan het voorbereiden is op de vrijmarkt die tegenwoordig tot aan het winkelcentrum aan de Lange Voort voert. Geweldig! Misschien dat het winkelcentrum nu ook actiever wordt. Wat een bevrijdingsfeest wordt het dan. Vooral als het mooi weer is, dan is het helemaal super.

Koninginnedag moet dit jaar in Oegstgeest een heel groot feest worden, nu de Oranjevereniging jarig is. Honderd jaar is de vereniging. Je zou denken dat dan Beatrix naar Oegstgeest komt om dat samen met de Oegstgeester bevolking gepast te vieren. Maar nee hoor, ze gaat naar Apeldoorn. In Oegstgeest komt ze blijkbaar al vaak genoeg tussen de bedrijven door. Daar zijn we dan ook geweldig trots op. We hebben immers heel wat te bieden. Maar een feestje vieren op Koninginnedag, samen met de Koninklijke familie, was ook wel leuk geweest. Zou het misschien kunnen dat Hare Majesteit wegblijft omdat de Hofdijck open ligt voor een nieuw riool? Als je in de poep roert, gaat het immers stinken. Net als in de ondiepe sloten in Haaswijk, waar nog nauwelijks water in staat, en de beschoeiing het begeeft op diverse plaatsen.

Wil van Elk

Oegstgeestigheid

15 april 2009

Heb je fijn boodschappen gedaan, met zakken vol met paaseitjes in jouw fietstassen, zie je op weg naar huis op de Irislaan het bord ‘Verkeerssituatie gewijzigd’. Jeetje alweer? Wat is nu weer anders? Even zien. Verkeer van rechts heeft nog steeds voorrang. Het is nog steeds einde dertig kilometer. Het enige dat je kunt doen is vrolijk doorfietsen. Nu ik er over nadenk, het bord staat er al heel lang. Als het voor mensen die dagelijks voorbij rijden al een vraagteken is, hoe moet het dan zijn voor mensen die daar voor het eerst rijden? Voor hen is het overbodige informatie dat niets toevoegt aan het moment. Dan zal het wel grappig bedoeld zijn. Zoiets als: Gisteren kwam er een Volkswagen van rechts, en nu een Opel. Als je dan de volgende dag voorrang moet verlenen aan een Mercedes, is het bord net zo actueel als het moment dat er geen verkeer van rechts komt. Maar eigenlijk is het net zoiets als Chris van De Gouwe die een bord boven zijn bar hangt met de tekst: ‘Morgen gratis bier’. Zinvolle informatie, daar wachten we op. Niet een bord met ‘Situatie gewijzigd’, maar ‘Let op: verkeer van rechts heeft voorrang’. Want dat geldt daar nou eenmaal. Ook voor fietsers, en voor automobilisten die niet eens hebben gemerkt dat ze niet harder mochten rijden dan dertig kilometer.

Wil van Elk

Oegstgeestigheid

22 april 2009

Het verenigingsleven in Oegstgeest wordt met het jaar groter. Oegstgeest wordt groter, dus niet meer dan logisch. Fijn dat er zo veel vrijwilligers zijn die zich willen inzetten voor het plezier van velen. Als straks ASC krijgt wat het toekomt, meer velden, dan heeft die club eindelijk rust. Maar niet de vrijwilligers, die gaan gewoon door, zoals het toegaat in het vrijwilligerswereldje. Ik zie het al helemaal voor me. Over een paar jaar, want zo lang duurt het voordat alle partijen iets hebben geroepen, wordt er een groot openingsfeest gehouden in de polder waar al jaren geleden de volkstuinen werden verdreven. ASC brengt de voetbal en cricket weer samen op een sportpark. En hoe leuk zou het zijn als er iets wordt gedaan met de A. Want laten we eerlijk zijn, die staat voor Ajax, en in Amsterdam gebruiken ze die naam op zeer verdienstelijke wijze. Inmiddels is de bruikleenperiode van honderd jaar verstreken. Om die periode te verlengen, is de opening van het nieuwe sportpark een perfecte gelegenheid. Je nodigt als officiële naamhouder de lener uit, en heel sportief teken je samen een vriendschappelijk documentje. Om dat feestelijk te bezegelen, laat je het eerste van Ajax een partijtje voetballen tegen de Oegstgeestenaren. Ach, eigenlijk moet een feestcommissie dit zelf maar bedenken, ik droom wel vaker hardop.

In het nieuwste gedeelte van Oegstgeest, Nieuw Rhijngeest, staat volgens mij geen enkel sportgebeuren op de kaart. Alleen een particulier initiatief van de huidige eigenaar van Het Witte Huis. Hij stopt in augustus met het hotel, en wil dan in de nieuwbouwwijk verder gaan, maar dan met een roeivereniging. Daar heeft hij een stuk terrein nodig, dat grenst aan de Oude Rijn. Daarover is men op het gemeentehuis driftig aan het nadenken. Ik ben bang dat ook dit een paar jaar gaat duren. We moeten roeien met de riemen die we hebben, maar op het droge gaat dat moeizaam, heel moeizaam. Kijk maar naar de Oranjevereniging. Weet je hoelang die al aan de oranjeweg timmeren? Honderd jaar. Vreemd genoeg hebben ze nog maar een duizendtal leden. Veel te weinig voor een dorp als Oegstgeest, waarvan de inwoners massaal genieten van de activiteiten van deze vereniging. Maar dat verandert snel, want in iedere brievenbus is van de week een prachtig programmaboekje gestopt, ook door vrijwilligers, waarin een folder is meegevouwen met daarbij een inschrijfformulier om lid te worden. Wat dat kost? 7,50 euro per jaar.

Wil van Elk

Oegstgeestigheid

29 april 2009

Voelt u zich al Europeaan? Ik heb namelijk gemengde gevoelens over deze identiteit. We hebben bijvoorbeeld jeu de boulebanen in Oegstgeest, maar daar spelen we alleen maar op als de buurtvereniging een toernooi organiseert. Vreemd genoeg nemen we de ballen wel mee naar Frankrijk, om daar net zo fanatiek te spelen als de Fransen zelf. Op maandag 25 mei start in Haaswijk het 23-ste toernooi van de Buurtvereniging Haaswijk; ik ben benieuwd of het weer net zo gezellig wordt als voorgaande jaren.

In Nederland betalen we net als in de andere Europese landen met de euro. In andere landen zijn we echter met dezelfde euro een stuk goedkoper uit voor dezelfde diensten of producten. Ook autorijden is bij ons best duur. We krijgen er gelukkig wel goede wegen voor terug. Maar om nu weer een kilometerheffing te gaan verzinnen, lijkt mij best overdreven.

In Brussel proberen ze ons ook wel te helpen op allerlei terreinen. Zo ook in de landbouw. Wel vreemd, we betalen een flinke contributie, en krijgen dan weer een gedeelte daarvan terug. Goedkoper was geweest om geen lid te zijn. Maar we kunnen het niet alleen, en dat geldt voor alle Europese landen. Kijk maar naar de waterhuishouding. Als alle omliggende landen hun rivieren schoonhouden, hebben wij zuiverder water. Dan hoeven we niet meer zo veel werk te doen aan waterzuivering. Wel moeten we er op letten dat we ons afval netjes thuis weggooien, en niet op straat of in de sloot. Onze kinderen kijken het van ons af; jong geleerd, oud gedaan.

Wil van Elk

Oegstgeestigheid

6 mei 2009

Massaal gaan we tijdens Koninginnedag in Oegstgeest de straat op. We genieten met velen van de koffie met een krentenbol, voordat we tijdens de aubade luidkeels meezingen met de Hollandse liedjes en het Volkslied. Dit jaar bestaat de Oranjevereniging honderd jaar, en dat betekende extra groot feest. De eerste indruk was de beste; het was prachtig weer, dus daar zou het niet aan kunnen liggen. Meer dan vijfhonderd kinderen schreven zich in voor de kinderspelletjes in de voortuin van het gemeentehuis. Aan de overkant van de sloot reden de paarden met koetsen voorbij die aan het traditionele ringsteken meededen. Dit alles tussen twee gezellige terrassen waar het heerlijk toeven was. Iedereen die flink had geïnvesteerd voor die dag, wreef zich vergenoegd in de handen: het was prachtig weer, dus wat kan er dit jaar roet in het eten gooien? Het antwoord op die vraag volgde al snel. Hoewel op straat ongelovig werd gereageerd op de geruchten dat er een aanslag was gepleegd op de koningin, waren zij die de televisiebeelden hadden gezien diep onder de indruk. Koninginnedag 2009 eindigde abrupt.

Wie heeft hier de verantwoordelijkheid?, vroeg een man boos. Hij vond de muziek op de Hofdijck ongepast. Hij had gelijk, en snel werd aan zijn oproep gehoor gegeven en ging het volume drastisch naar beneden. Het begon bij de aanwezigen door te dringen wat voor een ramp zich in Apeldoorn had afgespeeld. Koninginnedag 2009 had een scenario die niemand had kunnen voorspellen. De dader van alle ellende kan zich niet meer verantwoorden. Helaas ziet hij niet dat het Nederlandse volk eensgezind reageert, en massaal meeleeft met de slachtoffers. Een tegen allen, allen voor allen.

Wil van Elk

Oegstgeestigheid

13 mei 2009

We hadden vroeger een energiebedrijf, een telefoonmaatschappij, en een vervoersbedrijf voor treinvervoer. Ook hebben we een tijdje op veel plaatsen trams gehad. Brussel houdt niet van monopolisten, dus mogen meer bedrijven op dezelfde markt opereren. Je ziet nu in de omgeving van Zoetermeer drie soorten railvervoer, en drie verschillende perrons, omdat de hoogten verschillen. Je moet daar letterlijk en figuurlijk overstappen. Een logische lijn is er in directe verbindingen ook al niet te vinden.

In Oegstgeest gaat het precies andersom. Vroeger hadden we diverse cafeetjes, nu nog maar een. We hadden op diverse plaatsen gelegenheid om een feestje te geven, maar dat is nu vrijwel afgelopen. De Roode Leeuw is weg, het Groot Proffijt ook, daar had Haaswijk maar kort profijt van. Het Witte Huis verdwijnt zeer binnenkort ook van die markt. Wat blijft er over? Buiten het Gemeentecentrum, alleen een paar scholen en kerken. Maar misschien heeft het gemeentebestuur toch gelijk, en ligt daar de toekomst. Aula’s van scholen gaan een podiumfunctie verzorgen. De leerlingen van die scholen verzorgen de catering. Salariskosten zijn er nauwelijks, alleen nog maar vrijwilligers; wellicht dat de ouders van de leerlingen zich opwerpen. Blijkbaar worden vergunningen makkelijker aan scholen gegeven, dan aan ondernemers. Geen gedoe met de wet voor milieu en hinder. Vergunningen worden niet aan ondernemers verstrekt, maar aan verenigingen en particulieren. Geen limiet meer op het aantal keren dat er een band optreedt, of harde muziek. Misschien moeten de ondernemers het op die boeg gooien. Een oude kerk of school opkopen, opknappen en een zalencentrum van maken, eventueel school blijven noemen met de mogelijkheid om er klaslokalen te huren. Simpelweg onderdak bieden aan vijftig verenigingen die zelf voor de vergunningen moeten zorgen, en je kunt iedere week een gezellig feestje houden. Verdien je meer dan met het huidige maximum van zes.

Wil van Elk

Oegstgeestigheid

20 mei 2009

Deze week presenteert Rob Braun zijn volle plastic zak in de raadszaal. Hij geeft daarmee een standpunt af voor het apart inzamelen van plastic afval. De hoeveelheid plastic die hij in een paar weken heeft verzameld mag best indrukwekkend worden genoemd. Als we dat allemaal zouden doen, dan is er al snel een derde afvalbak nodig voor de wekelijkse vuilinzameling. Als de industrie dit weet om te zetten naar een belangrijke bron voor hergebruik, als was het maar voor brandstof, dan kunnen ze de boer op. Alle gemeentes worden dan benaderd om hun plastic afvalberg door hen te laten ophalen. Dat dit extra inkomsten kan betekenen voor de gemeentes, is voor de inwoners een mooie beloning. Of dat afhangt van de enthousiaste promotour van Rob Braun moeten we nog maar afwachten. Als het aan hem ligt gaan we allemaal plastic apart inzamelen. Hij zal hiervoor ongetwijfeld plastic zakken gaan uitreiken om die te vullen met plastic afval. Ik zie hem al de deuren langsgaan met de vraag: Heeft u al een plastic zak? Ongetwijfeld dat hij van een senior Oegstgeestenaar een keer het antwoord krijgt: Vindt u een kunstheup nog niet erg genoeg?

Bovenstaande tekst is vervangen door onderstaande column:

Vorige week ben ik weer eens met het openbaar vervoer naar mijn werk gegaan. Ik had vrijdagavond een uitje van mijn werk, en ik vond het naar Delft toe net even te ver om te fietsen. Ik heb die dag meer regen gehad dan de rest van de week toen ik op de fiets ging. Het begon al op weg naar bus 88 met regen. Eenmaal onderweg in de bus werd het gelukkig weer droog, dus die twintig minuten lopen vanaf het Haagse Centraal Station was een prettige wandeling. Hoe anders was het aan het einde van de middag. Het miezerde een beetje, dus een wandeling naar het station Holland Spoor kon best. Helaas, halverwege vond de natuur het nodig om een hevige stortbui over mij heen te storten (daarom noemen ze die buien waarschijnlijk zo!). Toen mijn vrouw en ik na de gezellige jazzavond zaterdag in het Teylingen College naar huis fietsten, brak er weer een hevige onweersbui uit. Verder dan de huid gaat het niet, dacht ik als troost. Wellicht dat de hevige regenbui de teleurstelling van de matige opkomst probeerde weg te spoelen. Ook toen de hockeyheren van LOHC het kampioenschap aan zich voorbij zagen gaan, ding de hemel weer open. De hemel huilt mee, mompelde een van de teleurgestelde supporters.

Wil van Elk

Oegstgeestigheid

27 mei 2009

Put. Hoe gewoon is dat drieletterige woordje. Maar hoe diep kun je in de put zitten, en hoe diep kunnen ze je er nog verder in duwen. Waterputten hoef je hier niet meer te graven, want we hebben een uitstekende watervoorziening. In Oegstgeest hebben we echter nog putten genoeg, en zelfs nog beerputten waar je letterlijk in kunt roeren en die menigeen bewust afgedekt houdt. Het gaat immers stinken als je er in roert. Het woord is volgens het woordenboek mannelijk, vandaar dat je een mannetjesputter kunt zijn, en dat geldt dan voor zowel mannen als vrouwen. Uitputtend kun je over dit woordje uitweiden; ik zal dat niet doen, ander krijgt u de krant nooit uitgelezen. Op de putten in Oegstgeest zitten keurig stevige deksels. Als zo’n deksel kapot is, dan kunnen er gevaarlijke situaties ontstaan. Mijn moeder kwam nog eens thuis met een vreselijke verwonding aan haar onderbeen toen zij in de sneeuw op een gebroken putdeksel stapte en er in viel met haar been. Hoewel iedereen weet dat je in een put kunt vallen, er in kunt verdrinken en wat voor verschrikkelijke dingen nog meer, zijn er toch mensen die menen om de deksels te verwijderen en ergens anders te dumpen. Zoals kort geleden ’s nachts iemand in Haaswijk een putdeksel op de voorruit van een auto kwakte. Leuk? Nou nee, want de eigenaar van de auto zat met een vervelende schade, en de open put was gevaarlijk, vooral voor kinderen. Een melding bij de politie kan alleen via Internet of op het bureau, die doen verder niets aan de schade. Hooguit dat ze vaker patrouilleren in de buurt. Je kunt de open put melden aan de gemeente, telefonisch of via Internet, en dan wordt er ongetwijfeld snel iets aan gedaan. Wat kun je doen als buurt? Buurtpreventie. Om de beurt posten, of een webcam plaatsen, de dader krijgt dan vanzelf een keer het lid op de neus.

Wil van Elk

Oegstgeestigheid

4 juni 2009

Voordat ik een computer had, ging ik vaak vissen. Overgehouden uit mijn jeugd, er was nou eenmaal veel visgelegenheid in Oegstgeest, leek het wel een verslaving. Die verslaving is overgegaan naar andere hobbies. Maar toen ik nog regelmatig aan de waterkant te vinden was, had ik een forse vistas vol met attributen die het leven aan de waterkant aangenaam maakten. Maar al te vaak bleef ik overnachten, dan leek het meer op kamperen dan op vissen. Niet alleen brood en andere versnaperingen gingen mee, ook een rol wc-papier, je weet immers maar nooit! Er is altijd wel een plekje te vinden waar je uit het zicht van anderen je kunt terugtrekken als de nood erg hoog is.

Blijkbaar zijn er meer mensen die voor noodgevallen een rol wc-papier meenemen op hun boot- of vistrip. Zo bleek uit het mopperen van een van de bewoners van de Oude Vaartweg. Sinds kort hebben ze daar een betere straatverlichting, dus zie je nu alles liggen. Hondenpoep was altijd al in grote hoeveelheden aanwezig, maar op een of andere manier is daar een sanitaire stopplaats voor varende passanten bij gekomen. Of van vissers, dat kan ook. Nu ligt er niet alleen poep, maar ook grote linten gebruikt wc-papier. In navolging op het initiatief van bewoners aan de Terweeweg, die tijdens de vrijmarkt op 5 mei hun toilet beschikbaar stellen voor noodlijdende passanten, zou er een van de bewoners de wc in hun huis beschikbaar kunnen stellen. De omgeving blijft dan schoon, en je verdient op die manier mooi een extraatje.

Wil van Elk

Oegstgeestigheid

10 juni 2009

Briljant gekozen, die naam voor de nieuwe sporthal in Oegstgeest. Ik had wel iets verwacht in die richting, maar niet zonder de vos. Sporthal de Voscuyl, daar zou ik mijn centen op hebben gezet, als het een weddenschap zou zijn geweest. Maar dit is net zo leuk, of misschien wel nog leuker. We hebben nogal wat sporten in Oegstgeest, en dito verenigingen. Die kunnen zich dan heerlijk incuylen in de nieuwe sporthal. Over een paar jaar moet er een beheerder komen die zowel de sporthal als het nieuw te bouwen zwembad gaat beheren. Er worden ongetwijfeld hoge eisen gesteld aan die persoon. Hij of zij moet zo sluw zijn als een vos, want het moet wel rendabel worden. Heel leuk zou het zijn als het iemand is die De Vos als achternaam heeft. Als de wethouder van sportzaken ook een beetje sluw is, dan blijft hij nog een volgend termijn aan als bestuurder. Kan hij het zwembad ook nog op zijn naam schrijven. Hoe dan ook, die sporthal kun je hem niet meer afnemen. Een bekend spreekwijs zegt niet voor niets: Een vos verliest wel zijn haren, maar niet zijn cuyl.

Wil van Elk

Oegstgeestigheid

17 juni 2009

Ze konden mij vorige week zondag van de straat oprapen. Dat moest wel, want zelf kon ik niet meer opstaan. Dronken? Welnee, integendeel. Maar het voelde wel hetzelfde. Onder het fietsen klapte ineens het voorwiel van mijn racefiets om. Wam, daar lag ik op hetzelfde moment op straat. Toen ze mij overeind hadden geholpen, kon ik in ieder geval nog lopen, maar fietsen was er niet meer bij. Gelukkig kon mijn broer mij komen ophalen met zijn auto, want teruglopen vanuit Mijdrecht was niet te doen. De rest van het groepje besloot om door te fietsen, want ze moesten nog een eind; we waren net niet op de helft van de zondagochtend rit. Een wandelend echtpaar zag al het bloed, en vroeg wat er was gebeurd. De man pakte direct mijn fiets op, en keerde hem om. Jij gaat mee naar ons huis, daar kun je wacht tot je broer er is, zei hij. En zijn vrouw bevestigde dat, zichtbaar bezorgd over mijn verwondingen. Na een korte wandeling werden mijn schaafwonden en ontvellingen schoongemaakt met lauw water en soda. De koffie smaakte bijzonder goed, wat een weldaad. Fijn dat er nog zulke mensen zijn!

Twee gebroken ribben, dat duurt wel zes weken, vertelde de dokter van de huisartsenpost. Nou was ik niet van plan om er zo lang mee rond te gaan lopen; zes dagen is immers lang genoeg voor een paar schaafwonden. Donderdag bevestigde de huisarts dat het inderdaad wel zes weken kon gaan duren. Nu de pijnstillers zijn uitgewerkt, begin ik het ook te geloven, want de zes dagen zijn om en de pijn is er nog. Ook de onhandigheid waarmee ik mij beweeg is hinderlijk. Ik denk dat ik mij er maar bij neerleg, en probeer te rusten. O nee, liggen doet ook al zo zeer. Gelukkig leven heel veel mensen mee, en dat voelt goed. Alleen niet de bemoedigende schouderklopjes, die niet!

Wil van Elk

Oegstgeestigheid

24 juni 2009

Voortdurend staan papieren nieuwsbrengers ter discussie, want Internet zou het podium zijn waarop het allemaal wordt bekeken. Daar heb ik dus mijn twijfels over. Hoewel sommige websites, zoals www.wimhoogerdijk.info/oegstgeest en www.leidsevaart.nl, massaal worden bekeken, blijven andere websites daar ver bij achter. O ja, als je inlogt op www.oranjeverenigingoegstgeest.nl zie je vrijwel altijd dat er meerdere gasten on line zijn, en soms ook een lid. Maar als je bij de vele foto’s kijkt, zie je dat ze maar weinig worden bekeken, en maar zelden worden voorzien van een commentaar. Bij de foto’s van de Dodenherdenking zijn sommige foto’s bijna twintig keer bekeken, maar dat zijn uitschieters. Bij de foto’s van de Jaarmarkt, en de bijbehorende vrijmarkt, zijn de meeste foto’s slechts een keer bekeken. Ook de foto’s van Koninginnedag zijn amper bekeken. Dat is raar, vooral als je bedenkt dat er honderden mensen zijn gefotografeerd. Of zouden de bezoekers van deze website afhaken omdat ze de foto’s niet kunnen vinden? Je kunt ze immers pas bekijken als je je hebt geregistreerd. Of haken ze dan af omdat ze denken dat ze dan lid worden van de Oranjevereniging? Stel je voor, dan moet je 7,50 euro lidmaatschap betalen. Maar nee, dat heeft niets te maken met het lidmaatschap. Het enige is dat je geregistreerd moet zijn om de foto’s te mogen zien. Het kost niets, en het zorgt ook niet voor vervuiling in jouw mailbox omdat je dan wordt bestookt met allerlei reclame. Nee hoor, je kunt inloggen op de site, en dan krijg je privileges die gasten niet hebben. Dat wordt wel vaker gedaan bij verenigingen. Eigenlijk zou ik het wel willen dat je lid moet zijn van de vereniging om de foto’s te kunnen bekijken. Het is al gratis, net als het meedoen aan de festiviteiten van de Oranjevereniging. Maar het kost wel geld om het te organiseren, dus ieder lidmaatschap is welkom. Ik ben niet de enige die foto’s maakt tijdens die evenementen, maar als ik een avond lang, of dagen lang, foto’s heb gemaakt, en zie dat er nauwelijks naar wordt gekeken, dan haak ik ook af. Maak ik voortaan niet zo veel foto’s meer, dan maar een paar terugblikjes op leuke momenten.

Wil van Elk

Oegstgeestigheid

1 juli 2009

Een poosje terug was een meneer naarstig op zoek naar zijn bril. Blijkbaar een gevolg van de wisseltruck om dan dichtbij en dan weer veraf te kunnen kijken. Hij vroeg bij Bakker Tijsterman of ze daar zijn bril hadden gevonden. Helaas, geen bril gevonden, niet veraf en ook niet dichtbij. Weken later werd het winkelpersoneel vanuit de bakkerij verteld dat er een bril was gevonden tussen de retourgoederen. Tsja, en wie was nou die meneer die op zoek was naar zijn bril?

Je snapt toch vaak niet hoe mensen goederen kunnen kwijtraken. Voor mijn onfortuinlijke valpartij zag ik onderweg regelmatig op een fietspad een handschoen liggen, zelfs bij de ergste koude. Je zou toch denken dat moet je merken als je ineens een handschoen verliest? Je ziet of hoort wel vaker dat mensen het spoor bijster zijn. Zelfs de politie heeft daar last van. Een gewone burger kan maar al te vaak beslissingen van de sterke arm niet volgen. Ze vragen je om mee te werken aan de veiligheid van jouw woongebied, maar als je dan belt met een tip, zeggen ze dat ze daar niet voor langskomen. Slimmer zou zijn geweest om te bedanken voor de tip, en dat je het doorgeeft aan de surveillance om daar extra op te letten. Of als er iemand op het fietspad loopt met een kapotte bromfiets aan de hand eens niet een bekeuring te geven – want dat schijnt niet te mogen – maar te zeggen dat je beter met dat gevaarte op het trottoir jouw weg kunt vervolgen. Een goede tip overigens als je jouw kapotte auto eens een keertje naar huis moet duwen!

Ze zijn er wel hoor, agenten die vriendschappelijk een hand op jouw schouder leggen, en je vaderlijke raad geven in plaats van direct een bekeuring uit te schrijven. Hoe ze dat dan doen bij het winkelcentrum, waar ik al zittend op een bankje een bromfietser en diverse fietsers al rijdend voorbij zag komen, durf ik mij maar niet af te vragen. Er kwam daarnet een motorfiets voorbij, vertelde de man die naast mij zat. Het kan dus nog gekker! En ja hoor, even later stopte er een bestelauto voor de wijnhandel.

Wil van Elk

Oegstgeestigheid

8 juli 2009

De gemeente moet haar burgers kunnen uitleggen over alles wat er wordt gedaan in het dorp. Maar soms lijkt dat niet te willen lukken, of de burgerij moet om uitleg vragen omdat er ineens een konijn uit een hoge hoed wordt getoverd. En soms is zelfs de uitleg niet duidelijk. In ieder geval niet helder genoeg om de onrust over bepaalde zaken weg te nemen. En soms pikken de burgers het niet. Na Poelgeest, waar het nog steeds niet rustig is, is Nieuw Rhijngeest aan de beurt. Eerst de beoogde nieuwe school. Want een nieuwbouwwijk van die omvang kan niet zonder school. Waar die uiteindelijk komt, is bij sommige buurtbewoners niet duidelijk. Dat was ook al het geval bij de plaatsing van de tijdelijke barakken waar voorlopig school in moet worden gehouden. Die zouden eerst op dertig meter afstand moeten worden geplaatst, maar de milieudienst eiste later minimaal tien meter afstand, anders moet er een scherm worden opgetrokken. Volgens de omwonenden is het in werkelijkheid net iets meer dan vier meter geworden. Ach, een schermpje dan maar? Kost slechts een ton aan euro’s. De uitlaatgassen van de stookinstallatie en gifgassen van de bespoten gewassen komen anders te dicht bij de kinderen. Of de tuinder nog licht genoeg krijgt in zijn kassen, is blijkbaar niet aan de orde. Een week voor de hoorzitting over dit fenomeen werden de barakken al geplaatst, tot grote verrassing van de omwonenden die nog de nodige bezwaren tegen de plaatsing hebben. Als je nagaat dat ze het in Oost-Europa, waar de barakken vandaan komen, het al een maand daarvoor wisten, kun je je afvragen wie zich beter laat informeren.

Maar het kan nog veel gekker. Er is in Oegstgeest een buurt waar de saamhorigheid en de binding met de buurt bijzonder hoog is. Juist die buurt, Buitenlust, lijkt van de aardbodem te zijn verdwenen, zo blijkt uit de nieuwe Gemeentegids die vorige week werd verspreid. Tot ontsteltenis lezen de buurtbewoners, en menig oud-buurtbewoner, dat de straten onder het kopje Nieuw Rhijngeest staan! De oudste buurt in Oegstgeest met sociale woningen wordt genegeerd. Vooral mensen die er zijn geboren, kunnen dit maar moeilijk verkroppen. “Daar is het laatste woord nog niet over gesproken”, zei een voormalige buurtbewoonster verbolgen over het feit dat ‘haar’ wijk niet meer bestaat. Ik ben benieuwd hoe ze dit aan haar gaan uitleggen, en aan al die andere lichtelijk opgewonden buurtbewoners. Weten ze meteen de reden waarom ze geen toestemming krijgen om het clubhuis De Kratong te mogen verbouwen. De wijk bestaat immers niet meer.

Wil van Elk

Oegstgeestigheid

15 juli 2009

Sjuul de Korte, zo noemde wij vroeger bij ons in de straat een van de buurmannen. Hij droeg altijd een bril met donkere glazen, en speelde op een elektronisch orgel. Hoe dan klonk? Geen idee. Hij moet al snel problemen met de buren hebben gekregen, en daarom een hoofdtelefoon hebben aangeschaft. Tegenwoordig kun je met luchtgitaar spelen zelfs een competitie winnen, maar hij bespeelde een echt instrument, ook al hoorde je niets. Hoe zijn spel vooruitgang boekte heeft niemand ooit kunnen horen. Dit zal dus voor de buurtbewoners altijd een mysterie blijven. Geen spannend einde zoals bij de Schotse Suzan Boyle die een supertalent blijkt te zijn.

In Oegstgeest zijn er wel meer muzikale talenten geweest. Vlak achter het Bos van Wijckerslooth groeide een jongen op die later drummer werd bij Within Temptation, dé Nederlandse gothic rockband. Hij kon niet zo veel met een hoofdtelefoon, maar maakte afspraken met de buurtbewoners, om te voorkomen dat die knettergek werden van zijn getrommel. Het geduld van hen werd op de proef gesteld, maar leverde wel een talent op dat het goed deed op de internationale podia.

Maar je zal maar een buurman of buurvrouw hebben, of een van hun kinderen, die een muziekinstrument bespeelt. In de zomer gaan de ramen en deuren open, en dan hoor je dat extra goed. Je bent gezegend als het een instrument is waarbij de muzikant een hoofdtelefoon kan aansluiten. Mocht dit niet kunnen, tja, dan rest slechts geduld, heel veel geduld, totdat de muzikant zo beroemd en goed is, dat hij thuis niet meer hoeft of kan oefenen. Of zelf de ramen en deuren sluiten, ook al is dat nog zo warm. Ik moet onwillekeurig denken aan de Bamboe Bar in Amsterdam waar een Dixielandband oefende. Zij mochten in het café oefenen, als ze maar af en toe een nummer volledig speelde. Een groot succes, want er kwamen veel liefhebbers luisteren. Dus al die thuismuzikanten die dit lezen, beloon uw gedwongen publiek af en toe met een goed muzikaal nummertje, dat hebben ze wel verdiend. Een applaus zul je er niet mee verdienen, wel geduld.

Wil van Elk

Oegstgeestigheid

22 juli 2009

Ik ben waarschijnlijk een beetje ouderwets met mijn trouw aan vaste leveranciers. Als je wederzijds vertrouwen in elkaar hebt, dan doe je makkelijk zaken. Maar soms word je door de omstandigheden gedwongen om ergens anders zaken te doen. Henk Heemskerk zag ooit het Marine Elektronisch en Optisch Bedrijf ergens anders inkopen gaan doen, na jarenlang bij hem melkproducten te hebben afgenomen. Een of andere rare administratieve regeling binnen het voormalige marinebedrijf in Oegstgeest. Voor Henk een beetje zuur, en dan bedoel ik niet zijn melk. Het bedrijf is inmiddels naar Den Helder verhuisd, en Henk Heemskerk is gestopt met zijn melkhandel. Het is vaak een kwestie van elkaar wat gunnen. De een krijgt mooie producten en goede deals omdat hij vaste klant is, en de ander heeft een klant waar hij op kan rekenen voor afzet van zijn handel. Bijvoorbeeld met verzekeringen afsluiten is het handig dat je een verzekeringsagent hebt die jouw omstandigheden goed kent, en weet welke producten bij de klant passen. Maatwerk heet zoiets.

Ik weet niet of je bij het leveren van energie en water ook zover moet gaan, maar als je jarenlang tevreden bent met het geleverde, waarom zou je dan overstappen naar een andere leverancier? Voor die paar tientjes per jaar? Je hoort zo veel verhalen over problemen met het overboeken naar een ander bedrijf, dat je voor een klein verschil in de rekening die ellende niet op de hals wilt halen. Er is een tijd geweest dat we bijna wekelijks werden gebeld door een medewerker van een of ander nooit van gehoord energiebedrijf, althans zo deed de beller zich voor, met een ‘fantastisch’ aanbod van goedkopere energie. Je snapt vaak niet hoe ze aan jouw gegevens komen, want ze weten precies wat je verbruikt, en waar je het van betrekt. Steevast gaf ik het zelfde antwoord. Ik stap niet over, en schrap mij van de lijst, ik wens niet meer te worden gebeld. Nuon, want daar was ik trouw aan, zou de tarieven dit jaar verlagen, dus daar is het wachten op. Maar wacht even. De oplettende lezer zal het woordje ‘was’ hebben gelezen. Inderdaad, ik was trouw aan de Nuon. Want zonder dat ik ben gevraagd om over te stappen, schijn ik nu een andere leverancier te hebben, of te krijgen. De trouw was dus niet wederzijds.

Wil van Elk

Oegstgeestigheid

29 juli 2009

Jaren geleden had je volkstuintjes in het huidige Nieuw Rhijngeest. Net als bij het zwembad Poelmeer moesten die verdwijnen om plaats te maken voor iets dat er in de toekomst zou moeten komen. De hobbytuinders moesten daarvoor hun hobby opgeven en de tuin verlaten. En dan blijft het terrein heel lang braak liggen. Geen prachtige snijbloemen meer. Geen bloemkolen en aardbeien meer. Bij Poelmeer is er eigenlijk nooit iets mee gedaan, tot enkele jaren geleden ASC in beeld kwam. Al die tijd had je er nog heerlijk verse groente kunnen kweken. Als je kennis van zaken hebt, een grote zak met geld, heel veel geduld en een beetje lef, dan koop je een dergelijk stuk grond en ga je er op broeien. Alle planten schoffel je om, met uitzondering van de bramenstruiken die je overplant om het terrein af te bakenen. Mocht het jaren gaan duren voordat de gemeente plannen maakt om er te gaan bouwen, dan kun je in ieder geval heel lang bramen oogsten. En dan, net als vroeger bij ons thuis, maak je er bramensap van, waar je heerlijke Haagse Bluf mee kunt maken. Iets dat je heel erg goed kunt gebruiken in het miljoenenspel in de grondhandel. Volgens mij kun je daarbij met een beetje lef heel ver komen. Want zelfs snippergroen is duur als het bouwgrond wordt genoemd!

Wil van Elk

Oegstgeestigheid

5 augustus 2009

Hoi Wil, heb je vakantie? Riep een van die aardige knullen die bij de plantsoenendienst werken. Hij keek lachend op van zijn schoffel, toen hij mij vrolijk groette. Ik ken hem nog vanuit de tijd toen wij in de Indische Buurt, Buitenlust dus, naast zijn opa woonden. Ik vertelde hem dat ik nog geen vakantie heb. Ik ook niet, in september pas, riep hij terug, en hij ging weer stug door met zijn o zo nuttige werkzaamheden. Want hoe vreemd het ook is, als iedereen volop met vakantie gaat, moet de plantsoenendienst amper overuren maken. Want ondanks dat de natuur op volle sterkte groeit, maken maar weinig mensen dit mee. Behalve als ze weer thuiskomen, dan kunnen ze alle doorgeschoten en uitgebloeide planten opruimen. Het mooiste daarvan hebben ze gemist.

In dat Buitenlust, waar ik 55 jaar geleden ben geboren, daar staat heel toepasselijk een schoffelaar afgebeeld. In tegenstelling tot de actieve schoffelaars staat hij stil. Ik heb altijd gedacht dat wij met dat beeld een uniek plaatje in huis hadden, die je alleen in Oegstgeest kan fotograferen. Vorige week reed ik vanuit Heemskerk richting Wijk aan Zee, om onder de rook van de Hoogovens door naar de pier te rijden. Lekker uitwaaien, met zicht op IJmuiden en, met een beetje geluk, vertrekkende passagiersschepen. Lans de weg zie ik ineens een beeld staan van een schoffelaar. Ik heb met mijn mobiele telefoon snel een plaatje daarvan geschoten om die te kunnen vergelijken met ‘ons’ beeld. Het zal toch niet een tweeling zijn?

Wil van Elk

Oegstgeestigheid

12 augustus 2009

Het wordt al weer drukker op de weg. De eerste vakantiegangers waren al terug en weer volop aan het werk. Ze hadden even alle ruimte op de weg en files waren er nauwelijks. Bouwputten zullen zich weer gaan vullen met de geluiden die horen bij het opbouwen van de mooiste objecten. Ook het werk langs de weg komt binnenkort weer op gang. Jammer dat sommige snelheidsremmende maatregelen niet zijn opgeheven in de tijd dat de wegwerkers met vakantie waren. Ook in de weekenden gelden dezelfde beperkende regels als op een werkdag. Als je op een snelle vierbaansweg dertig kilometer langzamer moet rijden voor de veiligheid van de wegwerkers, en van de automobilisten zelf, dan houden maar weinig bestuurders zich aan de opgelegde snelheidsbeperking, naar alle waarschijnlijkheid omdat de reden daarvan in geen velden of wegen te bekennen is. Het werk ligt immers stil. Het bedankbordje aan het eind van de blokkade, met het bedankje voor het begrip, heeft op dat moment weinig inhoud. Verder is het goed om eens stil te staan bij de risico’s die wegwerkers lopen, vooral als het verkeer levensgevaarlijk hard langs hen heen raast.

Zondag zag ik een melding over een dynamische snelheid voor een bepaald weggedeelte. Het was rustig en de files waren in geen velden of wegen te bekennen. Je mocht er dan ook op dat moment 120 kilometer per uur rijden. Dat zou op veel meer wegen moeten worden ingesteld. Net als het uitschakelen van verkeers regelinstallaties, stoplichten in de volksmond, die afgesteld zijn op een groot aanbod verkeer en in het weekend of ’s avonds hinderlijk hun werk blijven doen. Dat kun je van de lantaarnpaal bij ons achter aan de Anthon van der Horstlaan en de Willem van Otterloolaan niet zeggen, vertelde een mevrouw die ik 120 kilometer verder in Apeldoorn toevallig tegenkwam. Eerst deed hij het op verkeerde tijden, en nu helemaal niet meer. Echt veilig is het daar niet meer, vertelde ze. Ze zei dat ze moe was van alle tevergeefse meldingen die ze heeft gedaan bij de betreffende instanties. Zo zie je maar, een journalist is altijd aan het werk, maar of dat verlichtend is?

Wil van Elk

Oegstgeestigheid

19 augustus 2009

Mooi, de vakantie zit er bijna weer op voor de meeste mensen. Vooral gezinnen met kinderen zitten nu in de laatste week. In Oegstgeest is dat wellicht de fijnste week van het jaar, omdat dan de KIVA volop aan de gang is. De Stichting Evenementen verzorgt dit evenement al jaren, en met succes. En het is meer dan alleen maar een week lang kinderen aangenaam bezig houden. Heel veel kinderen leren al spelende wijs in groepen met elkaar om te gaan. Veel kinderen blijven ‘hangen’ als ze ouder worden, en vormen aldus de ‘leiding’ die je nou eenmaal nodig hebt bij dergelijke organisaties. Leerzaam, en goed voor later.

Door stukken straat af te zetten met hekken, kunnen de kinderen weer eens ouderwets op straat spelen. Tegenover het Gemeentecentrum aan de Lijtweg, waar veertig jaar geleden ook al jeugdwerk met de SJJO in plaatsvond, is het in de KIVA-week beregezellig. Waar Oegstgeestenaren wel even rekening mee moeten houden, is het omrijden. Maar zoals altijd zullen velen al mopperend op de fiets of bromfiets tussen de hekken door rijden, en een stuk over het voetpad rijden. Sommige automobilisten zullen op dezelfde manier mopperen, maar toch echt moeten omrijden. Het overkomt je maar een keer die week, tenminste, als je de TomTom uitzet. En dat mopperen is nergens voor nodig. Zeker niet als je al vakantie hebt gehad en lekker bent uitgerust. Daar is vakantie voor, om heerlijk te ontstressen.

Wil van Elk

Oegstgeestigheid

26 augustus 2009

Als je bij een bakker een brood bestelt, en die laat afleveren bij jou thuis, hoeveel broden zouden er voor de deur liggen? Een? Als je er een hebt besteld, dan is de kans groot. Maar als de bakker niet levert, en je belt een ander, ook voor een brood, dan konden er wel eens twee voor de deur liggen. Maar als de tweede ook een wanprestatie levert, en je gaat naar een andere bakker, dan kon je wel eens drie broden vinden, en even zoveel rekeningen. Die moet je dan betalen. Dat klinkt allemaal heel logisch. Maar als er een brood ligt, en je ontvangt drie rekeningen, betaal je die dan ook? Ik denk van niet. Twee bakkers moeten maar zien hoe ze het geld krijgen.

Maar als met zo een simpel voorbeeld iedereen het begrijpt, hoe kan het dan dat energiebedrijven denken er wel mee weg te komen? Met al die aanbieders, en goedkopere aanbiedingen, kon je wel eens meerdere rekeningen krijgen als je op een van die fantastische voorstellen ingaat. Maar ja, ook hier geldt, de stroom kun je maar een keer gebruiken! Je hoeft dan logisch gezien, slechts een keer te betalen. Toch hoorde ik dat er in Alphen aan den Rijn een jong gezin, bij het betrekken van hun nieuwe flatje, meerdere rekeningen moet betalen, bij verschillende maatschappijen. Een bedrijf gaf geen antwoord, de ander zei dat het gezin nergens was ingeschreven, en een derde zou het wel rechttrekken. Om wanhopig van te worden! Het jonge stel heeft inmiddels een brief geschreven met de mededeling dat er slechts één keer betaald wordt. Ik ben benieuwd hoe ze dit oppakken! Ik ben er inmiddels van overtuigd dat je niet zomaar moet switchen van leverancier. Ook niet als je Oegstgeest verlaat, en in Alphen aan den Rijn gaat wonen. Dat gedoe met die rekeningen, en zeuren bij de leveranciers, kost veel te veel energie.

Wil van Elk

Oegstgeestigheid

2 september 2009

Het lijkt wel of er aan het eind van de zomer een soort schok door ons heen gaat die ons wakker schudt. Zo van: Hee, let op, de zomer is bijna voorbij. Als je nog wat leuks wil doen, dan moet je het nu doen. Het is voor veel mensen het einde van de vakantie, dus als je niet snel nog iets leuks doet, dan zit je weer vastgebakken in de dagelijks routine. De meeste feesten worden dan ook niet voor niets rond deze tijd gehouden. Veel activiteiten hebben te maken met seizoensgebonden gebeurtenissen, zoals bij oogstfeesten. Veel omliggende dorpen hebben een of zelfs meerdere feestweken per jaar. We moeten er alleen voor waken dat we niet allemaal in het zelfde weekend iets organiseren. In Warmond hebben ze daar nu juist wel gebruik van gemaakt, door alles met elkaar te verbinden, waardoor het publiek het idee heeft om in één groot feestgebeuren te stappen. Evenementen die doorgaans wel publiek trekken, maar nooit massaal, die krijgen ineens meer belangstelling. En meer aandacht, betekent ook meer reuring, en maar al te vaak meer inkomen door een grotere omzet. Daar doe je het voor als organisatie. Het is namelijk heel vervelend om steeds te moeten vaststellen dat je er financieel net niet uitkomt. Door gezamenlijke aandacht via reclame, en een afstemming van tijdstippen, kan iedere vereniging baat hebben van de krachtenbundeling.

In Oegstgeest zie je dat gelukkig ook steeds vaker gebeuren. Winkeliers verenigen zich steeds meer. Ondernemers ook. Zelfs verenigingen hebben ontdekt wie er goed is in bepaalde zaken. De EHBO is goed met hulpverlening, dat moet je dus niet zelf doen. De Stichting Evenementen kan prima helpen met de geluidsinstallatie. Anderen hebben grote tenten, of een geluidswagen. De Oranjevereniging is ook steeds vaker op andere momenten dan op Koninginnedag in het dorp actief. En als de kosten van evenementen kunnen worden gedeeld, het vele werk door meer handjes kan worden uitgevoerd, dan komen er ook meer mensen op af. En dat laatste, daar doen we het voor.

Wil van Elk

Oegstgeestigheid

9 september 2009

Die vlet is in de oorlog gebouwd bij de werf van Slotboom in de Mors, in opdracht van Verhaar, vertelt Jan Geervliet over een vlet die ligt afgemeerd aan de kade ergens in Nieuw Rhijngeest. Ik trof hem terwijl ik aan de Rhijnhofweg op het terrein van een boegschroefbedrijf foto’s maakte van de overkant van de Oude Rijn. Op mijn wekelijkse rondje door Oegstgeest meende ik nieuwbouw in Nieuw Rhijngeest te ontdekken, maar dat bleek Valkenburg te zijn, aan de overkant van de Oude Rijn. De vlet ‘de Jan’ is nu van zijn zoon Jan, vertelde Jan Geervliet, ondertussen doorpratend terwijl ik foto’s maak. Zelf heb ik een visbootje. Weet je waar het ook mooi is? Een stukje verderop aan de overkant heb je ook een paar leuke huizen en woonboten. Dit bedrijf? Dat verkoopt boegschroeven voor grote rijnaken die in Duitsland varen. Even later is Jan weg, zodat ik in alle eenzaamheid aan het water, in een heerlijk zonnetje, nog een paar foto’s kon maken van de nieuwbouw aan de overkant. De stijl lijkt goed aan te sluiten bij de bouwstijl in Nieuw Rhijngeest. Daar komt Jan weer om de hoek, een bord voor zich uithoudend dat hij ergens uit de loods tevoorschijn haalde. ‘Jan Verhaar Omega Jet Boegschroeven Nederland’ staar er in forse letters op gedrukt. Een oud bord, want de telefoonnummers en faxnummer hebben negen cijfers in plaats van tien zoals wij nu gewend zijn. Jans ongetwijfeld twinkelende ogen gaan op in de schaduw onder de klep van zijn stoere pet, maar aan zijn houding te zien is het een bedrijf om trots op te zijn. De schroeven die ze hier verkochten, zijn ooit gemaakt bij De Wagt aan de andere kant van het dorp, vertelde Jan. Verhaar Omega b.v. maakt inmiddels veel meer producten voor de scheepvaart.

Het terrein aan de andere kant van de Rhijnhofweg ligt er dor en verlaten bij. De paden die er lopen leiden nergens meer naar toe. Een stukje verder staat een tijdelijke school op een verkeerde plaats. Ik ben benieuwd hoe het daar verder gaat; de kinderen en toekomstige kinderen uit Nieuw Rhijngeest zullen er toch een keertje naar school moeten gaan. Tja, tijdelijke oplossingen kunnen soms écht tijdelijk zijn.

Wil van Elk

Oegstgeestigheid

16 september 2009

Ik ben reuze benieuwd hoeveel belangstellenden voor een stoel in de gemeenteraad ook daadwerkelijk op die stoel willen gaan zitten. Je moet namelijk nogal een geduldig mens zijn, veel fantasie hebben, en van veel dingen verstand hebben. Je moet ook overtuigingskracht hebben. Verder moet je op die stoel slechts twee minder goede raadsleden erkennen; degene die voor jou was (dat heeft mijn voorganger verprutst), en degene die na jou komt (dat mag mijn opvolger oplossen). Het begint er dus mee om jouw borst nat te maken om de restanten van jouw voorganger op te pakken. Twee daarvan kunnen je nogal wat hoofdbrekens kosten: scholen en Boerhaaveplein. Hoewel de twee scholen aan de Frans Halslaan, die samen in een gebouw huizen, prima samenwerken, schijnt een van hen heel snel als tussenoplossing een ander onderkomen te moeten zoeken! Wellicht dat een verwachte toename van het aantal leerlingen hier debet aan is. Als nieuwbakken politicus val je dus meteen met jouw neus in de boter, want er speelt nogal wat. In Nieuw Rhijngeest is dure grond de inzet. Niet omdat er iets uit te halen is, zoals goud of olie, maar omdat er iets moet worden gebouwd waarmee grof geld valt te verdienen, of heel veel geld kan gaan kosten. Ook hier geldt ‘wat de gek er voor geeft’.

Het Boerhaaveplein moet worden opgeknapt. Ondanks dat de opdracht heel simpel is, zelfs de bewoners hebben meegedacht over het ontwerp, komt er maar niets van de grond. De ‘voorgangers’ van de gemeenteraad hebben, op enkele slimme na, besloten om het buurtgebouw in te pikken en te verkwanselen. Inmiddels zijn we jaren verder, hebben de buurtbewoners hun clubgebouw verloren, en is de conclusie dat er eigenlijk niets terecht komt van de ‘mooie’ plannen om er grof geld te verdienen. Een beoogde parkeergarage kunnen ze niet verwezenlijken omdat er nergens een ingang kan worden gemaakt (auto’s passen niet in de verkeersstroom van voetgangers en fietsers op die plek, ook al zouden ze nog zo langzaam rijden), en het geld dat nodig was voor andere projecten is niet meer nodig. Voor de nieuwe raadsleden dus de schone taak om het gebouw weer terug te geven aan de bevolking. Maak een vuist, sla ermee op tafel, en scoor bij de kiezers. Met de stemmen in Oegstgeest-Noord win je heel veel zetels!

Wil van Elk

Oegstgeestigheid

23 september 2009

Hoera, we hebben weer licht! Enthousiast meldde een bewoonster van Haaswijk dat de straatverlichting bij haar achter het huis eindelijk weer werkt. Wellicht heeft het wat langer geduurd omdat bepaalde onderdelen van de lantaarnpaal en armatuur moesten worden vervangen. Dat is vermoedelijk ook de reden waarom het in de buurt van het museum Corpus zo lang donker blijft. Dat is heus niet omdat men niet weet wie verantwoordelijk is voor de verlichting. Een duidelijke tekening vol met lijnen geeft immers precies aan waar de grenzen liggen. De ene kant van het fietspad is Oegstgeest, die is echter niet verantwoordelijk voor de verlichting maar wel de gemeente Leiden, en de andere kant is Leiden, maar die is niet verantwoordelijk hiervoor maar het LUMC omdat het ligt op het terrein van de universiteit. Niets van dit alles. Het zal echt wel iets te maken hebben met het voorradig hebben van materiaal! Voorlopig blijft het angstig donker aan de ene kant, en de andere kant mist drie verlichtingspunten. Ook de afrit naar het Transferium ligt op een aantal plaatsen in het duister door uitgevallen lampen. Precies bij het verkeersbord is het donker. Ook het fietspad is daardoor slecht verlicht.

Al heel lang wordt het gras ter hoogte van het viaduct weer keurig op tijd gemaaid, en de maaimachines gaan iedere keer netjes om een berg puin heen dat daar al heel lang ligt. Op de middenberm is een forse rubberslang inmiddels verwijderd, maar zijn er houtblokken van een in stukken gezaagde boom voor in de plaats gekomen. Precies onder de rand van het viaduct ligt een ribbel waar fietsers een behoorlijke klap krijgen op de wielen; met losse handen rijden is daar echt heel gevaarlijk, zo hard is de klap op het stuur. In het donker zie je ribbel niet, des te harder is de schok. Hoe gevaarlijk dat is, weet ik als geen ander na drie maanden revalidatie na een valpartij met de fiets! Toch moeten we even geduld hebben tot de verantwoordelijke instantie het administratief heeft ingepland, en de juiste materialen zijn ingekocht, het is niet anders.

Wil van Elk

Oegstgeestigheid

30 september 2009

Dagelijks bevinden wij ons in een jungle. Vooral in het verkeer loert gevaar. Het is verwonderlijk om te zien dat maar weinig mensen zich hiervan bewust zijn. Regelmatig zie ik bij de verkeerslichten op de Kennedylaan – Haaswijklaan mensen door rood rijden. Gevaarlijk, maar niet verwonderlijk als je ziet dat je lang staat te wachten op helemaal niets. Dan heb ik het voor het gemak maar niet (weer) over bussen die soms van twee kanten vrijwel tegelijkertijd richting Haaswijk, of terug rijden. Ze hebben bij Connexxion nog steeds het idee dat twee diensten tegelijk goede service is! Het verkeer dat niet met het openbaar vervoer reist moet dus twee keer extra wachten omdat de bussen voorrang krijgen. Ja, ook als ze leeg zijn! Leuk als het regent, en jij staat daar al heel lang op jouw fiets te wachten tot het licht eindelijk groen wordt.

Kort geleden vond ik tussen de positieve berichten over straatverlichting, die een zeker plaats (‘eindelijk’) weer in orde is, in mijn e-mail box ook een bericht over jeugdige verkeersdeelnemers die zich vrij roekeloos in de jungle bewegen. Links en rechts passerend schieten ze de weg over, alsof ze zich niet bewust zijn van het overige verkeer dat in hun ogen tergend traag is. Dat ze wel eens heel snel in een ambulance afgevoerd zouden kunnen worden, is blijkbaar geen optie voor hen.

Op de Terweeweg staat al heel lang een bord dat dertig kilometer daar verplicht is. Nu zag ik laatst, ik meen richting Poelgeest, dat er op meerdere plaatsen in Oegstgeest dergelijke borden staan. Weet je hoe hard je moet trappen om die verplichte snelheid te halen? De meeste fietsers zouden dus zomaar bekeurd kunnen worden omdat ze die snelheid niet halen. Maar ook auto’s op de Terweeweg kunnen onmogelijk dertig kilometer per uur gaan rijden. Zou veel te snel zijn, vooral bij kruisingen. Hoewel ik sterk vermoed dat wordt bedoeld dat je er niet harder mag dan die aangegeven snelheid, rijden ze toch vaak veel harder. Ja echt. Waanzin gewoon, en levensgevaarlijk soms.

Wil van Elk

Oegstgeestigheid

7 oktober 2009

Hoewel in Leiden het 3 oktoberfeest volop bezig was, kon je zaterdagochtend zoals gewoonlijk terecht bij de gemeentewerf voor het afgeven van plastic, chemisch afval, grof vuil en al wat je kwijt wilde. Op de gemeentesite stond dit keer niet vermeld dat het gemeentepersoneel vrij was. Ik ga toch niet naar het feest, vertelde een van de mannen die bij de slagboom stond. Ik ook niet, zei zijn collega. Blijkbaar zijn wij van dezelfde generatie, want al verder pratend deden wij vroeger op 3 oktober hetzelfde. De schoolgaande kinderen kregen op die dag vrij van school om het bevrijdingfeest te kunnen vieren. Ik weet nog goed dat onze kinderen die drukte niet konden waarderen, daarom gingen wij als alternatief naar de Efteling. Wij ook, zeiden beide mannen in koor. Op die dag kwam je inderdaad heel veel bekenden tegen in het sprookjespark.

Eigenlijk is het vreemd dat Oegstgeest, en andere omliggende gemeenten, het feest niet massaal meevieren. Wij moeten hier toch ook heel veel last hebben gehad van de belegeraars. Leiden konden ze immers niet in! In de tijd dat ze de ommuurde stad onder vuur hadden, is er naar alle waarschijnlijkheid geplunderd en zijn we behoorlijk uitgeleefd. Het vertrek van de vijand zal voor ons ook een bevrijding geweest zijn.

Wil van Elk

Oegstgeestigheid

14 oktober 2009

Goedenavond, zei de man aan de deur. Hij had een collectebus in zijn hand, en vertelde iets over dieren. Nou, zei ik, da’s ook aardig van u. Het houden van dieren is best duur, leuk dat u daaraan wil bijdragen. En ik nam dankbaar de bus van hem aan. Maar hij liet niet los, en zei lachend: nee, het is de bedoeling dat u er iets in doet. O, zei ik verbaasd, jeetje, waarvoor dan, het was vorig weekend toch Dierendag? Bent u daar niet te laat mee dan? Nee hoor, zei hij. Het is voor het Dierenasiel Stevenshage. Nou ligt dan in Leiden, en niet in Oegstgeest. Ze zorgen daar echter al vijftig jaar voor het welzijn van de dieren uit de hele regio, dus een bijdrage van Oegstgeestenaren is niet verkeerd, dacht ik zo. Aan het gewicht van de bus te voelen zou dat best wat groter mogen zijn, ook van mij, bedacht ik achteraf. Maar ja, Oegstgeest toch! Waarschijnlijk zat aan het eind van de avond de bus helemaal vol, met papiergeld!

Het is eigenlijk best lastig om geld in te zamelen. Want dieren worden helaas maar al te vaak verwaarloosd, en de huidige crisis zal dat alleen maar erger maken. En als dan de huisdieren gemakshalve worden gedumpt, hoef je juist bij die mensen geen bijdrage te vragen voor de opvang van die verwaarloosde dieren. Ze hebben immers geen geld.

Wil van Elk

Oegstgeestigheid

21 oktober 2009

Stadsvernieuwing. Nieuwbouw. Renovatie. Restauratie. Herbestemmingen. Herindeling. Herverkaveling. Uitbreiding. Inbreiding. Allemaal woorden die een heleboel werk, ongemak en rotzooi met zich meebrengen. Maar ook veel commotie en emoties. Panden die ruimte moeten gaan maken voor prachtige en praktische gebouwen, maar door hun historische waarde niet mogen worden afgebroken, mogen blijven staan. Andere huizen, flatgebouwen, benzinetankstations, en gymzalen worden met de grond gelijk gemaakt. En weer klinken er bouwgeluiden in de bloemenbuurt waar dat tientallen jaren geleden dagelijkse kost was. Ongeveer vijftig jaar, langer duurt het niet voordat de toenmalige ontwerpen naar de vuilnisbak zijn verwezen. Eerst worden er hekken omheen gezet om het publiek te beschermen tegen rondvliegend puin en andere gevaren. Totdat iemand daar iets over roept, want de hekken sluiten het voetpad af en zorgen voor gevaarlijke situaties, en de hekken een stuk opschuiven zodat het voetpad weer toegankelijk is. Helaas hebben de slopers niet genoeg ruimte, en binnen een paar weken moeten de voetganger weer de weg op. Want oversteken is er niet bij! De kortste weg naar huis, daar gaat het om. Maar al dat sloopwerk en nieuwbouw is slechts het topje van de ijsberg. Want een stukje verderop wordt de riolering vernieuwd. Ook dat is door het publiek nauwelijks te snappen. Eerst gaat de ene kant van de straat een paar weken open, daarna de overkant. Na een paar maanden van ongemak, strompelen over loopplanken (zorgvuldig en klantvriendelijk aangebracht) en elders parkeren, is alles weer voorlopig dichtgemaakt. En als je denkt dat je er dan weer even vanaf bent, valt er een bekendmaking in de bus met de mededeling dat binnenkort de riolering pas echt wordt vervangen. En dat is uiteraard een nog langduriger project. En als alles achter de rug is, alles weer keurig netjes is bestraat, en de wc’s weer als vanouds doorspoelen, komt er een ploeg kabelleggers aan die voor de nieuwbouw om de hoek allerlei kabels voor telefonie, televisie, gas en elektriciteit, en natuurlijk ook nieuwe riolering, de boel weer opengooien. Het prachtig strakke wegdek is dan weer een grote testbaan geworden voor schokdempers, want goed komt het nooit meer! Of gaat het deze keer anders? Ik ben benieuwd.

Wil van Elk

Oegstgeestigheid

28 oktober 2009

Ik ben de afgelopen week weer eens opgenomen. Nee, niet in het ziekenhuis, gewoon op straat. Op diverse plekken in Oegstgeest liggen namelijk kabels op het wegdek om verkeersbewegingen te registreren. Ze willen weten hoeveel verkeer er over bepaalde routes rijdt, en hoe hard. Of ze willen stiekem weten hoe stil het is tijdens een vakantie, want het was immers herfstvakantie. Op de Irislaan waren de kabels stuk gereden. Zowel links als rechts lagen de verfrommelde resten van de twee kabels die al die dagen hadden moeten tellen. Ze kunnen dus weer opnieuw beginnen met het onderzoek! Zowel op die plek, als op andere plekken waar die kabels lagen, ben ik meerdere keren geweest. Op een gegeven moment waren ze mij dus kwijt, en met mij vele anderen, en ontbreken er nu gegevens. Belangrijk zullen de resultaten niet zijn, anders zouden ze de kabels wel dagelijks controleren of ze het nog doen. Ik hoop voor ze dat bij alle registraties een datum en tijd wordt genoteerd, anders hebben ze helemaal geen idee wanneer de kabel stuk ging. Maar hier waren ze op voorbereid! Jawel, want als de telling door onregelmatigheden is verstoord, dan worden op de ontbrekende dagen of momenten nog metingen uitgevoerd, zodat van alle dagen in de week een volledige teldag beschikbaar is. Met terugwerkende kracht zal ze dat niet lukken, dus wordt het minimaal een week later. Maar dan zijn er weer veel mensen terug van vakantie, en is het een stuk drukker. Nee, tijdens de herfstvakantie meten is niet maatgevend. In ieder geval niet op de Irislaan, want daar waren ze al snel uitgeteld.

Wil van Elk

Oegstgeestigheid

4 november 2009

Ik heb een paar prachtige voorstellen voor straatnamen om de nieuwe straten in Nieuw Rhijngeest te benoemen. Witte Huis weg, Roode Leeuw weg, Groot Proffijt weg, Tuinders weg, Volkstuinen weg, ASC weg. Er gaat de laatste best wel veel weg, dus is het goed om daar een herinnering van te hebben. ASC is nog niet weg, dat weet ik wel. Al scheelde het niet veel, of ze waren het afgelopen weekend weggespoeld, zoveel water stond er op dat ene veld dat ze hebben om op te spelen.

Aan de andere kant kan er nog wel het een en ander weg. Zo is er in de De Kempenaerstraat al lang geen koopavond meer. Slechts een enkele ondernemer is op vrijdagavond open. Om voor het winkelende publiek voldoende parkeerplaatsen te kunnen bieden, is de blauwe zone in het leven geroepen, die op vrijdag tot 21.00 duurt. Maar ja, nu er nauwelijks nog sprake is van een koopavond, kan het bord worden vervangen, of van 21.00 wordt 18.00 uur gemaakt. Dan hebben de parkeerwachters ook minder kans op kwade gezichten. Want hoewel aan de ene kant van de winkelstraat geen enkele winkel open is, gingen de bekeuringen gewoon door. Net als op het parkeerterrein achter Albert Heyn. In de winkelstraat ontplofte een van de bewoners bijna toen hij in zijn ogen onnodig werd bekeurd, en op het parkeerterrein ging een mevrouw heftig tekeer. Zo hard zelfs, dat de bekeurder zich achteraf een beetje schaamde, en liever geen bekeuring had uitgeschreven. Daar is het laatste woord nog niet over gezegd, vertelde die mevrouw, zich nog steeds opwindend over zoveel onzinnige bureaucratie. Er stonden nauwelijks auto’s op het parkeerterrein, zei ze verontwaardigd. Ze beriep zich ook nog op de bijna onzichtbare blauwe strepen, maar die werden al snel weer fel blauw geschilderd. Kunnen de ‘foutparkeerders’ zich daar niet meer over verontschuldigen.

Wil van Elk

Oegstgeestigheid

11 november 2009

Bij ons in Haaswijk is goed te zien dat na 25 jaar de boel versleten is. Er moet nodig worden gesnoeid, geverfd, en opnieuw worden bestraat. Waar op de snelwegen steentjes loslaten en de auto’s beschadigen, zijn in sommige straten er hele brokken weg uit de straatklinkers. Gelukkig hebben ze dat probleem onderkend in de Oegstgeester politiek, en nemen ze het op in het progamma. Ook de afvoer van water geeft bij hevige stortbuien de nodige overlast, omdat de aanvoer van water groter is dan wat het riool kan verwerken. Of de plaatsing van regentonnen dit kunnen oplossen, waag ik te betwijfelen. Wel is het een goed idee om regenwater te benutten voor allerlei zaken. Vorige week viel er in korte tijd zoveel water, dat je nauwelijks nog onder het Postviaduct door kon rijden. Gelukkig wordt tegenwoordig het riool slim aangelegd, of vervangen, door het regenwater gescheiden van het riool af te voeren.

Als iemand vertelt dat hij geen gebruik maakt van de belastingaftrek bij het hebben van een hypotheek, omdat er over wordt gesproken om het af te schaffen, dan wijst iedereen op zijn voorhoofd. Je hoeft ook geen schoolmeester te zijn om dat uit te leggen aan die persoon. Maar als die blijft volharden met de opmerking dat het wellicht wordt afgeschaft, en dat het voor het Rijk duur is, en dat daarom andere zaken duurder worden, kun je ernstig twijfelen aan de geestestoestand van die persoon. Waarom dan de gemeente Oegstgeest als een van de weinige gemeenten geen precariorechten wil heffen bij de nutsbedrijven voor het leggen van leidingen en plaatsen van energiemeters in Oegstgeest, omdat het wellicht binnenkort wordt afgeschaft, is niet uit te leggen, ook niet door schoolmeesters. Wel lopen we daardoor heel veel geld mis, en we krijgen geen voorkeursbehandeling omdat we zo lief zijn voor die bedrijven, ook krijgen we geen korting. Toch doen we het, omdat het binnenkort wordt afgeschaft. Inderdaad, niet uit te leggen.

Wil van Elk

Oegstgeestigheid

18 november 2009

Als je de open plek bekijkt die is achtergebleven na de sloop van de flat, de gymzaal en het benzinestation, lijkt het allemaal maar klein. Je kunt je al bijna niet meer voorstellen hoe het voorheen was, daar op de hoek van de Floralaan en de Irislaan. Een paar voormalige bewoners van de flat stonden een poosje terug met gemengde gevoelens te kijken hoe makkelijk de flat werd gesloopt. Sommigen woonden daar vanaf het prille begin, vlak nadat ongeveer vijftig jaar geleden de flat werd opgeleverd. Het benzinestation was tien jaar daarna voor ons jongeren een prachtige ontmoetingsplek. Je kon er een bekertje warme chocolademelk uit een automaat tappen, en later was er zelfs een patatautomaat. Hoewel wij altijd ons afval netjes in de afvalbak gooide, en wij ons redelijk netjes gedroegen, was er blijkbaar toch aanleiding om ons voortdurend te vragen om niet te lang te blijven staan. Een groepje jongeren, met hun brommers, zorgde blijkbaar voor overlast, alleen al door het zien daarvan. Voor ons was het echter een prima verzamelplaats waarvan wij naar elders konden gaan. Het was namelijk leuker om met een groepje naar bijvoorbeeld een disco van de SJJO te gaan, dan alleen. Schoorvoetend gingen we weg als het ons werd gevraagd, maar leuk was dat niet; wij hadden immers geen kwaad in de zin. Nu heeft de jeugd ook ontmoetingsplekken, dat is nooit veranderd. Dat zal ook nooit veranderen. Alleen verbaas ik mij wel eens over de rommel die achterblijft. Waarschijnlijk zijn de inmiddels grotere afvalbakken toch nog te klein, of ze staan op een verkeerde plek. Want er is geen jongere in Oegstgeest te vinden die niet weet dat je rotzooi moet opruimen, en niet op de grond moet achterlaten. Weggestuurd zullen ze altijd worden, maar als ze er een puinhoop van maken, zal dat veel eerder gebeuren. Maar als bevoegd gezag kun je beter (voortdurend) tegen ze zeggen dat ze de boel netjes moeten houden, dan dat je ze wegstuurt omdat ze rotzooi maken, want dan ben je te laat met je boodschap.

Wil van Elk

Oegstgeestigheid

25 november 2009

Het ligt allemaal zo voor de hand om het te hebben over griep, de Sint en de herfst. Maar de Sint kwam niet aan per boot, dus dat sla ik over. De griep krijg je vanzelf als je veel mensen bij elkaar in een ruimte zet, ook als ze in de rij staan voor een griepprik. Maar ook daar waag ik mij niet aan, vooral niet omdat het van rijkswege wordt aangeraden om je te laten prikken. De herfst is ieder jaar hetzelfde. Harde wind rukt plichtgetrouw de laatste blaadje van de bomen. Dit om bevriezing te voorkomen, ook al zou je dat door de redelijk hoge temperaturen niet zeggen. Wel een leuke bijkomstigheid dat je daardoor nu nog leuke plaatjes kunt schieten van paddenstoelen. Toen ik daar vrijdag mee bezig was, langs het Oegstgeesterkanaal, zag ik een mededeling aan een boom hangen. Ene Jelle heeft twee werphengels verloren. Hoe je dat doet? Ik heb geen idee. Ik verbaas mij wel vaker over dingen die je op straat ziet liggen. Ga maar na, als je een handschoen ziet liggen, hoe die verloren kan zijn. Het is koud, en ineens, zoef, handschoen weg. Raar, dat moet je dan toch direct merken? Toch zie je maar al vaak een handschoen liggen. Nooit twee, altijd één. Maar werphengels, dat is een ander verhaal. Die heb ik nog nooit ergens op straat zien liggen. Of Jelle moet ze vergeten zijn in de auto te laden bij het vertrek. Je hoort wel vaker dat er bijvoorbeeld spullen op het dak van de auto zijn blijven liggen bij het wegrijden. Heeft u de hengels gevonden? Geef maar door, dan bel ik Jelle waar ze zijn.

Wil van Elk

Oegstgeestigheid

2 december 2009

In de Oegstgeester Courant stond uw verbazing over de verloren werphengels, vertelde de vader van Jelle, u weet wel, die jongen die vorige week werd genoemd. Hij was twee werphengels verloren. Dat kan ik wel uitleggen, vervolgde de vader. Met mijn zoon Jelle van twaalf heb ik vorige week een visbootje gekocht die via de trailerhelling in het water kan. We vonden hem via marktplaats in Leiden, en door ‘hard onderhandelen’ wisten we er 250 euro vanaf te pingelen. Vorige week zondag gingen we enthousiast vissen, voor het eerst. Een mooie snoek gevangen en vrolijk teruggegaan. Omdat we nog niet zo handig waren met de trailer, hadden we de hengels even in het gras gelegd om ze niet te beschadigen. U raadt het al: vergeten mee te nemen. Na een kwartiertje kwamen we er achter en heb ik Jelle als een haas naar de Kennedylaan terug laten gaan om ze op te halen. Toen hij maar niet terugkwam, kreeg ik al het vermoeden: de hengels waren al verdwenen! De winst van de voordelige aankoop in één keer verdwenen (goede hengels zijn niet goedkoop). We hebben aangifte gedaan en de briefjes opgehangen en hoopten op eerlijke vinders, maar helaas, tot nu toe niets gehoord.

Tot zover het relaas van de vader van Jelle. Jammer dat die knul door even niet op te letten achter het net moet vissen. Maar wat niet is, kan nog komen, toch? Wellicht zijn ze netjes als gevonden voorwerp aangemeld op het politiebureau. Je weet maar nooit. Maar de politie kon wel eens moeilijk te bereiken zijn, omdat het er behoorlijk druk is op de weg door al die sluiproutes. Wellicht dat bij de wegwerkzaamheden bij het Leidse Transferium er een ontsluiting komt naar Corpus; afslag Nieuw Rhijngeest. Dan krijgen we weer rust in het Wilhelminapark.

Wil van Elk

Oegstgeestigheid

9 december 2009

Het lijkt het erop dat Oegstgeest-Noord wakker wordt, en inziet dat de wijk zonder clubhuis of verenigingsgebouw heel erg saai is. Ondanks alle acties en hoge investeringen van de gemeente om alle activiteiten elders te laten plaatsvinden, zijn vele verenigingen uitgeblust. Er is nu vanuit de politiek geroepen om een lijst met handtekeningen. Nou, die moeten ze dan maar krijgen. Hopelijk dat de Buurtvereniging Haaswijk en de Morsebel huis aan huis kan proberen zo’n lijst samen te stellen. Dan is dat jarenlange getouwtrek om het Groot Proffijt wellicht eindelijk afgelopen, en kunnen we er weer iets van gaan maken. Maar ja, dan zal er wel weer geen geld voor zijn!

Eigenlijk zijn we best wel een moedig volkje. Ondanks dat we een laagland zijn, bouwen we veel parkeergarages ondergronds. Er is een periode geweest dat we de begane grond van flatgebouwen gedeeltelijk gebruikten voor parkeerruimte, zoals bij de flats in het Mien Ruyspark. Omdat er argwanend gelet wordt of de bouwers niet te hoog bouwen, worden de auto’s ondergronds weggewerkt, dat scheelt weer een laagje. Als er ooit een keertje een watersnood is, dan zien we wel weer verder.

Wil van Elk

Oegstgeestigheid

16 december 2009

Ik kan er niet meer tegen. Afgelopen. Ik wil het niet meer. Al die telefoontjes door sterren, het is mij teveel geworden. Je mag dan wel nummerherkenning hebben, maar sterretjes zien er van iedere beller hetzelfde uit. Allemaal wildvreemde mensen die mij ongevraagd iets te bieden denken te hebben, of mij iets willen vragen. Altijd leuk om daar een woordspelletje mee te spelen. O ja? Heb ik eindelijk iets gewonnen? Een miljoen? Heel enthousiast reageren, om dan ineens, als het gesprek aan het einde is, te zeggen dat ik niet wil. Verbazing alom. En als er nog wordt doorgevraagd waarom niet, dan kost het gesprek hen nog meer geld. Maar ineens was ik die belspelletjes zat. Het levert nooit iets op, want als ik soms iets had gewonnen, kwamen er ineens allerlei verzendkosten, of vervolgabonnementen op de proppen. Ineens zag ik het licht, en vroeg aan zo’n anonieme beller of hij mij van de lijst wil halen. Prompt werd ik doorverbonden met een automatische leutermachine die mij allerlei boodschappen doorgaf, en vragen stelde en een keuzemogelijkheid gaven om allerlei telefoontjes te blokkeren. Een bel-me-niet dienst. Geweldige uitvinding! Wel raar dat als je een telefoonnummer, een postcodenummer en een huisnummer doorgeeft, dat daar een nul voor wordt gezet. Nul, nul, zeven, een. Lijkt wel een beetje op de toto-uitslagen die vroeger op de radio en televisie werden opgelezen door Frits. En nu? Nu heb ik een nul voor mijn telefoonnummer gekregen, voor mijn postcodenummer, en voor mijn huisnummer. Ook moet ik zes weken wachten voordat iedereen het doorheeft dat zij mij niet meer moeten bellen. Raar. Je zou denken dat als je op de lijst staat, en ze verplicht zijn om die lijst te controleren, dat je dan direct beveiligd bent. Je zou haast denken dat er iemand is die doorgeeft aan allerlei instanties, dat als ze mij willen bellen, ze het nu moeten doen, want over zes weken mag het niet meer.

Wil van Elk

Oegstgeestigheid

23 december 2009

2009 is blijkbaar het jaar van de veranderingen. Sinterklaas mag zijn kruis niet meer zichtbaar dragen, en hij moet de traditionele kleur rood afzweren. Groen is voortaan het magische woord. Zelfs chocoladeletters zijn ineens niet meer populair. Sterker nog. Ze zijn fout. En waarom? Omdat de cacaoboeren er te weinig aan verdienen. Althans, de arbeiders verdienen net genoeg om in leven te blijven. Dat vinden we niet goed, en daarom kopen we de letters niet. Ergo, nu verkopen ze niets meer, dus moeten die boeren op zoek naar ander werk. In Oegstgeest hebben we daar eigenlijk geen weet van, want de meesten van ons zitten er warmpjes bij, ondanks de crisis. Sommigen zelfs heel erg warm, gezien het aantal branden dat onze omgeving teistert.

Ik ben benieuwd wat de Kerstman er van vindt. Wellicht dat hij ook op zoek moet gaan naar een nieuw pak, een groene. De verjaardag van de Sint was nog niet gevierd, of de eerste kerstbomen stonden al in huis. Groene bomen, dat wel. Maar vreemd genoeg zijn er mensen die liever een kunstboom in huis hebben, ofwel een nepboom. Ook die zorgen voor sfeer en warmte tijdens de feestdagen. Aangezien kerstbomen speciaal worden gekweekt voor dit specifieke doel, zou je het gebruik van echte bomen kunnen toejuichen. Het enige nadeel is dat die boompjes niet oud worden. Maar ze zijn wel groen. Alleen de verlichting is een discussie waard. Omdat de strengen met lampjes heel goedkoop zijn vervaardigd, is de kwaliteit dusdanig dat er brandgevaar kan ontstaan. En op die warmte zitten we nou net niet te wachten. Proost; op een mooi 2010.

Wil van Elk



Terug naar begin van deze pagina.
Terug naar hoofdpagina.